Diary of the Dead: George A. Romero’s levende doden ‘live’ in beeld

mrt 4, 2017   //   by Ivo De Kock   //   Algemeen, dystopie, film, genre, horror, regisseur  //  No Comments

DIARY OF THE DEAD

Sinds ‘68 en George A. Romero’s Night of the Living Dead neemt in veel horrorfilms de apocalyps de vorm aan van een door vleesetende zombies overspoelde wereld. Romero onderscheidt zich van imitatoren door zijn vermogen om zich steeds te vernieuwen én voeling te houden met de tijdgeest. Na de stevig in de 20ste eeuw verankerde trilogie Night of the Living Dead, Dawn of the Dead en Day of the Dead volgde in ‘05 het post-9/11 epos Land of the Dead terwijl de valse documentaire Diary of the Dead via sociale kritiek en een knipoog naar moderne beeldcultuur de zombies in de 21ste eeuw binnenloodst.

De digitale camera verdringt de kettingzagen en vuurwapens in de sterk door reality tv en You Tube beïnvloede hedendaagse horrorfilm.
Vertegenwoordigers van die nieuwe tendens – zoals monsterfilm Cloverfield en zombieprent REC – beogen in het spoor van The Blair Witch Project een realiteitsindruk door een filmmaker als getuige in een uitzinnig verhaal te plaatsen. Met in het achterhoofd de bemerking van criticus André Bazin dat een cameraman die beweert kannibalen te filmen een bedrieger is wanneer hij het overleeft.

DIARY OF THE DEAD

De amateurfilmer van Cloverfield en de reportagemaker van REC maken ondanks hun afstandelijke kijk op het gore spektakel immers kennis met hun eigen sterfelijkheid. De imperfectie van hun met digitale camera’s opgenomen beelden geldt als tegengif voor de perfectie van digitale effecten die het stripkarakter van horrorfilms versterken (digitale monsters maken van het nochtans apocalyptische I am Legend een cartoon).

George A. Romero ziet de digitale camera als een middel om de door computergecreëerde beelden verdoofde hedendaagse bioscoopganger wakker te schudden. Zijn eerste onafhankelijk (en goedkoop) geproduceerde zombiefilm in meer dan twintig jaar voert ons niet alleen mee naar het begin van de saga (de apocalyptische dag dat de doden opstonden uit hun graf ) maar toont ook het gebeuren door de ogen van filmstudenten die hun fictieopdracht in een documentaire zien veranderen.

Hoofdpersonage van Diary of the Dead is Jason Creed, een regisseur die het grootste deel van de film buiten beeld blijft. Alles begint op de set van zijn in de bossen van Pennsylvania gedraaide mummiefilm, in eigen woorden “een horrorfilm vermengd met sociale satire”. Net wat
Romero maakt dus, maar de stunteligheid van de studenten verraadt dat het gaat om zwakke nabootsers. Wanneer het bericht de set bereikt
dat de doden herrijzen en de levenden aantasten, waardoor de zich snel verspreidende plaag de samenleving dreigt te vernietigen, vlucht de hoofdacteur meteen weg.

DIARY OF THE DEAD

De regisseur laadt daarop zijn crew en vriendin in een minibusje. Tijdens hun tocht stuiten ze op een quasi verlaten hospitaal, een dove maar explosieve Amish landbouwer en losgeslagen National Guardleden. Om tenslotte te eindigen in een villa die geen al te veilig fort blijkt. Dat de jonge regisseur in deze crisissituatie de camera ter hand neemt, is geen toeval. Romero, die zelf een voor de tv-camera over een zombie-incident liegende politieman speelt, staat erg wantrouwig tegenover mediamanipulatie en plaatst vraagtekens bij het voyeuristisch plezier dat
wordt gepuurd uit het kijken naar en vastleggen van gruwel en onheil.

Zijn hoofdfiguur reageert op leugenachtige tv-reportages (Stephen King, Quentin Tarantino en Guillermo del Toro duiken op als nieuwslezers) en tracht via film de waarheid te tonen. Maar die compilatie van eigen opnames en internet-downloads blijkt even subjectief (de overlever waarschuwt dat “for entertainment value” muziek aan de film werd toegevoegd). Creeds doc ‘The Death of Death’ brengt bovendien iedereen in gevaar.

Romero linkt hier zijn eigen mediascepticisme aan de natuurlijke wijze waarop jongere generaties met communicatietechnologie omspringen. Niet zonder op de gevolgen van een galopperende beeldcultuur te wijzen. “Wanneer het niet door een camera werd gevat, is het niet gebeurd” stelt Creed en die blindheid wordt hem fataal. Door alleen de op het web geuploade doc te laten overleven verbindt Romero dit met een ‘Ik film dus ik ben’-filosofie. Individuen filmen, laten content circuleren, om hun bestaan aan te tonenen zin te geven.

Maar voor Romero is dat futiel wanneer inhoud en moraliteit ontbreken. “Are we worth saving?”, zijn we het waard om te worden gered, is de vraag/boodschap waarmee hij ons de bioscoop uitjaagt. Na You Tube-achtige home video’s waarin rednecks vrolijk zombies neerknallen.
Een herwerkte, geüpdate, scène uit Night of the Living Dead die de brug slaat tussen Vietnam en Irak. Tussen de gruwel uit de 20ste en die uit de 21ste eeuw.

“Mijn verhalen zijn menselijke verhalen,”benadrukt Romero, “wanneer ze al politiek zijn dan is het omdat ze snapshots zijn van de tijden
waarin ze werden gemaakt”. De man die nog altijd nieuwe manieren uitvindt om oude monsters te doden, weet als geen ander gruwel en sociale satire te verstrengelen tot visuele en spirituele horror. Diary of the Dead mag dan een kleine film zijn, het is grote cinema. ×

IVO DE KOCK

(Artikel verschenen in FILMMAGIE, n° 585, mei-juni 2008)

DIARY OF THE DEAD: reg. & sce. George A. Romero / fot. Adam Swica / mon. Michael Doherty / muz. Norman Orenstein / act. Michele Morgan (Debra), Josh Close (Jason Creed), Shawn Roberts (Tony), Amy Lalonde (Tracy), Joe Dinicol (Eliot), Scott Wentworth (Maxwell), Philip Riccio (Ridley) / pro. Peter Grunwald, Artur Spigel, Sam Englebardt, Ara Katz / USA / 2007 / 95’ / dis. Paradiso

DIARY OF THE DEAD

Leave a comment