Interview Tony Kaye over Detachment: ‘Ik begrijp nu beter hoe het systeem werkt’
Een cultfilm kan je carrière schaden. Dat ondervond Tony Kaye toen de industrie hem na American History X de woestijn instuurde. “Ik deed verschrikkelijke dingen” klinkt het berouwvol. Terwijl Detachment een comeback doet verhopen.
De ene Tony Kaye verbergt de andere. Trouw aan zijn imago van prettig gestoorde maverick verscheen de Britse cineast tijdens het festival van Deauville in september 2011 op het podium met een Osama bin Laden-baard, verwilderde blik en gitaar in de hand om zijn onderwijsdrama Detachment met een eigen song in te leiden. “Muziek is een krachtig medium,” vertelde hij achteraf, “dit vak leren werd een obsessie”. Begin dit jaar interviewden we in het Belgische Bergen een heel andere Tony Kaye. Weg waren de baard, de wilde muziekdromen en het geflirt met een outsider-status. “Ik wil onderhoudende films maken en succesvol zijn”. Woorden van een herboren of een gekraakt man? In ieder geval van een cineast die toe was aan een ‘herstart’.
Kaye (°1952) en zijn imago, het is een lang en niet altijd gelukkig verhaal. Nog voor zijn eerste film was hij al omstreden. Zichzelf in een krantenadvertentie omschrijven als ‘de grootste Britse regisseur sinds Alfred Hitchcock’ shockeerde. “Als maker van reclamefilms bracht ik dingen aan de man,” aldus Kaye, “toen ik mezelf wou verkopen besloot ik dezelfde technieken te gebruiken. Zeggen dat ik de beste was zou me wel een job opleveren dacht ik. Ofwel geloven ze me, ofwel denken ze dat ik compleet gek ben en geven ze me een knettergek scenario”.
Zijn arrogant statement werd een pose. Tijdens de opnamen van American History X (1998) toonde Kaye zich excentriek. Met bizar en tiranniek gedrag spiegelde hij zich aan zijn idolen Erich von Stroheim en Francis Ford Coppola. Toen er bij de montage discussie ontstond eiste hij “dezelfde autonomie en hetzelfde respect als Stanley Kubrick”. Het leidde tot een escalerend conflict waarbij Kaye via advertenties uithaalde naar hoofdacteur Edward Norton en een proces inspande tegen producent New Line Cinema. Dat sloeg diepe wonden. “Wanneer je negatieve zaken doet dan wreekt zich dat,” ondervond Kaye, “in de media slechte dingen zeggen wordt je zwaar aangerekend”.
Bijzonder zwaar, al gelooft hij niet “dat de film mijn carrière vernietigde. Ik was gewoon niet klaar voor mijn eerste film. Daarom had ik het gevoel dat ik mezelf in stukken moest breken – niet mezelf vernietigen – en daarna terug opbouwen. Ondertussen begrijp ik beter hoe het systeem werkt, wat je verondersteld wordt te doen om succesvol te zijn. Want dat wil ik zijn”. Zijn verbanning was volgens Kaye “een goede zaak. In de wildernis verblijven kan je tot een voordeel maken. Ik wou dingen uitzoeken en dat lukt perfect als outcast”.
Daarom klinkt Kaye niet verbitterd of pessimistisch: “Het is mogelijk om in het Hollywoodsysteem te werken en toch een stem te hebben. Quentin Tarantino heeft het gedaan, David Fincher en Alexander Payne doen het, George Clooney ook in zekere zin. Ik zou graag een grote, commerciële komedie maken maar dan wel een die uitdagend blijft. Nu besef ik dat je daarvoor zelf bijzonder stabiel moet zijn omdat je wil dat mensen je vertrouwen”. Hij probeert zijn reputatie te veranderen en is blij dat Detachment “got me back in the game. Mede dankzij Adrian Brody, een erg gerespecteerd acteur. Dat hij opnieuw met me wil werken én sterk acteerde helpt”.
Kaye’s in documentair realisme badende Griekse tragedie is de kroniek van drie bewogen weken uit het leven van verschillende leraars en scholieren gezien door de ogen van plaatsvervangend leraar Henry Barthes. De cineast is “erg geïnteresseerd in sociale onderwerpen en in opvoeding” maar “wanneer ik een film zou maken over het onderwijs dan zou het deze film niet zijn. Dat zeg ik uit ervaring want ik maakte Lake of Fire (2006) en dàt was een documentaire over het abortusdebat in Amerika. Detachment is iets heel anders, het is géén film over het Amerikaanse onderwijssysteem”.
Ook al was er een ervaringsdeskundige bij betrokken: “De incidenten die in de loop van de 90 minuten plaatsvinden zijn het resultaat van enkele jaren schrijfwerk van een scenarist die in het onderwijs stond. Carl Lund was getuige van miljoenen zaken en vertaalde ze dramatisch”.
Voor Kaye gaat de film “over het gevoel uit het Camus-begincitaat ‘And never have I felt so deeply at one and the same time so detached from myself and so present in the world’”. Het gevoel van iemand die verbonden is met zijn job, zijn familie en een weggelopen meisje maar die toch afstand houdt. Net zoals American History X toont Detachment de transformatie van een man. “Ik hou ervan dat iemand een verandering doormaakt” zegt Kaye.
In Deauville wees hij erop dat “de dramatische boog die van de detachment is die Henry zichzelf aanpraat: ik geef les maar ik ben niet betrokken. Als tijdelijke leerkracht ga ik leerlingen niet ontwikkelen”. Langzaam verandert dit: “Wanneer hij op het einde terug gaat naar waar Erica verblijft geeft hij aan dat hij voor haar zal gaan zorgen”. Kaye herkent zich in Barthes “omdat het iemand is die zoals ik in notitieboekjes leeft. Ik heb nog een ander bestaan dan dat van filmmaker: ik schilder, componeer en schrijf. Het schriftje van Barthes bevat al zijn gedachten. Als ik nog een film over hem zou maken dan keek ik daarin”.
IVO DE KOCK
(Interview verschenen bij De Filmkrant, september 2012)