De fysieke cinema van Raoul Peck: Een dialoog tussen rebellie, realisme en idealisme

sep 18, 2017   //   by Ivo De Kock   //   actueel, Algemeen, portret, regisseur, thema  //  No Comments

I AM NOT YOUR NEGRO

Na even intense als bijtende recreaties van een politieke moord (Lumumba) en een genocide (Sometimes in April) laat Raoul Peck (° 1953) zich opmerken met twee haast simultaan gemaakte portretten van intellectuele figuren die zowel de filmmaker als de wereld inspireerden: de zwarte schrijver en activist James Baldwin (1924-1987) en de Duitse denker en revolutionair Karl Marx (1818-1883). Zowel de experimentele documentaire I Am Not Your Negro (2016) als de conventionele speelfilm Le Jeune Karl Marx (2017) zijn anti-spectaculaire films die in de geest van de protagonisten duiken om ideeën bloot te leggen.

LE JEUNE KARL MARX

Beide pareltjes zijn filosofische films die ook de onrechtvaardige maatschappij waartegen Baldwin en Marx zich verzetten willen portretteren. Uitbuiting, klassenstrijd en racisme komen daarbij in beeld. Met dank aan een filmmaker die een dialoog opvoert tussen rebellie, realisme en idealisme.

Noch auteur, noch banneling

Twee films uitbrengen binnen een tijdspanne van een jaar is behoorlijk straf. In oktober komt zijn biopic Le Jeune Karl Marx uit maar Raoul Peck maakte eerder al indruk met het op dvd verschenen I Am Not Your Negro (dis. Dalton). Een ook al biografisch getinte documentaire die via teksten gelicht uit James Baldwins onafgewerkte roman ‘Remember This House’ het gedachtegoed van deze zwarte schrijver toelicht en tegelijk een samenleving fileert waar racisme diep geworteld is in machtsstructuren, geschiedenis en (film)cultuur. Vreemd genoeg lijkt het echter of de Haïtiaanse filmmaker uit het niets komt.

L’HOMME SUR LES QUAIS

Ondanks zijn twee films (een documentaire uit 1990 en een door Pascal Bonitzer meegeschreven speelfilm uit 2000) over Patrice Lumumba (Lumumba: La mort du prophète en Lumumba), ondanks zijn vele films over de tragedies van zijn geboorteland Haïti (Haitian Corner, L’homme sur les quais,Haiti: Le silence des chiens), ondanks zijn ijzersterk, in Amerika geproduceerde maar op locatie gedraaide, Rwanda-drama Sometimes in April, ondanks enkele televisiefilms en minireeksen voor Franse televisie (L’affaire Villemin, L’école du pouvoir).

Zijn mindere bekendheid dankt Peck aan het feit dat hij moeilijk te catalogeren is. Hij is niet een vakje te plaatsen omdat hij vlot switcht tussen documentaires, fictiefilms en televisiereeksen en ondanks zijn engagement past voor de status van auteur. “Ik ben een onafhankelijk cineast maar ik werk wel binnen de filmindustrie,” vertelde hij ons onlangs in Brussel om aan te geven waarom hij bij Le Jeune Karl Marx bepaalde keuzes had gemaakt, “ik wil dat mijn films vertoond worden en daarom moet ik bepaalde conventies respecteren. Zoals de speelduur van een bioscoopfilm en de beperkingen die daar uit voortvloeien.” Bovendien staat stijl staat bij hem steeds in functie van het verhaal; wat hem in de ogen van sommige critici uit het pantheon van de ‘auteurs’ houdt.

LUMUMBA

Peck is ook moeilijk te plaatsen omdat hij wat te veel van land naar land verhuist (Haïti, Congo, Duitsland, Frankrijk, V.S.), zich nadrukkelijk weigert te zien als een banneling (ook werd hij op zijn negende gedwongen Haïti te verlaten en trok hij van Afrika naar Duitsland, de V.S. en Frankrijk) en probleemloos het hoedje van cineast ruilde voor dat van minister.

Cineast en cinefiel Bertrand Tavernier ziet een confrontatie tussen een “regisseur en zijn onderwerpen, maar misschien ook in het binnenste van een man die verscheurd wordt door verschillende culturen en verschillende soorten cinema, waarbij hij elk van die soorten hanteert als een geheim wapen. Deze man graaft diep om zoals Rimbaud de rauwe realiteit te kunnen omhelzen, waarbij hij tegemoet komt aan Jean Vigo’s oproep aan de Franse cinema om gedocumenteerde fictie te maken, terwijl hij tegelijkertijd ingaat op de voortdurende smeekbede van bepaalde verlichte, veeleisende Franse critici om films te maken die even moedig en weloverwogen zijn als die van Amerikaanse filmmakers.”

De erfenis van slavernij

Peck is geen Haïtiaanse maar waarschijnlijk een Engelse naam,” zegt de cineast in een interview op de dvd van Lumumba (dis. JBA Edition), “ik heb misschien voorouders die slaven van Britse officieren waren. In Port-à-Piment, het kleine stadje waar mijn vader vandaan kwam, is er een rots genaamd Peck, verwijzend naar een generaal in de Haïtiaanse revolutie. Hij kan met ons verbonden zijn geweest, veel slaven namen de naam aan van het landgoed van hun eigenaar.”

SOMETIMES IN APRIL

Niet toevallig groeide slavernij samen met uitbuiting, onderdrukking en racisme uit tot een van Pecks terugkerende thema’s. Daarnaast maakten zijn ervaringen met Haïtiaanse en Congolese dictaturen hem gevoelig voor geweld, repressie en paranoia. “Ik heb geweld altijd heel fysiek gevoeld” zegt Peck die zich herinnert hoe hij als kind samen met zijn moeder Port-Au-Prince doorkruiste op zoek naar zijn verdwenen vader.

LUMUMBA

Die mix van angst, terreur en opwinding is tastbaar aanwezig in Pecks fysieke cinema. In het genocide-drama Sometimes in April en het documentaire-speelfilm tweeluik Lumumba, la mort d’un prophète en Lumumba maar ook in de tragedies Haitian Corner, L’homme sur les quais en Desounen, dialogue avec la mort. “Pecks werk heeft iets fysieks,” benadrukt Tavernier, “een gevoel van gewelddadige confrontatie.”

De erfenis van de slavernij zet Peck ook aan via zijn films een alternatief te bieden voor mainstream blanke cinema. “Ik moest mijn Lumumba-documentaire maken maar ik wou ook altijd de speelfilm draaien,” benadrukt Peck, “tijdens mijn jeugd in Haiti en Afrika zag ik immers geen film waarin ik mezelf herkende, waar ik mijn verhaal in terugvond, waar de politieke wereld waarmee ik sinds mijn jeugd werd geconfronteerd zich bevond.”

LUMUMBA

Een commercieel succes werd het niet. “Onze film was een UFO, hij paste niet in de gebruikelijke eenvoudige classificatie,” aldus Peck, “Lumumba was geen Afrikaanse film, het was geen Amerikaanse film, het was geen Haitiaanse film, het was een politieke film. Ondanks de goede kritieken heeft de film niet goed gemarcheerd en dat was een teleurstelling omdat het een opening was naar iets nieuw en anders. Een film waarvoor ik een eigen stem heb moeten vinden.”

Die zoektocht leidde tot het vanuit zwart perspectief gemaakte film over de Rwanda-genocide Sometimes in April. “Ik wou uitleggen wat de politieke achtergrond van de volkerenmoord was,” zegt Peck op de dvd van Sometimes in April (Warner), “ik wilde geen zwarte Schindler’s List maken.” Daarom draaide hij in Rwanda, met getraumatiseerde Rwandezen. Hij wou daarbij “dat ze vonden dat het hun verhaal was. Niet mijn verhaal maar hun verhaal.” Mede daarom weigert Peck compromissen te sluiten. De verhalen die hij wil vertellen zijn belangrijk en als filmmaker krijg je geen herkansing. “Als zwarte filmmakers weten we dat we een pistool met zes kogels hebben hebben gekregen, dat is niet veel, dus elk schot moet raak zijn,” zegt Peck in De Filmkrant, “je kunt het je niet permitteren om te missen.”

De spiegel van Baldwin

Ook I Am Not Your Negro geeft aan hoe belangrijk het vertellen van een persoonlijk en collectief verhaal is. Uitgangspunt van deze documentaire zijn de teksten van James Baldwin, de zwarte homoseksuele schrijver en activist die uitgroeide tot uithangbord voor de Amerikaanse burgerrechtenbeweging. Discriminatie en racisme staan daarbij uiteraard centraal maar Peck toont met dank aan filmkenner Baldwin ook hoe film zwart en blank Amerika een spiegel voorhoudt en hoe de droomfabriek meewerkt aan het in stand houden van de mythe van de blanke zuiverheid en het beeld van de ‘negro‘ als symbool voor ‘de ander’.

I AM NOT YOUR NEGRO

De krachttoer van Peck is dat hij eigenlijk de voorzet van Baldwin afmaakt. De schrijver bleef steken bij een titel (‘Remember This House’) en een dertig pagina’s tellende tekst die vooral het opzet – drie in de jaren zestig vermoorde burgerrechtenleiders portretteren – schetst. Naast het drietal Medgar Evers, Malcolm X en Martin Luther King introduceert Peck als vierde personage de door acteur Samuel L. Jackson gelezen voice-over commentaar.

De spanning die dit oplevert wordt versterkt wordt door de botsing tussen de literaire teksten en de actualiteitsbeelden van het #BlackLivesMatter protest. De boodschap is even kort als krachtig: Balwins visie is nog steeds relevant, de Amerikaanse maatschappij is nog altijd niet fundamenteel veranderd. Obama of niet. Peck kiest hierbij niet voor een afstandelijke, didactische aanpak maar voor een fysieke onderdompeling van de kijker in de ‘black experience‘. Vernederingen, terreur, lynchings, politiebrutaliteiten, het onrecht en de permanente angst worden zo tastbaar.

I AM NOT YOUR NEGRO

Verder wordt benadrukt dat de ‘Negro’ een uitvinding is van de dominant blanke cultuur om de schizofrenie van het land te camoufleren, de verscheurdheid tussen consumptieplezier en angst voor de ‘ander’. “In de kern is de maatschappij nog steeds hetzelfde: racistisch en kapitalistisch,” zegt Peck in De Filmkrant, “dat is een machtig systeem. Het salaris wat je verdient bepaalt nog steeds je plek in de maatschappij.

Wat Baldwin zegt is dat we nog steeds in een wereld leven vol vooroordelen, waarin een witte minderheid niet naar de rest van de mensheid kijkt. De VS en Europa zijn feitelijk een minderheid, maar ‘bezitten’ de wereld, zijn het machtigste imperium.” Volgens Peck “houdt Baldwin je een spiegel voor. Hij toont dat je deel bent van het probleem, dat het niet iets buiten jou is. Hij laat zien dat je een moreel monster bent. Want er bestaat geen onschuld. De ongelijkheid in de wereld bestaat ook uit jouw naam.”

De nachtmerriefabriek Hollywood

Via het concept van de ‘spiegel’ maakt Peck ook een bruggetje naar Hollywood. Mainstream cinema weerspiegelt en versterkt immers vooroordelen. Baldwin ging in zijn essay ‘The Devil Finds Work’ uitgebreid in op het racisme dat hij zag in Hollywoodfilms. Tegelijk beschreef hij hoe de entertainmentindustrie fungeert als narcoticum én een ideologie opbouwt. Via een mix van filmclips, flarden popcultuur en actualiteitsbeelden belicht Peck de kloof tussen rolmodellen en de werkelijkheid.

I AM NOT YOUR NEGRO

Maar vooral de zondvloed van stereotiepen die zwarte kijkers voor een keuze plaatsen. Ofwel de stereotiepen braafjes overnemen, ofwel hun racistisch karakter negeren door een ‘wit masker’ op te zetten. Een valse keuze die aangeeft hoezeer de droomfabriek en de realiteit van de ‘Negro’ parallelle universums zijn. Enerzijds Doris Day in Technicolor, anderzijds een anonieme gelynchte vrouw uit dezelfde periode in contrastrijk, korrelig zwart-wit. Een harmonieuze toekomst is enkel mogelijk wanneer het verleden erkend en ‘de ander’ aanvaard wordt.

“Wanneer u denkt dat ik een ‘negro’ ben betekent dit dat u dat nodig hebt. U moet zich afvragen waarom.” Baldwins oprisping zindert na omdat ze ‘de ander’ en de functie van haat en racisme in heel de westerse wereld bevraagt. En gekoppeld wordt aan de oproep om de confrontatie met het verleden aan te gaan. Via een fragment uit Gus Van Sants Elephant geeft Peck aan dat geweld een perpetuum mobile blijft zolang we onze verantwoordelijkheid niet nemen. De slachtpartij op blanke scholieren is een voortzetting van geweld tegen zwarte jongeren. De geweldcultuur neemt immers steevast ‘de ander’ in het vizier.

LE JEUNE KARL MARX

Baldwin ligt de oplossing niet in de handen van die geviseerde ‘ander’. “Ik ben geen ‘negro’ maar een mens,” zegt Baldwin, “het is aan de blanken die dit bedacht hebben om het op te lossen.” Daarvoor moet gebroken worden met “morele apathie”, het uit onwetendheid of onverschilligheid nalaten van het verleden in vraag te stellen en de dialoog met die ander aan te gaan. Daar kan film toe bijdragen. “Ik geloof dat films je kunnen veranderen,” vult Peck aan, “films kunnen je verhalen vertellen die je nog niet kent, je iets laten voelen wat je nog nooit gevoeld heb.” Maar de kijker moet dan wel in actie schieten. “Om iets te veranderen moet je ophouden een passieve consument te zijn,” aldus Peck, “Baldwin zei al dat de entertainmentindustrie een narcoticum was. En dat was nog voor de komst van reality-tv en sociale media.”

Voedsel voor gedachten

Vele verhalen geraken moeilijk verteld. Dat wijt Raoul Peck aan ‘het Hollywoodnarratief’, de Amerikaanse mainstream cinema: “Het koste me tien jaar om Le Jeune Karl Marx te maken, het is de eerste speelfilm die over Karl Marx gemaakt is. Hoe dat komt? Dat is een vraag waar je je eens het hoofd moet over breken.” Een tipje van de sluier: “er is geen discours meer, geen ideologie, geen wetenschap, alles wat we hebben zijn meningen en niemand weet meer hoe die op waarde te schatten.”

LE JEUNE KARL MARX

De oprukkende onwetendheid maakt zowel I Am Not Your Negro als Le Jeune Karl Marx bijzonder actueel. “Ik had een intense behoefte om terug te keren naar de fundamenten,” zegt Peck daarover in Filmmagie, “het is als met een computer die vastloopt: je duwt op de resetknop. Dat zijn Baldwin en Marx voor mij: reset! We moeten weer echt aan het denken gaan, met de juiste analytische instrumenten, die ons echt over het heden kunnen laten nadenken.”

IVO DE KOCK

(Artikel e-learning MOOOV, september 2017: Raoul Peck)

RAOUL PECK

FILMOGRAFIE RAOUL PECK:

1987: Haitian Corner

1990: Lumumba: La mort du prophète (doc)

1993: L’homme sur les quais

1994: Haiti: Le silence des chiens

1994: Dessounen: Dialogue with Death

1997: Documenta X: Die Filme (doc)

2000: Lumumba

2001: Profit & Nothing But! Or Impolite Thoughts on the Class Struggle

2005: Sometimes in April

2013: Assistance Mortelle (doc)

2014: Meurtre à Pacot

2016: I Am Not Your Negro (doc)

2017: Le Jeune Karl Marx

LE JEUNE KARL MARX

Leave a comment