Etgar Kerets ‘Mijn konijn van vaderskant’: Vertellingen met een hoek af

feb 25, 2020   //   by Ivo De Kock   //   actueel, boek, nieuws  //  No Comments
Etgar Keret

“Een leugen is als een duw,” vertelde de Israëlische schrijver (Pizzeria Kamikaze, Superlijm, Zeven vette jaren) en filmmaker (Camera d’or winnaar Jellyfish) Etgar Keret aan documentairemaker Stephane Kaas, “je kunt er iemand mee aanvallen, maar je kunt er ook iemand mee redden als er een trein op ze af dendert.” Zelf heeft hij vooral oog voor die trein en zoekt hij zijn heil in creatieve leugens. Lees: surrealistische verhalen vol humor en menselijkheid. Zoals Mijn konijn van vaderskant, een bundel kortverhalen met een hoek af.

Shira Gefen en Etgar Keret

Toen zijn beste vriend uit het leven stapte schakelde Etgar Keret (° 1967) zijn verbeelding in een hogere versnelling om mentaal overeind te blijven. Gekke kortverhalen, absurdistische vertellingen hielpen hem menselijkheid te blijven zien in een pijnlijk absurde wereld. Keret ging helemaal in overdrive toen zijn vrouw Shira Gefen, met wie hij in 2007 het in Cannes bekroonde Jellyfish (een kroniek met drie vrouwenportretten) draaide, in zijn geboorteland Israël in 2014 een haatcampagne over zich heen kreeg toen ze tijdens een filmfestival opriep tot een minuut stilte voor Palestijnse slachtoffers van een Israëlische raketaanval.

Onder het motto ‘alleen surrealistische vertellingen kunnen een absurde wereld redden’ bleef de schrijver die de Israëlische Kafka wordt genoemd grappige, trieste, knagende, emotionele en prettig gestoorde korte verhalen vertellen over heel verschillende personages die enkel gevoelens van eenzaamheid en vervreemding delen. Grappige, bizarre en absurde vertellingen waarin vissen praten, konijnen niet zijn wat ze lijken en vreemde apps de realiteit vervormen. Bij voorbeeld in de sublieme, wonderlijke bundel Mijn konijn van vaderskant.

Jellyfish

An Unhappy Childhood

Zijn agent raadde Etgar Keret aan rond te bazuinen dat hij als gepest jongetje in zijn fantasie vluchtte. Want het cliché dat een ongelukkige jeugd een goudmijn is voor een schrijver blijft er ingaan als zoete koek. Maar aan zijn collega-schrijver George Saunders bekende hij dat er ”a different sad story” in het spel was. “Mijn ouders zijn Holocaust overlevers,” aldus Keret, “mijn moeder zag haar moeder en jongere broer vermoord worden voor haar ogen. Als kind kon ik voelen dat ze erg geleden hadden en ik dacht dat mijn rol op aarde was hen gelukkig te maken. Ik huilde nooit en trachtte altijd mijn ouders, en later iedereen, gelukkig te maken.”

Niet dat het Keret aanzette om feel good literatuur te schrijven. Of om te moraliseren. Want morele verhalen zijn voor hem geen nadrukkelijke, didactische exposés: “Ik ontdekte dat Kafka en Kurt Vonnegut gewoontes doorbraken terwijl wij als gewoontedieren veel gruwelijke dingen doen. Een goed verhaal desoriënteert je als lezer, schudt je wakker. Een goed verhaal is zoals een slag. Het doet je denken ‘Waar ben ik? Wat gebeurt er?’ Ik wil geen verhalen schrijven die tegen mensen zeggen ‘Wees goed’ of ‘Wees niet slecht’. Ik wil een verhaal schrijven dat mensen doet zeggen ‘Huh?’, rond zich doet kijken en de dingen anders laat bekijken.”

Jellyfish

Dat resulteerde in verwarrende verhalen, korte vertellingen die heel absurd ogen maar heel menselijk en geloofwaardig blijven. Personages die worstelen met oorlog, ouderschap, familie, relaties, liefde en pijn ontdekken daarbij dat het leven niet eenvoudig is. “Mijn rol is tegen mensen te zeggen dat het allemaal niet simpel is. Ambivalent zijn wil niet zeggen dat je extreem relativeert, dat alles mogelijk is. Het betekent enkel dat je de complexiteit van het leven beseft. Het leven is altijd complex.” Daarom zijn Kerets kortverhalen bizar en gelaagd. Daarom ook eindigen ze nooit eenduidig, voorspelbaar en definitief. Het universum van Keret is een perpetuum mobile zonder loutering.

De dag dat papa van vorm veranderde

‘Mijn konijn van vaderskant’ is vintage Etgar Keret. Een bundel vol heerlijk grappige en knotsgekke kortverhalen. Verhalen over een schoonmaker in een circus die terugdenkt aan de voorlaatste keer dat hij werd afgeschoten uit een kanon, over een rijke man die eerst verjaardagen en dan begrafenissen koopt om liefde te proeven, over drie zusjes hun verdwenen vader herkennen in een konijn (‘de dag dat papa van vorm veranderde’), over een man die verhalen schrijft voor mannen die vrouwen willen versieren, over een man die een samengeperste Mustang cabrio ’68 als koffietafel bewaart, over een televisiekijkende goudvis, over een app waarin echte en virtuele mensen zichzelf en elkaar verliezen, …

Jellyfish

Rode draad daarbij is dat de personages net als de verhalen alle richtingen uitgaan. “Dit verhaal gaat niet over hem” wordt in ‘Schimmel’ alsmaar herhaald. Het door verschillende kortverhalen onderbroken e-mail verkeer tussen de eigenaar van de escaperoom ‘Storing aan de rand van het sterrenstelsel’ en een moeilijke klant ontspoort in een scheldpartij en een bizarre twist. Om maar te zwijgen over de terugkerende droom van A. die uitloopt op een bizarre Endlösung.

Liefhebben zonder te begrijpen

Eigenlijk gaan alle verhalen, via een omweg weliswaar, over het leven, over de ondraaglijke lichtheid van het bestaan. Over de onvermijdelijke complexiteit en absurditeit van de wereld. Niet dat Keret er filosofische traktaten van maakt maar hier en daar last hij overpeinzingen in. Om snel weer de achtbaanrit verder te zetten. “Het leven is als een lelijk laag tafeltje dat de vorige bewoners van je huis hebben achtergelaten in de woonkamer. Meestal zie je et, herinner je je dat het er staat en pas je op, maar soms kun je het ook vergeten en dan krijg je de hoek in je kuit of knie en dat doet pijn. En het laat bijna altijd een litteken achter.” Of “ik keek om me heen en zag dat ik helemaal, maar dan ook helemaal alleen was.” Of ook: “Niets is mooier op deze stinkwereld dan de lach van een kind.” En zeker: “Liefhebben kan ook zonder te begrijpen.”

Dat laatste gaat ook op voor Mijn konijn van vaderskant. De verhalen van Etgar Keret zijn moeilijk te vatten en te duiden. Er is duidelijk een hoek af. Maar ze brengen je wel aan het lachen en kruipen onder je huid. Het zijn absurdistische vertellingen die je gelukkig maken. Heel even. Voor de duur van een kortverhaal.

IVO DE KOCK

Etgar Keret, Mijn konijn van vaderskant, Uitgeverij Podium, Amsterdam, 2020, 244 pag.

Leave a comment