“Van al wat er in ons leven gebeurt is er maar weinig waar we controle over hebben,” stelt William Friedkin, “alle personages van Killer Joe proberen hun levens te controleren maar slagen daar niet in”. Telkens weer duikt de regisseur van The Exorcist, The French Connection, Cruising, To Live and Die in LA, Rampage en Bug in het hart van de duisternis. Met anti-helden die Scott Fitzgeralds principe “action is character” volgen en aantonen dat je bent wat je doet en niet wat je zegt. Friedkin is op zijn best wanneer hij stormachtige films maakt die zijn bewogen leven weerspiegelen. Films die soms provoceren, vaak verwarren, altijd brutaal zijn en nooit onverschillig laten.
Toen Otto Preminger in 1961 overleed, werd in de in memoria vooral geschreven over de figuur van Preminger. Altijd dezelfde anekdotes werden opgedist, anekdotes die niet verder gingen dan heet wat excentrieke imago van deze Amerikaanse regisseur van Oostenrijkse afkomst. Het beeld dat zo van Preminger werd geschetst bleef steken bij de rol die zijn landgenoot Billy Wilder hem in Stalag 17 gaf, namelijk die van een tierende tiran.
Humor is de sleutel tot het universum van David Lynch, de regisseur die films maakt over het vreemde dat deel uitmaakt van het leven. Wie rationele verklaringen zoekt en enkel intellectuele ernst ziet in Blue Velvet, Wild at Heart, Mulholland Dr. en Inland Empire komt uit bij emotieloos cynisme, pretentieuze bravoure en innerlijke leegte. Maar wie humor ontwaart in de exuberante beeldtaal en de wrede, bizarre wereld van Lynch beseft dat de ‘meester van het vreemde’ niet zozeer wil verbluffen maar vermaken met zintuiglijk en emotioneel surrealistisch entertainment.
Toen Michael Mann in de jaren 80 als producent zijn stempel drukte op Miami Vice, pastelkleurige “televisie gemaakt vanuit een filmische gevoeligheid”, nam NBC hem onder vuur omdat de politieserie “onaanvaardbaar donker” werd. Mann ging dromen van “een volwassen bioscoopversie”. Realistischer, explicieter (qua taal, seks en geweld) en intenser. Met behoud van de essentie: emoties! Eén van de laatste ‘auteurs’ actief in hartje Hollywood maakt van Miami Vice cinema voor het grote scherm.
Twintig jaar na zijn adembenemende hoofdrol in American History X en zijn fraai regiedebuut Keeping the Faith neemt acteur Edward Norton met de Jonathan Lethem adaptatie Motherless Brooklyn voor een tweede keer plaats in de regiestoel. Een passieproject met een lange productiegeschiedenis en narcistische trekjes maar ook een neo-noir die de huidige tijdsgeest weerspiegelt in het New York van de fifties en zo de roots van racisme en corruptie blootlegt.
In de genrefilm The Nile Hilton Incident legt de Zweeds-Egyptische filmmaker Tarik Saleh via een mysterieus moordverhaal de vinger op duistere machtsstructuren tegen de achtergrond van de Arabische lente.
Vier jaar nadat de Amerikaanse onafhankelijke filmmaker Steven Soderbergh met ‘Behind the Candelabra’ zijn filmcarrière plechtig afsloot maakte hij in 2017 toch een comeback met de roofoverval film ‘Logan Lucky’. Gretig en gedreven tekende de herboren cineast van dan af voor experimentele en urgente cinema. Tijdens de aan zijn profetische thriller ‘Contagion’ herinnerende pandemie bleef Soderbergh ultra actief. Met twee op Netflix vertoonde films, ‘The Laundromat’ en ‘High Flying Bird’, en drie HBO Max producties: ‘Let Them All Talk’, ‘Kimi’ en de neo-noir rooffilm ‘No Sudden Move’. Rode draad: de Amerikaanse samenleving komt telkens in beeld als destructief geldmonster.
Delmer Daves’ atypische film noir The Red House uit 1947 is een van Martin Scorsese’s favorieten maar was lang enkel te zien in een verminkte versie. Gelukkig brengt het Franse Rimini Editions nu een gerestaureerde versie uit.
“Do it first, do it yourself, and keep on doing it” is het motto van gangster Tony Camonte in de Scarface van Howard Hawks uit 1932. “I want what’s coming to me,” zegt Tony Montana in Brian De Palma’s Scarface uit 1983, “the world and everything in it”. Er zit 50 jaar tussen de twee sympathieke slechteriken-met-een-litteken maar beiden weerspiegelen een chaotische samenleving in woelige tijden. Hun drift en drang staat voor de Amerikaanse droom én zijn keerzijde. “You know what capitalism is? Getting fucked!.
“Vergeet het, ’t is maar een thriller” schreef een filmschoolleraar onder Martin Scorsese’s lovende analyse van The Third Man. De met slechte punten bedachte leerling werd een gerenommeerd cineast én filmkenner, de film van Carol Reed geldt na een BFI-poll als beste Britse film van de 20ste eeuw. Het iconisch beeld van het in een donkere deuropening oplichtend gelaat van Orson Welles’ Harry Lime is stevig verankerd in ons collectief geheugen. Net zoals de contrastrijke zwart-wit fotografie en de oorworm citermuziek van Anton Karas. Dit is meer dan een thriller.