The Hitchcock Touch. Deel 13: Shadow of a Doubt

mrt 24, 2018   //   by Ivo De Kock   //   actueel, film noir, genre, Hitchcock, regisseur, thriller  //  No Comments

SHADOW OF A DOUBT

In 1943 verraste Alfred Hitchcock het publiek met een donkere en pessimistische film: Shadow of a Doubt. Het zou één van zijn favoriete films blijven. Omwille van de samenwerking met de schrijver Thornton Wilder, die o.m. zorgde voor de vele kleurrijke en zorgvuldig getypeerde nevenpersonages. Maar ook omwille van het donkere wereldbeeld dat hij compromisloos mocht tekenen. Waardoor Shadow of a Doubt Hitchcocks eigen ‘film noir’ werd.

SHADOW OF A DOUBT

Het verhaal van Shadow of a Doubt bevat de typische noir-ingrediënten: obsessie, moord, passie, angst, wanhoop. Maar het gebeuren speelt zich niet af in een grootstedelijk kader, wèl in een provinciaal stadje waar enkel de verveling dodelijk is. Hitchcock introduceert in het rimpelloze leefwereldje van de ultra-gewone burgers een duivels personage: Charlie Oakley, een psychotische gigolo die tegelijk charmant én gewelddadig is. Charlie is de verpersoonlijking van het kwaad, hij is een cynische wraakengel gespecialiseerd  in het verleiden en vermoorden van (in zijn ogen al te vrolijke) weduwen. Het bijzondere hieraan is dat Hitchcock dit gegeven verbindt met het fenomeen van de dubbelganger en/of de ontdubbeling via het personage van Charlie Newton, een nicht die gebiologeerd is door de zowel aantrekkelijke als afstotelijke persoonlijkheid van haar oom.

In het werk van Alfred Hitchcock is de dubbelganger en/of ontdubbeling een vertrouwd thema dat verbonden wordt met het ‘bevreemdende’ (het ‘unheimliche’). Er zijn wel verschillende vormen een graderingen. Een eerste verschijningsvorm van het dubbelganger-thema krijgen we wanneer mensen als identiek worden beschouwd omdat ze er hetzelfde uitzien. Die gelijkenis kan resulteren in misleiding: de onschuldige brave burger in The Wrong Man lijkt uiterlijk op een bankovervaller en wordt met hem verward, waardoor hij zijn persoonlijkheid én identiteit kwijtspeelt.

SHADOW OF A DOUBT

Maar de gelijkenis kan ook het gevolg zijn van bedrog: in The Lady Vanishes kan de kopie functioneren omdat niemand het  origineel gezien heeft (of gezien wil hebben). Een tweede verschijningsvorm van het fenomeen krijgen we wanneer een constante herhaling van hetzelfde optreedt. Een herhaling van dezelfde moorden zoals de weduwen in Shadow of a Doubt, een herhaling van tics (rok over de knieën trekken) en gedragingen (het bestelen van bedrijven waar het personage onder een valse naam werkt) in Marnie. Waarbij de actie een dwangmatig karakter heeft en de personages haast in trance verkeren.

Een derde ontdubbeling krijgen we wanneer het subject zich identificeert met iemand anders en zijn/haar eigen identiteit in de verwarring vervangt door die van de ander. Er treedt m.a.w. een ontdubbeling en scheiding van het ego op, alsook een verwisseling van identiteit. Daarbij ontstaan er duo’s zoals Norman Bates en ‘mother‘ in Psycho, Bruno en Guy in Strangers on a Train en oom en nicht Charlie in Shadow of a Doubt.

SHADOW OF A DOUBT

Het ‘dubbel’ fenomeen houdt verband met geesten, het geloof in het bestaan van de menselijke ziel en angst voor de dood. Hitchcock combineerde zijn katholieke geloofsovertuiging met de opvattingen van Sigmund Freud over ‘Das Unheimliche‘. In die visie was het ‘dubbel’ aanvankelijk een verzekering tegen de vernietiging van het ego, een verdediging tegen de dood: de onsterfelijke ziel gold als ‘dubbel’ van het sterfelijke lichaam. Vanaf de introductie van de psychoanalyse werd evenwel gesteld dat wanneer het primair narcisme overstegen wordt, het ‘dubbel’ fungeert als boodschapper van de dood.

De verdubbeling slaat om in ontdubbeling: een deel van het ego zondert zich af om de rest te observeren en bekritiseren (waardoor het subject zich als object kan behandelen). Zo ontstaat geestelijke censuur en een geweten. In pathologische gevallen treedt een breuk op en worden de twee delen totaal gescheiden, ontdubbeld. Dat uit zich in rationalisaties waarbij een onoverbrugbare kloof ontstaat tussen emoties en moraal enerzijds en daden anderzijds. Zo passen de leerlingen in Rope de theorie toe dat moord kunst is omdat het de dader een ontzettend gevoel van controle en superioriteit geeft. Tot vertwijfeling van hun leraar die de theorie slechts als fictie had opgevat.

SHADOW OF A DOUBT

Monsterlijke personages zijn bij Alfred Hitchcock steevast de gevangenen van eigen geest en lichaam. Ze drukken onze angst voor onze innerlijke natuur (het monster in de mens) en de scheiding tussen dit innerlijke wezen en ons fysiek uiterlijk (de mens in het monster) uit. Vandaar dat oom Charlie in Shadow of a Doubt tegelijk walgelijk (monsterlijk) en sympathiek (menselijk) is. Hij vermoordt de rijke weduwen niet voor hun geld, maar wl om de maatschappij te verlossen van wat volgens zijn opvattingen parasieten zijn. Op de vlucht voor de politie (die hem én een dubbelganger verdenken van de moorden) komt hij zich verschuilen in het kleine Californische stadje Santa Rosa, waar zijn zuster en nicht wonen.

Voor deze mensen is Charlie een man van de wereld die de vervelende sleur komt doorbreken. De jonge adolescente van het gezin ziet haar verre oom als iemand die het gezin komt redden, komt wakkerschudden (‘shake us all up‘). Tussen oom Charlie en zijn nicht Charlie bestaat een contact, een verstandhouding die verder gaat dan de familiale relatie. Wat in de openingsbeelden visueel geïllustreerd wordt door Hitchcock: we krijgen shots van de twee die in spiegelbeeld op bed liggen, weliswaar kilometers van elkaar in andere kamers, en a.h.w. door meditatie de scheiding van afstand overwinnen.

SHADOW OF A DOUBT

Tijdens de eerste rituele gezamenlijke maaltijd neemt de verloren zoon/teruggekeerde oom niet enkel de plaats van het gezinshoofd (een dromerige man die met een vriend filosofeert over de ideale moord) in, hij overtuigt zijn nicht, door het suggereren van een telepatische link, dat zij eigenlijk ’tweelingen’ zijn. Langzaam leert Charlie echter de verborgen zijde van haar oom kennen, terwijl ze zelf de stap van puber naar volwassene zet. Charlie’s impuls om haar oom zowel te beschermen als te veroordelen accentueert de psychische verbondenheid. Zij belichaamt de positieve morele waarden die haar oom meent te vertolken, hij is de duistere zijde in het eigen karakter  dat ze bij het opgroeien opmerkt (de ontluikende seksualiteit).

Charlie ontdekt het geheim van oom Charlie en hij wijst haar erop dat ze een beschermd, gecontroleerd droomleven leidt. De wereld wordt gereveleerd als een nachtmerrie: een bezoek aan een café maakt haar bewust van het feit dat er nog zoiets bestaat als werk (een schoolvriendin heeft er een totaal oninteressante en zelfs bedreigende job) en oorlog (het gebeuren wordt expliciet gesitueerd in 1941). De onschuld van Charlie moet in zelfbewustzijn veranderd worden, ze moet uiteindelijk haar oom ‘vermoorden’ (tijdens een worsteling in een trein duwt ze hem uit zelfverdediging uit de wagon en onder een aanstormende trein) voor hij haar vermoordt (oom Charlie reageert opgelucht en bewonderend telkens wanneer ze ontkomt aan zijn aanslagen, zijn pogingen om haar te verstikken of fataal ten val te brengen).

SHADOW OF A DOUBT

Ze liquideert de dubbelganger die eigenlijk een deel van haarzelf was. En die tevens haar ‘dream lover‘ was: een ingebeelde geliefde (de gebaren en blikken tussen oom en nicht zijn vaak ‘out of character‘) die uit zelfkastijding een negatief gedrag wordt toebedeeld. Het slot van Shadow of a Doubt kondigt een nieuwe relatie aan: die tussen Charlie Newton en haar medeplichtige (als beschermer van ‘het geheim’ van oom Charlie) aanbidder (opnieuw een politieman die uit liefde de waarheid geweld aandoet). Een relatie die sociaal (huwelijk) en fysiek (seks) zal zijn, maar niet spiritueel (geest). De totale unie is onmogelijk omdat Charlie haar fascinatie (die sterker is dan verliefdheid) voor haar oom levenslang zal bewaren.

SHADOW OF A DOUBT

Alfred Hitchcock betrekt ook de toeschouwer in de ontdubbeling. Het dubbele karakter van de personages én van de onschuld en schuld drukt volgens hem de relatie tussen kijker en film uit. Het publiek wil deelnemen aan het geweld (moord, verkrachting), maar ontvlucht verantwoordelijkheid. De kijker tracht een veilige intellectuele afstand te bewaren, maar geraakt betrokken – een beetje zoals Cary Grant meegesleept wordt in de verwarrende plot van North by Norhwest – door duistere, interne verlangens. De conflictueuze ontdubbeling geest-lichaam, bewustzijn-onderbewustzijn, wil-drang werkt ook bij de kijker. De ontdubbelde personages van Hitchcock accentueren de complexiteit (en vaak tegenstrijdigheid) van de beweegredenen achter gedrag én het ontstaan van schuldgevoelens bij het verlangen naar het ongestraft realiseren van het verbodene.

IVO DE KOCK

(Artikel verschenen in Film & Televisie)

SHADOW OF A DOUBT: reg. Alfred Hitchcock. sce. Thornton Wilder, Alma Reville en Sally Benson naar een verhaal van Gordon McDonnel. fot. Joseph Valentine. muz. Dimitri Tiomkin. mon. Milton Carruth. prod. Jack H. Skirball voor Universal. act. Joseph Cotten (Charlie Oakley), Teresa Wright (Charlie Newton), MacDonald Carey (Jack Graham), Patricia Collinge (Emma Newton), Henry Travers (Joseph Newton), Hume Cronyn (Herbie Hawkins), e.a. / U.S.A., 1943, 108 min., z/w. dis. Esselte/CIC.

SHADOW OF A DOUBT

Leave a comment