Downsizing: Alexander Payne’s ecologische satire

mei 22, 2018   //   by Ivo De Kock   //   actueel, Algemeen, dvd, dystopie, film, genre, politieke film, regisseur  //  No Comments

DOWNSIZING

Ruim 10 jaar liep de Amerikaanse Sideways en Nebraska regisseur Alexander Payne rond met het idee voor een apocalyptische ecologische satire over klimaatverandering, overbevolking en sociale ongelijkheid. Maar producenten vonden dit sciencefiction sprookje – dat vasthouden aan groei countert met nood aan vermindering – “te intelligent voor het noodzakelijke budget” en toen Downsizing er toch kwam bleef het Amerikaanse publiek weg. Helaas werd ook hier dvd de laatste hoop voor deze fantasie die de absurditeit van de realiteit blootlegt.

DOWNSIZING

Het cliché stemt jammer genoeg overeen met de realiteit: Amerikanen zien alles groot. Hun steden, hun snelwegen, hun huizen, hun auto’s, hun ijskasten, hun parkeerplaatsen, hun porties fast food en popcorn, hun blockbuster films en hun economische, politieke en militaire machtsontplooiing. Om maar te zwijgen van het vermogen van sommige van hun presidenten om op bombastische wijze onzin te verkopen. En dan is het cliché niet meer grappig maar gevaarlijk.

“Het lijkt wel of de wereld op zijn kop staat,” zegt Alexander Payne (°1961), de in de V.S. achterdochtig als ‘Europees cineast’ bekeken Amerikaanse filmmaker, “zeker in Amerika, die ongelooflijk machtige natie die momenteel, we moeten het zeggen, geleid wordt door een gek.” Het zette Payne aan zijn landgenoten aan te sporen tot reflectie via een herwerking van Jonathan Swifts satirische boek Gulliver’s Travels en existentiële sciencefiction films zoals Jack Arnolds The Incredible Shrinking Man (1957). Door alles ‘klein’ te zien houdt zijn satirisch sciencefiction drama Downsizing (2017) ons een spiegel voor waarin ‘groei’ en ‘vermindering’ een dodendans uitvoeren.

DOWNSIZING

Transformatie en loutering

Net zoals in Election, About Schmidt, SIdeways, The Descendants en Nebraska vertelt Alexander Payne een verhaal van transformatie en loutering. Het parcours van zijn protagonist, mijnheer doorsnee Paul Safranek (Matt Damon), loopt van Nebraska naar Noorwegen in een suburbian comedy die via een absurde satire van de american way of life transformeert in een apocalyptische dystopie. Alles begint wanneer Paul zich om ecologische en economische redenen laat verkleinen tot lilliputter formaat (1m80 wordt 12 centimeter) en in een gesloten gemeenschap terecht komt. Die samenleving van mini-mensen blijkt een perfecte miniatuur versie van de ‘grote’ wereld. De ‘grootse’ Amerikaanse droom leeft ook voort op ‘kleine’ schaal en de nachtmerrie is navenant.

Paul Safranek woont aanvankelijk in onze door grootheidswaanzin gedreven wereld en het verhaal van die wereld is een aflopend verhaal. Overbevolking, klimaatverandering en uitputting van de grondstoffen hebben gezorgd voor een fatale spiraal. Vasthouden aan groei blijkt destructief op economisch, ecologisch en biologisch vlak. De nieuwe droom is vermindering. De gemakkelijk beïnvloedbare Safranek kijkt bewonderend en gefascineerd toe wanneer in het kader van een wetenschappelijk experiment een vuilzak wordt getoond afkomstig van 100.000 mensen. Honderdduizend letterlijk verkleinde mensen wel te verstaan. De kerngroep daarvan wordt in triomf een auditorium vol verbijsterde mensen binnengereden.

DOWNSIZING

Samen met zijn vrouw Audrey (Kristen Wiig) wil Paul een uitzichtloos maar ook rimpelloos leventje in Omaha, Nebraska wel inruilen voor een permanent verblijf in de eerste gemeenschap van ecologische lilliputters. Het is en blijft Amerika en dat utopisch paradijs blijkt een klein consumptie universum dat baadt in een vakantie- en ontspanningssfeer (de film en serie Westworld zijn niet ver weg). Een wereld die draait rond geld waar maar de droom – kleine bankrekening wordt grote bankrekening door beperkte kosten – toch niet zomaar niet te koop blijkt.

Het einde van de wereld in’t klein

Het lijkt aanvankelijk idealistisch én ideaal. Een Noorse wetenschapper (die de technologie ontdekte om “organisch materiaal op cellulair vlak te reduceren”) overtuigde een groep vrijwilligers om zich fysiek te laten verkleinen en zo hun ecologische voetafdruk drastisch te verminderen. De deelnemers zwaaien overgelukkig naar de grote mensen wanneer het experiment publiek gemaakt wordt, reclame toont een soort miniatuur Center Parcs/ Playmobil bubbel met ‘grote’ huizen (MacMansions!) en een ‘heerlijk’ luilekkerleven, deelnemen blijkt ook financieel gewin op te leveren. Althans volgens Pauls oude schoolvriend Dave die in de wolken is over zijn poppenhuis bestaan in het nieuwe Shangri-La (het aards paradijs van James Hiltons roman en Frank Capra’s film Lost Horizon).

DOWNSIZING

De minpunten – het ‘downsizing‘ proces is onomkeerbaar en de kloof met ‘gewone’ familieleden gigantisch groot – lijken niet op te wegen tegen de pluspunten. Dat vinden Paul en Audrey toch na een bezoek aan een ‘kijkwoning’ in Leasureland waar ze rondgeleid worden door de Lonowski’s (Laura Dern en Neil Patrick Harris). Alleen bedenkt Audrey zich op het laatste moment en ondergaat ze het fysiek gruwelijke verkleiningsproces (lichaamsbeharing én tanden moeten worden verwijderd) niet. Waardoor Paul alleen in de nieuwe miniatuurwereld terecht komt. Eenzaam én economisch minder sterk. De droomvilla wordt daarom gedwongen ingeruild voor een appartement in een gebouw vol luidruchtige buren. Zoals Euro-gangster, playboy en fuifbeest Dusan (Christoph Waltz). De droomwereld lijkt plots een gevangenis.

Het ‘downsizen’, het verkleinen, wordt door Payne op een humoristische én realistische wijze in beeld gebracht (de effecten ondersteunen de personages en hun emoties) en levert sublieme slapstick scènes op. Plus hilarische personages. Maar ook een portie gruwel (het transformatie proces) en tragiek (de scheiding van het koppel). Daarmee wordt duidelijk dat Downsizing wel sciencefiction is maar toch gevoelens en moraliteit laat primeren op wetenschap. Dit gaat niet om een mogelijke toekomstvisie maar over politieke utopieën.

DOWNSIZING

Kiezen en verliezen

De toon van Dowsizing wordt langzaam donkerder en protagonist Paul wordt voor (morele) keuzes geplaatst. Hij moet kiezen tussen zich conformeren aan de norm (en een veilig leven) of zich laten leiden door zijn menselijkheid. Langzaam begint hij af te wijken, niet langer mee te lopen in de waan van de dag, en te luisteren naar de stemmen van ratio en emotie: respectievelijk Dusan de oplichter en Ngoc Lan Tran (Hong Chau), zijn rebelse Vietnamese poetsvrouw.

Paul is typische ‘working class American‘ die de Amerikaanse droom maar blijft mislopen. In de normale, grote wereld overleeft hij met moeite en in zijn nieuwe ‘small universe‘ geraakt hij niet verder dan een job in een call center die hem enkel toelaat heel uitzonderlijk een grote (normale) roos te kopen. De hele economie én de sociale ongelijkheden (inclusief raciale ongelijkheid) worden immers gereproduceerd op kleine schaal. Alleen de rijken worden rijker, bedrijven strijken winsten op en misdadigers pikken hun graantje mee.

DOWNSIZING

Tot zijn verbijstering stelt Paul vast dat buiten de muren van de mini-maatschappij een subproletariaat van armen, zieken en vluchtelingen in erbarmelijke omstandigheden leeft. Ngoc Lan Tran, een politieke activiste die tegen haar wil verkleind werd en daar een verminking aan overhield (ze verloor een been in het transformatie proces), maakt duidelijk hoe gepolariseerd deze enkel schijnbaar harmonieuze utopische mini-wereld is.

Rebelse heldin

Paul is de naïeve anti-held van Downsizing maar de ware held(in) is Ngoc Lan Tran. Zij is de drijvende kracht van het verhaal en een bron van kracht en wijsheid. Payne doorprikt hier de clichévisie in Amerikaanse mainstream cinema dat personages die minder vlot praten (ze spreekt met een sterk Vietnamees accent) minder intelligent zijn. Want de activiste (die op haar eentje een volledig sociaal bijstand team is) blijkt zowat de Mister Yoda van de ‘kleine’ wereld.

DOWNSIZING

Via haar ontdekt de blanke Paul dat ook Latino’s, Aziatische Amerikanen en Afro-Amerikanen het slachtoffer werden van het rond ‘groei’ en ‘winst’ draaiende neo-liberalisme. Want alhoewel het woord ‘kapitalisme’ nergens valt is het duidelijk dat het economisch systeem, ongeacht de size (groot of miniatuur), op eenzelfde nefaste wijze blijft functioneren. Waarbij dezelfden telkens opnieuw de prijs betalen. En dezelfden telkens weer uitgebuit en gedemoniseerd worden. De muur waarachter de in Leasureland werkende Mexicanen en Latijns-Amerikanen leven maakte al voor het aantreden van Donald Trump deel uit van het scenario, maar krijgt nu nog meer betekenis.

Downsizing is een bijtende kritiek op de american way of life, het spilziek consumptiegedrag en het sociaal en etnisch separatisme van een samenleving waar entertainment, media en cultuur groot en klein in slaap wiegen en zo onrecht en ongelijkheid uit beeld houden. Aan het einde van Downsizing ontwikkelt de gekke professor van dienst een nieuwe utopische oplossing. Jules Vernes achterna gaat de tocht van de daglicht vaarwel zeggende sekte naar het centrum van de aarde. Om er te schuilen tot de natuur zich hersteld heeft.

DOWNSIZING

Paul lijkt opnieuw verkocht en ondanks zijn liefde voor de nuchtere en vitale Ngoc Lan Tran zet hij aan. In extremis gered door zijn bewustwordingsproces. Om te concluderen dat het beter is te leven, en te vechten, dan om te vluchten (in de berg) of te berusten (in de grote wereld). Samen met de stem van zijn geweten, de koppige verzetsheldin.

Vechten tegen de dood

Niet voor het eerst serveert de in Omaha, Nebraska in een Grieks-Amerikaanse immigrantenfamilie geboren Alexander Payne ons politieke analyses (Election), sociale satires (About Schmidt) of van vervreemding bol staande portretten (Nebraska). Volgens de cineast “somt Downsizing al mijn thema’s op. Er is een kijk op klassen in Amerika, een politieke satire en een humanistisch standpunt.” Maar ook het gegeven dat de confrontatie met de dood nieuwe energie vrijmaakt: “wanneer de dood dichterbij komt, begin je het leven nauwgezetter te bekijken.”

DOWNSIZING

Voor de absurde humor van Downsizing en de soms groteske personages en situaties haalde Payne inspiratie bij de Italiaanse filmmaker Federico Fellini. “Ik had de regisseur van La Strada en Notte de Cabiria voor ogen,” stelt Payne, “een pastiche van onze tijd, waarbij de personages een ruim en divers gamma ervaringen doormaken die hen uiteindelijk sterk tekenen.” Maar Downsizing is ook een dystopie met een horror onderstroom. “We leven in gruwelijke tijden,” stelt Payne, “geen genre is beter in het uitdrukken van onze collectieve angsten dan horror. Wanneer we rond ons kijken is het duidelijk dat het misschien wel tijd is voor een nieuwe remake van Invasion of the Body Snatchers (met ondertussen al versies van Don Siegel, Philip Kaufman en Abel Ferrara).”

Het is hemeltergend dat een onderhoudende film die ergens over gaat én kritisch is zoals Downsizing amper publiek haalt. In de V.S. en bij ons. Maar het is wèl verheugend dat de film gemaakt werd. Of een nieuwe filmische tegencultuur, zoals New Hollywood in de jaren zeventig, er inzit in zijn land weet Payne niet: “De jaren zeventig waren vruchtbaar en leverden films op die gemaakt werden tegen de wil van de regering en de studio’s in. Ik hoop dat dit opnieuw mogelijk wordt. Al blijft het een uitdaging om engagement en entertainment te verzoenen.” Met Downsizing is hij daar alvast in geslaagd. Wordt hopelijk vervolgd, en dan hebben we het nièt over een sequel.

IVO DE KOCK

(Artikel verschenen bij DeWereldMorgen.be, woensdag 30 mei 2018,  Downsizing)

 

DOWNSIZING: regie: Alexander Payne; USA, 2017, 135′; met: Matt Damon, Christopher Waltz, Kristine Wiig, Hong Chau, Udo Kier, Laura Dern en Neil Patrick Harris; fotografie: Phedon Papamichael; muziek: Rolfe Kent; montage: Kevin Tent; extra’s Blu-ray dvd: zes documentaires; distributie: Paramount.

DOWNSIZING

Leave a comment