‘Zij zei’ van Jodi Kantor & Megan Twohey. Of hoe onderzoeksjournalistiek een beweging brandstof gaf
Met hun spraakmakende artikelen reeks over het seksueel wangedrag van Harvey Weinstein die startte op 5 oktober 2017 in The New York Times brachten de Amerikaanse onderzoeksjournalisten Jodi Kantor en Megan Twohey niet enkel de van seksueel wangedrag beschuldigde Hollywood producer ten val maar groeiden ze ook uit tot katalysator van de wereldwijde #MeToo beweging. In hun boek ‘Zij zei’ gaan ze dieper in op het onderzoek en zijn impact.
“We zagen tot onze verbazing hoe de dijk doorbrak,” schrijven Jodi Kantor en Megan Twohey in hun voorwoord, “miljoenen vrouwen over de hele wereld gingen vertellen hoe zij zelf misbruikt en onheus bejegend waren. Enorme aantallen mannen moesten opeens rekenschap afleggen voor hun agressieve gedrag, een ongekend moment van verantwoording. Mede dankzij de journalistiek had zich een paradigmaverschuiving voorgedaan. Ons werk was maar één van de aanjagers van die verandering, die er al jaren aan zat te komen dankzij de inspanningen van toonaangevende feministen en juristen, Anita Hill, Tarana Burke, de activiste die met de slogan #MeToo kwam, en vele anderen, onder wie onze collega-journalisten.”
Amerika is in de ban van comics superhelden en nam beide onderzoeksjournalisten op in een soort media ‘Justice League’, erfgenamen van Woodward & Bernstein, de legendarische Washington Post journalisten die de Watergate affaire onthulden (‘All the President’s Men’), en verwanten van de klokkenluiders Julian Asange, Chelsea Manning en Edward Snowden. De beiden journalisten zelf blijven er bescheiden en nuchter onder en zetten zichzelf niet extreem in het zonnetje. ‘Zij zei’ is vooral een uitgebreidere en meer gedetailleerde versie van de artikels die de val van filmbons Harvey Weinstein (en een resem processen) veroorzaakten.
Het grootste deel van ‘Zij zei’ – een verwijzing naar de ‘Zij zegt, hij zegt’ dooddoener én de fijne vondst het boek in de derde persoon te schrijven – gaat over de Weinstein affaire maar de auteurs trekken de seksueel wangedrag problematiek open naar de beschuldigingen aan het adres van zowel president Donald Trump als rechter Brett Kavanaugh. Twee mislukkingen die aangeven dat geheimhouding wel een klap kreeg door de Weinstein onthullingen maar dat het verre van een doodsteek is. Er valt nog een weg af te leggen is de eindconclusie, maar ook “als het verhaal niet verteld wordt, verandert er niets.”
“Onze verslaggeving over Weinstein vond plaats in een tijd waarin media werden beschuldigd van ‘nepnieuws’ en een zekere nationale consensus over wat waarheid is, leek te verbrokkelen” schrijven Kantor en Twohey. Het illustreert het belang van media zoals The New York Times die onderzoeksjournalistiek hoog in het vaandel schrijven en tegen de stroom in durven roeien. Het onderzoek naar Harvey Weinstein kaderde in een groter kader: de krant peilde onder impuls van ‘investigative editor‘ Rebecca Corbett naar hoe macht functioneert in werkomgevingen en hoe vrouwen steevast gemarginaliseerd worden door machtsstructuren. Gedragen naar een cultuur waar artikelen stevig onderbouwd worden. De impact van de publicaties was zo groot “omdat wij en andere journalisten met heldere en overtuigende bewijzen voor misdadig gedrag wisten te komen.”
Het misbruik van Weinstein dat aan het licht werd gebracht was en blijft schokkend maar wat in dit boek ook opvalt was de muur van stilzwijgen die was opgericht door zowel medewerkers van zijn bedrijf als door de filmindustrie. Iedereen wist van het misbruik, zei het niet van alle details en alle voorvallen, maar niemand zei iets of trad op waardoor seksueel wangedrag, misbruik en verkrachting onder de mat werden geveegd. Of het nu om filmsterren, stagiaires of collega’s ging speelde geen rol. Vaak ging het gepaard met financiële regelingen die – karma is a bitch – uiteindelijk Harvey Weinstein de das zouden omdoen. Ondanks een omstreden ‘nondisclosure agreement‘ bedoeld om alles in de doofpot te steken.
Kantor & Twohey fileren hier ook de advocatuur in het algemeen en zogenaamd feministische advocaten zoals Gloria Allred en haar dochter Lisa Bloom die de lucratieve mallemolen draaiende houden en tegelijk het patriarchale status quo netjes consolideren.
‘Zij zei’ is niet enkel een ontluisterend en stevig onderbouwd werk, het is ook een bijzonder spannende onderzoeksthriller. Fragiele en gekwetste mensen overtuigen de cultuur van het stilzwijgen te doorbreken bleek moeilijk, getuigen ‘on the record’ laten gaan quasi onmogelijk. Maar uiteindelijk lukte het toch en artikelenreeks zette velen aan het voorbeeld te volgen en openlijk te getuigen.
Vaak worden zij die meewerkten aan onthullingen snel vergeten maar dat is hier, ondanks het recente karakter van het gebeuren, niet het geval. Op 16 januari 2019 brachten de twee journalisten in het huis van actrice Gwyneth Paltrow alle Weinstein slachtoffers die meewerkten (en die vaak elkaar niet kenden) samen voor louterende gesprekken. “Centrale vraag: waar waren ze na hun sprong in het diepe terechtgekomen?” Eén conclusie: “we zijn door het vuur gegaan, maar we zijn er allemaal uitgekomen.” Een mooie gedachte.
IVO DE KOCK
Jodi Kantor & Megan Twohey, Zij zei, #MeToo: het journalistieke onderzoek, de onthullingen en de wereldwijde impact, Uitgeverij Atlas Contact, Amsterdam – Antwerpen, 2019, 318 pagina’s.