Richard Brooks: De waarheid, goed verteld.

jan 24, 2020   //   by Ivo De Kock   //   actueel, Algemeen, necrologie, portret, regisseur  //  No Comments
Elmer Gantry

De Amerikaanse scenarist, regisseur en romanschrijver Richard Brooks (1912-1992) – een generatiegenoot van gereputeerde filmmakers zoals Don Siegel, Elia Kazan, Nicholas Ray en Sam Fuller – was net als zij adolescent tijdens de Grote Depressie.

The Blackboard Jungle

Vandaar zijn gevoeligheid voor thema’s zoals armoede, corruptie, controle van de media en zijn streven naar waarheid, eerst als journalist, dan als romanschrijver en later als scenarist en regisseur. Tijdens zijn legerdienst maakte Brooks bovendien kennis met racisme en ongerechtigheid én met de weinig heroïsche realiteit: de oorlog.

Het opgroeien in zo’n periode van beproeving vertaalde zich bij hem in een strijdvaardige spirit, in een benadering van het leven (maatschappij en relaties) als een strijd en in de intentie moraliteit in verhalen te injecteren. Dat bleek al in de romans van Brooks: ‘The brick foxhole’ (een sterk en controversieel oorlogsdrama), ‘The boiling point’ (genadeloos portret van kleinstedelijke corruptie en hypocrisie) en ‘The producer’ (een scherpe sfeerschets van Hollywood). En ook als huurling-scenarist voor o.a. Robert Siodmak (Cobra Woman), Jules Dassin (Brute Force), John Huston (Key Largo), Stuart Heisler (Storm Warning) en John Sturges (Mystery Street) legde Brooks accenten die getuigden van een morele visie.

Richard Brooks

Cinema was, net zoals journalistiek dat geweest was, voor Richard Brooks een instrument. Filmen was een manier om fragmentjes uit de realiteit te tonen. Zijn eigen films zag Brooks als onderdelen van het grote portret van zijn land en zijn tijd. “Amerika heeft veel gezichten” zei Brooks “en door de waarheid te vertellen ontstaat langzamerhand een totaalbeeld. Wanneer dat beeld niet flatterend is, moeten we de realiteit maar bijstellen i.p.v. het in fictie te verhullen. De dag dat een Amerikaan de waarheid niet meer mag vertellen, zal een trieste dag zijn.”

Een uitspraak die perfect aangevuld wordt met een repliek van het hoofdpersonage uit Brooks debuutfilm Crisis (1950), “Ik verafschuw dwang, welke vorm die ook aanneemt.” In deze film wordt trouwens reeds duidelijk dat Brooks vrije meningsuiting niet met demagogie verwart; hij wil geen boodschap verkondigen (over dictatuur en revolutie) maar wel op dramatische wijze een problematiek evoceren. Centrale figuur is een dokter die, ver van zijn eigen milieu (de beschaafde wereld van een hospitaal waar alles voor hem geregeld is), een belangrijke beslissing moet nemen. Hij is immers de enige die het leven kan redden van een brutale tiran. De dramatiek schuilt in zijn actie (als dokter) en reactie (als mens).

Elmer Gantry

De mens staat centraal bij Richard Brooks. Als humanist en idealist gelooft hij in de kracht van de menselijke geest. Er bestaat iets zoal het kwaad in het universum van Brooks, maar het is nooit absoluut. Zelfs in zijn meest gewelddadige gedaante, getuige In cold blood en The Last Hunt. Het kwaad is evenmin onoverwinnelijk. Zo is Blackboard Jungle de triomf van het individu op haat en agressie. Brooks is er inderdaad van overtuigd dat het goede (lees: rechtvaardigheid/waarheid) kan zegevieren over het kwade (lees onrecht/leugen).

‘Overtuigd’ is het juiste woord, want Brooks is niet de man van het blinde geloof: zijn overtuigingen zijn redelijk en beredeneerd. In zijn visie is er geen plaats voor zwart/wit denken, voor slogans en klakkeloos aanvaarde waarheden. Geen militarisme en nationalisme bij Brooks, maar evenmin pessimisme en paranoia. De gevaren die hij ziet zijn demagogie en commercie.

In Cold Blood

In Elmer Gantry krijgen we de combinatie daarvan: de salesman/predikant (de confidence man van Lewis Sinclair) misleidt zijn volgelingen en brengt uiteindelijk zichzelf ten val. Brother Gantry gebruikt zijn talent als communicator om het geloof als een product aan de man te brengen, hij bindt mensen aan de kerk door hen de hemel te ‘verkopen’, in sales termen door er een Unique Selling Proposition van te maken.

Het verkopen van ideeën betekent ook een uitverkoop van mensen. In Deadline U.S.A. dreigt een krant (voor Brooks zowat het symbool van vrije meningsuiting) verkocht te worden, in Sweet bird of youth verkoopt Chance Wayne met zijn jeugd ook zijn menselijkheid, in The man with the deadly lens is de handeldrijvende wereld een absurde, autodestructieve machine geworden. Omdat slogans spuien zowat het verkopen van ideeën is, is Richard Brooks ook virulent tegen slogans. Zijn films zitten vol personages die door te redeneren in slogans, allerlei onheil teweegbrengen. Bizonjager Charlie in The last hunt, pater familias Big Daddy in Cat on a hot tin roof, de ophitser Artie West in Blackboard Jungle.

Sweet bird of youth

In de laatste films van Brooks resulteert dat in schizofrenie (Theresa Dunn zwalpt in Looking for Mister Goodbar tussen twee clichétypes), chaoas (de door de media verstoorde wereld is verwarrend in The man with the deadly lens) en leegte (gedreven gokkers in een inhoudsloos zien we in Fever Pitch). Stippen we terloops aan dat Brooks wel degelijk met zijn tijd mee evolueert. Journalistiek en literatuur waren altijd al belangrijk voor de regisseur. Hij verfilmde onder meer The brothers Karamazov (naar Dostojevski), Cat on a hot tin roof en Sweet bird of youth (naar Tennessee Williams), Lord Jim (Joseph Conrad), Elmer Gantry (Sinclair Lewis) en In cold blood (Truman Capote).

Wat niet belette dat hij alsmaar meer aandacht ging besteden aan zijn visuele stijl: van het symbolisme in The brothers Karamazov (gebruik van kleur om een geestesgesteldheid te symboliseren) tot het chaotische beeldgebruik in The man with the deadly lens (als uitdrukking van een wereld/realiteit die vergaan is een zondvloed van beelden).

Lord Jim

Propaganda in film is uit den boze bij Brooks, maar didactiek is dan weer iets heel anders. Er lopen in zijn films trouwens nogal wat verloren zielen rond die door leraars op het juist pad worden gezet. De scholieren in The blackboard jungle, de congregatie in Elmer Gantry, de familie in The brothers Karamazov, de geobsedeerde jager in The last hunt. In de latere films van Brooks verliezen ook de traditionele leraars het noorden. De lerares in Looking for Mr. Goodbar, de journalisten in The man with the deadly lens en Fever pitch.

De didactiek van Richard Brooks bestaat erin dat hij vragen stelt naar het waarom der dingen. Het is niet zozeer de actie – de opbouw naar cruciale momenten in het leven toe – maar wel de verklaring er voor en de reactie rop die hem interesseren. In In cold blood vond dat zijn weerspiegeling in de filmstructuur; i.p.v. een narratieve opbouw van de actie krijgen we een zoektocht naar verklaringen via diverse subjectieve getuigenissen. Het resulteert in complex getekende personages: twijfelende en verontruste individuen als Dadier (Blackboard jungle) en Hutcheson (Deadline USA), mensen die een belastend verleden meetorsen (de sergeant in Take the high ground, de ‘lafaard’ in Lord Jim, Brick in Cat on a hot tin roof), kwetsbare helden (The last time I saw Paris), seksueel gefrustreerde vrouwen (Sweet bird of Youth, Happy ending, Looking for Mr. Goodbar), tegendraadse avonturiers (The professionals en Bite the bullet).

Looking for Mr. Goodbar

Vrouwen krijgen daarbij soms de rol van katalysator toebedeeld: de jonge Indiaanse in The last hunt, Julie Mollison in Take the high ground, Maria Grant in The professionals, Dawn Divine in Dollars. Maar vaak hebben ze centrale, tragische rol: Madeline Douvane in Flame and the flesh, Maggie in Cat on a hot tin roof, Sister Sharon in Elmer Gantry, Alexandra De Lago in Sweet Bird of youth, Mary Wilson in The happy ending en Therese Dunn in Looking for Mr. Goodbar.

Richard Brooks is een moderne cineast in de manier waarop hij kritiek inbouwt (The last hunt als genadeloze afrekening) en emoties laat primeren (in The Happy ending, een heel ongewoon verhaal). Maar hij schrijft zich ook bij de lijst klassieke Hollywoodcineasten in, met name in het belang dat gehecth wordt aan het gedrag. Typerend is Bite the bullet waarin het verhaal een leerproces is. De personages leren de tegenstanders in de race appreciëren, gaan de race niet langer als een spel zien, ontdekken dat niet alle mensen dezelfde bedoelingen hebben.

The man with the deadly lens

Maar ze ondervinden vooral dat winnen niet het allerbelangrijkste is maar wel het krijgen van zelfrespect en het tonen van doorzettingsvermogen. Voor Sam Clayton is niet het doel echt van belang maar wel de wijze waarop dat doel bereikt wordt. Een onconventionele houding die ook de helden van Howard Hawks kenmerkte. “I’m un-american” concludeert Clayton in Bite the bullet, maar het is duidelijk dat Richard Brooks van het tegendeel overtuigd is.

IVO DE KOCK

(Artikel verschenen in Film & Televisie, 1992)

Elmer Gantry

Leave a comment