Balkan cinema. Deel 2: Temperamentvolle cineasten op zoek naar de eigen identiteit

nov 27, 2017   //   by Ivo De Kock   //   actueel, thema  //  No Comments

BLACK CAT, WHITE CAT

Wat hebben Cat People (Tourneur, 1942), Die Hard with a Vengeance (McTiernan, 1995) en Welcome to Sarajevo (Winterbottom, 1997) gemeen? Weinig, op het feit na dat ze het imago van de Balkan door een westerse filmbril kleurden. Met clichématige gruwel, stereotiepe figuren en een lokale bevolking veroordeeld tot een bijrol.

Terwijl West-Europese cineasten zoals Peter Strickland (Katalin Varga) en Hans-Christian Schmid (The Tribunal) tegengas geven door de regio te presenteren als een locatie voor hedendaagse Griekse drama’s met thema’s als wraak en schuld, gingen Balkan cineasten al langer op zoek naar de identiteit achter het imago. Ze vertellen verhalen die niet langer gebouwd zijn op de blik van de (westerse) buitenstaander.

4 MONTHS, 3 WEEKS, 2 DAYS

Daarbij volgen ze verschillende sporen. Voor de Roemeense nieuwe golf zich in de 21ste eeuw liet opmerken door het vernietigen van clichés via neo-realistische drama’s (4 months, 3 weeks, 2 days, 12:08 East of Bucharest, Police Adjective) groeide Emir Kusturica uit tot boegbeeld van de Balkan cinema door – in magisch-realistische visuele opera’s zoals Underground, Black Cat, White Cat, Promise me this en Life is a Miracle – de clichés juist uit te vergroten. Het Bulgaarse Eastern Plays volgt het eerste spoor door alledaagse spanningen te verbinden met reëel geweld, Tony Gatlif (Gadjo Dilo, Transylvania) het tweede door via alledaagse kitsch te peilen naar emoties, tradities, mystiek en culturele roots.

TRANSYLVANIA

De zoektocht naar de eigen identiteit loopt echter niet alleen via gevoelens maar ook via metaforen. Zo staat voor Theo Angelopoulos (Ulysses’s Gaze, Eternity and a Day) ‘de grens’ symbool voor de versplinterde Balkan en rekent Milcho Mancevski in Before the rain af met de (opgedrongen) westerse visie op morele begrippen zoals verzoening en verdraagzaamheid. Een identiteit bouw je niet op met illusies en ideaalbeelden maar met pijnlijke waarheden. Voor Balkan cineasten is de realiteit even schrijnend als hilarisch. Identiteit vinden ze op de grens van surrealisme en tragiek.

ULYSSES’ GAZE

Balkanfilms op dvd

Vijf tips, vijf mijlpalen van de Balkan cinema:

NO MAN’S LAND

No Man’s Land (Danis Tanovic, Bosnië/België, 2001)

Deze tragikomische oorlogsfilm analyseert het absurde conflict tussen Bosniërs en Serviërs via het verhaal van ‘vijanden’ die midden in Niemandsland elkaar moeten helpen om te overleven.

http://www.youtube.com/watch?v=YL8IF6431n4

Life is a Miracle (Emir Kusturica, Servië/Montenegro/Frankrijk, 2004)

Een spoorweg die mensen kan samenbrengen creëert verdeeldheid wanneer het Bosnisch-Servisch conflict losbarst. De waanzin op het scherm (hysterisch surrealisme vol zwarte humor) staat symbool voor de oorlogswaanzin.

http://www.youtube.com/watch?v=Pjlnw9MV6QE

Sarajevo My Love (Jasmila Zbanic, Servië/Bosnië-Herzegovina/Duitsland/Kroatië, 2006)

In dit met de Gouden beer van het Filmfestival van Berlijn bekroond psychodrama worstelt een alleenstaande moeder met oorlogstrauma’s terwijl haar dochter zoekt naar de waarheid omtrent haar gestorven vader.

http://www.youtube.com/watch?v=/q5ViuzZb8PU

TRANSYLVANIA

Transylvania (Tony Gatlif, Frankrijk, 2006)

Gatlifs intens liefdesverhaal over een zwangere vrouw die op zoek gaat naar haar onvatbare geliefde is tegelijk een vlammende muzikale reis naar het hart van de zigeunercultuur.

http://www.youtube.com/watch?v=hgGhw7sr_cQ

SNOW

Snow (Aida Begic, Bosnië-Herzegovina/Duitsland/Frankrijk, 2008)

Dorpelingen die hun familieleden verloren tijdens de Balkanoorlog proberen het verleden te verwerken, vast te houden aan tradities en een toekomst zonder armoede op te bouwen.

http://www.youtube.com/watch?v=Aearwv0vmUc

UNDERGROUND

Zwarte humor: het Balkan label

Waaraan denk je onmiddellijk wanneer Balkan cinema ter sprake komt? Aan de prettig gestoorde beelden van expressieve gezichten in Time of the Gypsies (1988), Emir Kusturica’s surrealistische fabel over gipsy’s met telekinetische krachten. Of aan de hysterisch surrealistische beelden van een ondergrondse wapenfabriek waar de arbeiders geloven dat de oorlog nog bezig is (Underground). “Mijn contradicties, mijn haast zwart-witte wereldvisie, mijn vermogen van toon te wisselen en mijn affiniteit voor het komische deel ik met het Balkanvolk” benadrukt de door een kinderlijke verwondering en verbeelding gedreven film- en muziekmaker.

BLACK CAT, WHITE CAT

Kusturica is de archetypische verhalenverteller van een regio die tragikomedies koestert. Tegelijk theatrale en muzikale verhalen waarin communicatiestoornissen, vooroordelen, spanningen en agressie gekoppeld worden aan zwarte humor en een sombere geestesgesteldheid weerspiegeld wordt in gekke, surrealistische beelden. Zijn succes dankt de tweevoudige Gouden Palm-winnaar van Cannes aan het feit dat hij de meeste commerciële cineast is binnen de weinig commerciële Balkan filmindustrie.

UNDERGROUND

Door de zwarte (en soms gewelddadige) humor en de tragische levensvisie van de Balkanbewoners uit te vergroten in zijn absurde sprookjes ontwikkelde Kusturica een Balkan label dat een referentie werd voor zijn collega-filmmakers. Ook al gaat hij verder dan velen onder hen in het laten primeren van het gevoel op de rede. “Mijn opzet is films te maken die je verwarmen,” klinkt het, “ik wil warmte bieden terwijl deze rationele wereld een plaats is geworden waarin enkel cool goed is”. Hij stelt Balkan filmers voor een keuze: “monteer je een film volgens het ritme van de moderniteit of volgens het ritme van je hart?”

IVO DE KOCK

ULYSSES’ GAZE

Leave a comment