The Hitchcock Touch. Deel 14: Spellbound
In Suspicion en Shadow of a Doubt verbond Alfred Hitchcock gewelddadige mannelijke ambiguïteit met, verre van onschuldige, vrouwelijke verbeelding. Met de trilogie Spellbound, Notorious en Under Capricorn richtte hij zijn aandacht op de verschillende facetten van de vrouwelijke persoonlijkheid.
Spellbound, de tweede prent die Hitchcock voor David O’Selznick maakte, is een belangrijke film in het werk van de meester-van-suspense omdat er duidelijk wordt dat de persoonlijkheid van de personages de motor wordt van zijn Amerikaanse films. Waardoor de geheimen net als de driften verborgen blijken in de menselijke psyche. En thrillers tegelijk ook een speurtocht naar psychologische betekenis zijn. In Spellbound wordt het klassieke achtervolgingsverhaal (met een vluchtende onschuldige op de hielen gezeten door agenten) naar de achtergrond verdrongen door een liefdesverhaal en haar kopie (de psycho-analyse).
De publicitaire slogan van de film, “Will he kiss me, or kill me?“, legt de link tussen de personages vertolkt door Joan Fontaine in Suspicion en Ingrid Bergman in Spellbound: liefde is gevaarlijk omdat het object nooit volledig gekend en gevat kan worden. Dr. Constance Petersen is een vrouw van de wetenschap: als psychiater behoort ze tot de staf van een gereputeerde instelling. Ze wordt verliefd op John Ballantine: een man met geheugenverlies die zich voordoet als een verdwenen dokter (Dr. Edwardes) en bij zijn ontmaskering verdacht wordt van moord. Dr. Petersen vlucht samen met haar geliefde/patiënt, die zelf overtuigd is van zijn schuld, in de hoop via een louterende speurtocht zijn onschuld te bewijzen en een nieuw leven mogelijk te maken.
Zoals vaak bij Hitchcock fungeert een omhelzing als katalysator. De eerste kus van het koppel werkt dubbel bevrijdend. Ten eerste is er de bevrijding van Dr. Petersen, die na haar wetenschappelijke afstandelijkheid ook haar fysieke geremdheid inruilt voor passie en sexuele vrijheid. Ten tweede wordt de geestelijke val van het slachtoffer van geheugenverlies gestuit, waardoor hij eerst van de effecten (o.m. de zelfbeschuldiging) en later van de grond van de neurose wordt bevrijd. Tegelijk worden de twee individu‘n één, het koppel wordt gevormd tijdens de strijd tegen de twijfel.
De kusscène is duidelijk Freudiaans geladen. In een tekstuele proloog omschrijft Hitchcock psycho-analyse als een middel “to open the locked doors of the mind“. Dit visualiseert hij in de kusscène via beelden van een reeks openende deuren die ons een eindeloze gang tonen. De betekenis is overduidelijk: Dr. Petersen zal John Ballantine de kracht geven om de geestelijke deuren te openen waarachter de traumatische gebeurtenissen verborgen liggen die hem in hun greep (‘spellbound’) houden. Met de hulp van een oude mentor, Freud lookalike Dr. Alex Brulov, weet Petersen de dubbele bodems en symbolen van Ballantines angsten en nachtmerries (in beeld gebracht door Salvador Dali) te duiden.
De confrontatie met een betekenisvolle plaats (het ski-oord waar Dr. Edwardes verdween) zorgt voor de rest. Een trauma (schuldgevoel omwille van een ongeval waarbij zijn broer om het leven kwam) en een mysterie (Dr. Edwardes blijkt gedood door een geweerschot) worden verklaard. En Dr. Petersen ontmaskert tegelijk een schuldige manipulator: Dr. Murchison, de directeur van de instelling die zijn positie bedreigd zag en handig zijn schuld wist over te dragen op een beïnvloedbaar individu. Kortom, in Spellbound staat de echte ‘gek’ aan het hoofd van het asiel en heeft de patiënt er alle baat bij dat zijn dokter verliefd wordt op hem. Een handige omkering van de clichés !
In Spellbound experimenteert Alfred Hitchcock duidelijk met thema’s die later nog aan bod zouden komen: de verbinding van liefde met geestesziektes en verstoorde waarneming (Vertigo, Marnie), de link tussen een fysieke val en schuldgevoelens (Vertigo, To Catch a Thief), psycho-analyse als medisch equivalent van de biecht (Under Capricorn, I Confess), het conflict tussen professionele objectiviteit en persoonlijke betrokkenheid (Notorious, The Paradine Case), acteren als een vorm van bedrog (Stage Fright, Strangers on a Train) en vooral de kwetsbaarheid van identiteit (North by Northwest, Psycho, Torn Curtain).
Het vrouwelijke hoofdpersonage fungeert als biechtvrouw en redder van de man. Daarbij gaat ze de confrontatie aan met zijn neuroses en potentieel gewelddadige verbeelding. Evenwel zonder er, zoals in Notorious en Marnie, het slachtoffer van te worden. Spellbound geeft alleszins aan dat Alfred Hitchcock in zijn Amerikaanse periode suspense begon te verbinden met een Freudiaanse thematiek. Verdrongen verlangens en verwrongen seksualiteit tekenen zijn personages, hun relaties en het filmverhaal.
Terwijl film en droom nauw verbonden zijn. Hitchcock zal deze dingen meer en meer integreren in het hart van zijn films (met Vertigo en Marnie als artistieke hoogtepunten), maar in Spellbound is de introductie ervan nog tamelijk nadrukkelijk. En ook grotendeels humorloos, op enkele uitzonderingen na. Zoals de opmerking van Dr. Petersens mentor wanneer zijn ‘leerlinge’ gaat slapen: “Good night and sweet dreams, which we will analyze at breakfast“. Enkele dramatische sleutelscènes zijn ook tamelijk nadrukkelijk. Zo richt de ontmaskerde schuldige zijn pistool (reuzegroot in beeld op de voorgrond) eerst op Dr. Petersen, daarna op zichzelf en tenslotte op de camera (de kijker). Waarna het schot afgaat. Iets subtieler zijn de scnes rond een brief die net niet in verkeerde handen valt. Het eerste voorbeeld is een symbolische scne, het tweede gewoon een spannende scène.
Een toeval is dit alles niet. Alfred Hitchcock probeert in Spellbound immers een en ander uit. Hij geloofde wel in psycho-analyse als middel om verborgen betekenissen naar de oppervlakte te brengen, maar minder in het praten (zijn personages zijn meestal mensen van weinig woorden) als essentiële therapie om onbewuste informatie te reveleren. Hij zag zichzelf, net als een psycholoog en een romanschrijver, als een therapeut die verdrongen verhalen vertelt.
Vandaar dat hij, net als de negentiende eeuwse schrijvers (in reactie op de zeventiende en achtiende eeuwse literatuur), het avontuur en de dominantie van de plot inruilt voor karakterisering en reflectie, voor een evocatie van het interne leven van complexe personages. In Spellbound wordt de relatie tussen psychologische interpretatie en het literair vertellen van verhalen aangeduid door talrijke referenties naar boeken en schrijven (personages die brillen dragen, de introductietekst, de rol van een handtekening of notities bij ontdekkingen).
Maar Hitchcock zocht duidelijk naar een visueel equivalent voor het therapeutische ‘praten’. Vandaar de introductie van beelden (objecten met lijnen) en dromen (de Dali-nachtmerrie) als motor van emotionele crisissen en sleutel tot geheimen. De echte oplossing vond hij in de personages zelf. Door de psychologe verliefd te laten worden op haar pati‘nt, dramatiseert Hitchcock de kloof tussen het uiterlijke beeld van de identiteit (de ‘professional’ als uiterlijke ‘self’) en de eigenlijke, verborgen identiteit (het onprofessionele emotionele leven van de innerlijke ‘self’).
Het is in dit contrast dat de verklaring voor gedrag ligt. Een zoektocht naar duiding en begrip heeft bij Hitchcock dan ook steeds iets van een uitzieken, van helen door de heilzame invloed van anderen en door het vertellen van het eigen verhaal. Daarbij fungeren personages vaak als een spiegel voor het centrale personage. Zo zijn enkele patinten van Dr. Petersen in Spellbound een veruiterlijking van facetten van haar verborgen persoonlijkheid (meer bepaald haar houding t.o.v. mannen en autoriteit). En de foute reactie van mensen die haar denken te kennen, belicht haar persoonlijkheid.
Zo plagen haar collega’s haar omwille van haar koelheid (terwijl net haar emoties opborrelen), ziet een hoteldetective haar als een brave lerares (en ‘redt’ hij de vrouw die hij eigenlijk zou moeten vatten) en werkt haar bril eerst als camouflage en daarna als herkenningselement. Telkens wordt de breuk tussen uiterlijkheid en innerlijkheid, tussen schijn en essentie, manifest. Het traject dat een personage aflegt, is het verhaal van de vorming van een identiteit. De vrouw speelt daarbij de rol van katalysator. Niet door koel, professioneel te analyseren. Wel door de ziekte met de patiënt te delen, door zelf voor ‘baby talk’ (zoals de ervaren dokter praten over liefde bestempelt) te zorgen. En door via betrokkenheid toegang te krijgen tot de geheimen van het onderbewustzijn van de man, van haar toekomstige partner. Liefde is, volgens Alfred Hitchcock, het delen van een donkere droom.
IVO DE KOCK
(Artikel verschenen in Film & Televisie)
SPELLBOUND: reg. Alfred Hitchcock. sce. Ben Hecht naar ‘The House of Dr. Edwardes’ van Francis Beeding. fot. George Barnes. muz. Miklos Rozsa. mon. William Ziegler. droomsequentie Salvador Dali. pro. David O. Selznick voor Vanguard Films. act. Ingrid Bergman (Dr. Constance Petersen), Gregory Peck (John Ballantine), Michael Chechov (Dr. Alex Brulov), Leo G. Carroll (Dr. Murchison), Jean Acker, Donald Curtis, e.a. / U.S.A., 1945, 110 min, z/w. dis. ABC (import).