De westerns van Clint Eastwood: tussen traditie en moderniteit
«De Verenigde Staten van Amerika liggen aan het einde van een weg die begon in de wildernis. Ons verleden is geen dood verleden maar leeft voort in elk van ons. Bij onze voorvaders zat de beschaving binnenin, terwijl het wilde werd geuit. Als hedendaagse Amerikanen leven we in de cultuur die zij creëerden, maar in ons blijft het barbaarse voortbestaan. Wij leven wat zij droomden, wij dromen wat zij beleefden» schreef T.K. Whipple in ‘Study Out the Land’. Het is geen toeval dat Clint Eastwood als acteur en regisseur het western genre koesterde. Zijn films vertellen fragmenten van het Amerikaanse verhaal.
De «Hollywood western» is een populair genre dat leeft en evolueert. Het is een vitaal medium dat heden en verleden samenbrengt, dat zowel de geschiedenis van Amerika als de hedendaagse socioculturele spanningen van het land onderzoekt. De filmindustrie heeft altijd westerns gemaakt al beleefde het genre zijn hoogdagen tussen pakweg 1939 en 1969, van Stagecoach (John Ford) tot The Wild Bunch (Sam Peckinpah).
Dat gouden tijdperk is ook de periode van de westernmythe. Een mythe die nadien vooral zou worden vernietigd en gerecycleerd. Tot de pure western zo goed als verdwenen was en alleen nog de vermomde western (van o.a. Walter Hill en John Carpenter maar nu ook Martin Scorsese met Gangs of New York) overbleef. De transformatie van de westernheld bij John «l make Westerns» Ford, van Stagecoach over She Wore a Yellow Ribbon en The Searchers tot The Man Who Shot Liberty Valance, benadrukt de complexiteit van het genre en de evolutie van de mythologie.
Westerns construeren en analyseren de Amerikaanse identiteit maar weerspiegelen daarbij ook de tijdsgeest. Amerika evolueerde in de bloeiperiode van de western van blind geloof in grenzeloze mogelijkheden tot twijfel in de maakbaarheid van de wereld en onzekerheid omwille van conflicten. De westernheld volgde. En de figuur die aanvankelijk vorm gaf aan de Nieuwe Wereld bleef vervreemd achter. Niet toevallig want de meeste westerns waren gesitueerd in een tijd (1865 tot 1900) en ruimte (de «frontier», ten westen van de Mississippi) die leek voort te leven (compleet met sociale veranderingen, raciale spanningen, de gevolgen van oorlog en de moord op een presidentiële vaderfiguur) tijdens en na WO II. Het wegvallen van de «frontier» (Sam Peckinpahs Ride the High Country) en de ontluistering van mythische figuren (Robert Altmans Buffalo Bill and the Indians) maakte de western autoreflexief. Zowel de legende van het verleden als de realiteit van het heden werden westernonderwerpen.
Hedendaags Amerika ontmoet mythische Westen
Als acteur zag Clint Eastwood, met personages die varieerden van cliché (Rawhide) tot karikatuur (de spaghetti-westerns van Sergio Leone), het genre veranderen. Als regisseur koos hij voor westerns die ondanks hun tijdloze, metaforische dimensie duidelijk in de werkelijkheid waren verankerd. De westerns van Eastwood voeren dan ook zowel het moderne Amerika als het mythische Westen op. Het corrupte stadje uit High Plains Drifter met zijn hypocriete bewoners weerspiegelt het Amerika van Watergate. De door de burgeroorlog verscheurde samenleving van The Outlaw Josey Wales evoceert pijnlijke Vietnamtrauma’s.
Met Pale Rider countert Eastwood het narcisme en individualisme van de jaren tachtig, zijn held is een spookachtige verschijning die een gemeenschap goudzoekers redt door ze te begeesteren, terwijl de film ook aansluit bij ecologische bekommernissen. Unforgiven verwijst naar de ontsporing van justitie en ordehandhaving in de VS van Bush sr. (van nultolerantie tot de mishandeling van Rodney King). Het dubbele spoor van de Eastwood-western blijkt ook uit de narratieve structuur. De western is doorgaans ofwel de saga van een gemeenschap (een held verdedigt een «thuis»), ofwel het verhaal van een tocht (een avonturier trekt door een vijandige wereld).
In het eerste type ontstaat spanning door het conflict tussen individu en samenleving, in het tweede door de interactie tussen psyche en omgeving. Clint Eastwood combineert beiden. Zijn westerns bevatten elementen van Amerikaanse (de gemeenschap als een cirkel huifkarren) en klassieke mythen (de odyssee als menswording). De aandacht van Eastwood gaat uit naar de relatie tussen personages en naar de strijd tussen individu en groep. Daarbij komen emoties aan de oppervlakte.
Zoals John Ford en Howard Hawks gelooft Clint Eastwood dat de essentie van een mens wordt gereveleerd bij extreme druk. Zijn westernhelden torsen echter ook een pijnlijk verleden. Een tegelijk persoonlijke en collectieve geschiedenis die niet in woorden (de Eastwood-held is gesloten én mysterieus) maar in beelden wordt uitgedrukt. Via nachtmerries die door de geest spoken (High Plains Drifter, The Outlaw Josey Wales, Unforgiven). Via littekens die gezicht en lichaam tekenen (The Outlaw Josey Wales, Unforgiven). Via kleur (High Plains Drifter), achtergrond (Bronco Billy) en landschap (The Outlaw Josey Wales, Honkytonk Man, Pale Rider, Unforgiven). Beelden die overlappen, net zoals heden en verleden.
Het lijden van de helden blijkt in High Plains Drifter, Pale Rider en Unforgiven uit het geaccidenteerde landschap waarin ze uiteindelijk verdwijnen. Zoals ook een nieuwe naam (The Outlaw Josey Wales) en een uit Amerikaanse vlaggen gemaakt tentzeil (Bronco Billy) hen wegtovert. Sporen laten deze westernhelden echter wél na. In het land, zijn geschiedenis en zijn bewoners. Een bewogen erfenis. Het emotionele verhaal van Amerika.
Weg uit de wildernis
Clint Eastwood is niet alleen een trouw man (in een van de documentaires op de Unforgiven-dvd worden medewerkers voorgesteld die al een eeuwigheid voor hem werken), hij is ook iemand die zijn eigen geschiedenis (lees: carrière) en verleden (lees: invloeden op zijn talent) nooit vergeet. Het is geen toeval dat zowel zijn eerste (High Plains Drifter) als zijn laatste western (Unforgiven) een eerbetoon aan zijn leermeesters/mentors Sergio Leone en Don Siegel bevat (via respectievelijk grafstenen en een generiekvermelding).
Die persoonlijke erfenis gaat voor Eastwood haarfijn in de nalatenschap van het genre over. Eastwood beschouwt zich niet als uitvinder of vernieuwer. Alles draait bij hem om het cinematografische geheugen en een blik op het heden via het verleden. Zijn westerns verzoenen moderniteit en mythologie, brengen autoreflexiviteit en mythevorming samen.
Voor zijn tweede film als regisseur vertrok Clint Eastwood van het «Man zonder Naam»-imago uit de Leone-trilogie (A Fistfull of Dollars, For a Few Dollars More en The Good, the Bad and the Ugly). Hij besefte immers maar al te goed dat eerst de geest van het raadselachtige personage uit de spaghetti-westerns moest worden verdreven vooraleer hij een westernheld met volledig Amerikaanse roots kon ontwikkelen.
Het gotische High Plains Drifter (1972) was een apocalyptische western waarover heel duidelijk de schaduw van de Vietnam-oorlog hing. De dood is alomtegenwoordig, geweld wordt een manier van leven en het streven naar wraak krijgt metafysische proporties. Eastwood speelt een anonieme zwerver, een revolverheld die schijnbaar toevallig in een mijnstad belandt en uiteindelijk geen redder maar wraakengel blijkt te zijn. De bewoners van Lago worden gestraft omdat ze de sheriff in de steek lieten toen hun persoonlijke belangen in gevaar kwamen.
Sommigen zagen High Plains Drifter als een surrealistische en demonische variant van High Noon en Bad Day at Black Rock, met het Eastwood-personage als reïncarnatie van de vermoorde sheriff. Anderen hielden het op een morele parabel, waarbij de zeven hoofdzonden worden uitgebeeld door de stedelingen en Eastwood als deus-exmachina de zondaars doet boeten. Het feit dat hij de bewoners hun stad rood laat verven, «hell» over het naambord schrijft en de eindafrekening gepaard gaat met vuur wijst ook in die richting.
In elk geval breekt Eastwood met de klassieke westernvisie van de stad als geboorteplaats van de beschaving. De samenleving wordt verbonden met dood, verderf, corruptie en vernietiging. De wildernis leeft duidelijk nog voort in de geest en de harten van de «beschaafde» burgers. Het is een vreemdeling die de maskers afrukt en barbaarsheid onthult. Deze outsider bestraft een zondig verleden en een schuldig heden met een helletocht. In een languitgesponnen openingsscène duikt hij op uit de natuur (we horen het monotoon geluid van de ruiter die een berg afdaalt) en verschijnt in de stad tegelijk spanning (schrikreactie bij een zweepslag) en dreiging (schietpartij als kennismaking met zich mee brengend). De wankele rust keert pas terug in de beschadigde stad wanneer de bezoeker opnieuw in het landschap verdwijnt.
Met The Outlaw Josey Wales (1976) neemt Clint Eastwood afstand van de naamloze held en de individuele wreker. Josey Wales is in het begin van de film een man van het land. Maar de Missouri-boer-met-eennaam ruilt de ploeg voor vuurwapens wanneer zijn vrouw en kind worden afgeslacht (aarde, vuur en sabels roepen de apocalyps op). In zijn streven naar wraak geraakt hij verwikkeld in de Amerikaanse burgeroorlog. Ook hier verliest Wales en wanneer hij zich bij de nieuwe orde weigert neer te leggen wordt hij opgejaagd door hen die hij zelf wou opsporen.
Josey Wales verzaakt uiteindelijk aan de wraak, ruilt zijn individualisme voor sociale gevoelens in en keert naar een thuis terug i.p.v. de zonsondergang tegemoet te rijden. In zijn vlucht voorwaarts verzamelt de outlaw ongewild een hele karavaan outsiders (o.m. een indiaan die zich weigert over te geven, een mishandelde Indiaanse, een oude dame met een droom, een cowboy zonder doel en zelfs een eenzame hond) die zijn nieuwe familie worden. De groep underdogs vormt een nieuwe gemeenschap wanneer ze samen hun paradijs met de wapens verdedigen. Ondanks de verwijten die Wales de «Union» toestuurde, ondanks het wantrouwen van Cherokee Lone Watie t.o.v. de staat en de pijnlijke gevolgen van de burgeroorlog (dood, verwoesting, armoede) blijft de nieuwe groep hoopvol en de toekomst veelbelovend.
Josey Wales brengt leven in een «ghosttown» (whiskey in de saloon) en sluit een samenlevingspact met de uitgestoten en bedrogen indianen. De gezagsdragers werken daarop aan de legende mee: de dood van individualist Josey Wales wordt gefabriceerd, herboren als de gesocialiseerde Mr. Wilson bouwt hij mee aan de Nieuwe Wereld. The Outlaw Josey Wales is een ode aan het leven en toont een samenleving die geneest van zijn wonden. Individuele littekens (door Josey verborgen achter een baard) worden verbonden met een collectieve beproeving («We stierven allemaal een beetje in die oorlog», besluit Josey) en uitzieking. De man die zijn ondergang tegemoet reed («Hij is op weg naar de hel», voorspelde een senator) krijgt een nieuwe kans, een nieuw leven. De wildernis is bedwongen.
Botsing tussen beschaving en het vrije leven
Ook in Bronco Billy (1980) is er geen spoor meer van de wilde eenzaat of de gewelddadige wreker. In deze Capra-western worden de Amerikanen door Eastwood opgevoerd als romantische dromers. Een troep derderangscircusartiesten, aangevoerd door een naïeve maar enthousiaste schoenenverkoper uit New Jersey (het Oosten!), tracht de mythe van het Westen levendig te houden in de 20ste eeuw door met een tent rond te trekken en een «Wild West show» op te voeren. De bonte groep losers (onder hen een Vietnamdeserteur) incarneert waarden zoals moed, vriendschap, loyaliteit en altruïsme.
Ze dromen het leven van het Wilde Westen en beleven hun dromen. Bronco Billy vuurt zijn volgelingen aan: «Je kan alles zijn wat je wil. Al wat je moet doen is het worden». Wanneer de tent afbrandt zorgen andere randfiguren voor de redding; de geesteszieken voor wie de artiesten al jaren optreden knutselen een nieuw zeil in elkaar. Uit reuze Amerikaanse vlaggen!
In Honkytonk Man (1982) laat Eastwood echter meteen de keerzijde van de medaille zien. De artiest-met-een-droom is wel een Amerikaanse held maar kan door zijn cultuur worden vernietigd. De tocht van de stervende country- en westernzanger Red Stovall, die tijdens de Depressiejaren niet gebonden wou zijn aan een stuk land en de wereld introk met een droom (optreden in Nashville), loopt letterlijk en figuurlijk dood. Het vrije en avontuurlijke leven eindigt niet altijd vrolijk. De mens blijft een klein stipje op de aarde. In Honkytonk Man onttrekt een zandstorm de zwerver/zanger aan het zicht, in Bronco Billy raast een moderne trein de would-be overvallers voorbij.
Hoezeer de westerns van Clint Eastwood evolueren blijkt uit Pale Rider (1985). De wraakengel (High Plains Drifter) wordt er een bewaarengel. De uit de natuur opduikende ruiter is in Pale Rider een priester die de gemeenschap inspiratie, geloof en (zelf)vertrouwen bezorgt. Een kwetsbaar kamp goudzoekers (verdeeld en machteloos tegen extern geweld) wordt een hechte gemeenschap dankzij gedeelde dromen (gebeden), rituelen (stukslaan rotsblok) en initiatieven (verzet). De western is ditmaal zowel een religieuze fabel, een pionierslegende én een vakbondsverhaal.
Opmerkelijk is dat de primitieve maatschappij van goudzoekers wordt geassocieerd met onschuld en het vrije leven. Niet de goudkoorts wordt gelinkt aan gewelddadige driften, wél de industriële beschaving (de «grote» ontginners gebruiken moderne technologie én maffia praktijken). Een brutale raid op het kamp creëert chaos, technische ingrepen nemen het water weg, ploegbazen trachten meisjes te verkrachten, ordehandhavers executeren rebellerende goudzoekers. Een maatschappij die al met één been in een volgende eeuw zit, blijkt héél barbaars. Uiterlijk heerst de beschaving, innerlijk The Wild West.
Het emotionele leven van de vertegenwoordigers van de frontier-mythe blijkt complexer en passioneler. Ze dromen van een bestaan waarin hun vrije leven een ongrijpbare herinnering zal worden. Met Pale Rider verschijnen er scheuren in de westerns van Clint Eastwood. Er heerst een spanning tussen de legende en het reële leven, tussen de harmonie die de held bepleit en het geweld dat hij gebruikt.
In Unforgiven (1992) wordt dieper ingegaan op het verwoestende effect van geweld. Agressie (de mishandeling van een hoer) leidt tot haat (bij een groep vrouwen) die resulteert in wraak (de hulp van huurmoordenaars wordt ingeroepen om de schuldigen te straffen) en dood. Het doden van mensen blijkt geen gemakkelijke zaak (de stripstijl van andere westerns ontbreekt totaal) en heeft een uitwerking op de omringende personen. «We hebben beiden littekens» zegt Will Munny tegen de verminkte hoer, refererend aan het handwerk van sheriff Bill Dagget maar vooral aan zijn eigen verleden (als amorele, alcoholistische moordenaar) en twijfelachtige hervorming (het wilde is niet verdwenen, ondanks de «beschavende» invloed van zijn vrouw). Door mensen te doden liquideerde hij ook hun verleden en toekomst, hun impact op de wereld.
Unforgiven is een morele western die de automatische link tussen mannelijkheid en competentie ondergraaft, de mythes van heroïsch geweld en romantisch frontierleven deconstrueert, de notie fragiliteit (angst, falen) introduceert en het ontstaan van legendes (via waarnemer en schrijver Beauchamp) ontluistert. Resultaat is een melancholische tragedie met het landschap als een afspiegeling van de geest. Richard Schickel, biograaf en vriend van Eastwood, benadrukt in zijn enthousiaste audiocommentaar dat de regisseur een statement over wapens en geweld wou maken. Met name over de ambiguïteit van geweld en het wilde karakter van de Amerikaanse way of live.
Schickel stipt ook aan dat de mensen die in de «American West» leefden, o.m. onder invloed van de «fantastische» verhalen in «dime novels», zelf geloofden dat ze in een mythisch land leefden. Unforgiven omschrijft hij als een «klassieke western waarin moderne thema’s en realisme geïntroduceerd worden». De dvd van deze met 4 Oscars bekroonde western bevat als bonus evenveel boeiende documentaires die zowel de Eastwood-mythe als het maken van Unforgiven onder de loep nemen.
Eastwood verklaart er o.m. zijn voorliefde voor «Amerikaanse outlaws en dromers» in en zijn voorkeur voor «personages die zich omvormen». Westernhelden die balanceren tussen natuur en cultuur. Tussen drift en beschaving. Het vrije en het geregelde leven. Verbeelding en realiteitszin. Gemeenschap en avontuur. Woede en controle. Isolement en engagement. Zelfbescherming en zelfvernietiging. Kortom, figuren in een landschap en mensen met een verhaal.
IVO DE KOCK
(Artikel verschenen in Film en Televisie, n° 530, maart 2003)
HIGH PLAINS DRIFTER
(Columbia/Unversal)
Film: *** / Extra’s: *
THE OUTLAW JOSEY WALES
(Warner)
Film: **** / Extra’s: O
BRONCO BILLY
(Warner)
Film: **** / Extra’s: O
PALE RIDER
(Warner)
Film: **** / Extra’s: O
UNFORGIVEN
(Warnerj
Film: **** / Extra’s: ****