The Birth of a Nation: De Amerikaanse tragedie van D.W. Griffith tot Nate Parker

dec 19, 2016   //   by Ivo De Kock   //   actueel, Algemeen, drama, film, genre, regisseur, thema  //  No Comments
null

THE BIRTH OF A NATION 2016

The Birth of a Nation is ook de geboorte van een regisseur, een briljant scenarist en en een filmster” zegt acteur Jackie Earle Haley over Nate Parker, de drijvende kracht achter dit epos over slavenopstandleider Nat Turner. Parker eigende zich de titel van D.W. Griffiths controversiële blockbuster uit 1915 toe om het racisme ervan op zijn kop te zetten “en te tonen dat Black Lives Matter‘.” Het werd geen perfecte maar wel een belangrijke film. Een Amerikaanse tragedie die via het verleden naar het heden kijkt.

Film is belangrijk omdat het ons verbindt met een wereld buiten de onze. Film is belangrijk omdat het onze realiteit uitbreidt, onze morele gevoeligheden uitdiept en onze inzichten vergroot. Film is belangrijk omdat het de waarden van mensen en de malaises van hun samenleving weerspiegelt. Dat bewijst ook Nate Parkers The Birth of a Nation (2016), een brutaal drama dat toont hoezeer onderdrukking deel uitmaakt van de Amerikaanse geschiedenis.

Een emotioneel krachtige film die veel zegt over het traumatische verleden én de huidige tijdsgeest van een verscheurd land. Een film die aangeeft dat D.W. Griffiths meesterlijk verteld verhaal van de Amerikaanse Burgeroorlog en Reconstructie The Birth of a Nation (1915) niet in een artistieke bubbel vertoeft. Film is belangrijk omdat het gaat over ons en onze wereld. Die van toen en die van nu.

birth-of-a-nation-1915

THE BIRTH OF A NATION

Het passieproject van Nate Parker

In Spike Lee’s studentenfilm The Answer (1980) krijgt een zwarte filmmaker 50 miljoen dollar om een remake van Griffiths The Birth of Nation te maken. Een idee dat sommige professoren van NYU zo schandalig vonden dat ze Lee wilden buiten zetten. De regisseur van Do the right thing en Malcolm X bewaarde zijn onafhankelijke geest, bouwde een filmcarrière uit, werkt nu zelf voor NYU en stelt vast dat ook bij een jonge generatie filmmakers de droom leeft om de legendarische maar omstreden David Wark Griffith (1875-1948) te counteren.

Hun rolmodel is Oscar Micheaux, de zwarte filmmaker die in de jaren ’20-’30 een ander beeld van zwarten schilderde. Micheaux (The Homesteader, Body and Soul) werkte buiten het systeem en moest alternatieve financiering en distributie zoeken, een voorbeeld dat Nate Parker ter harte nam. Zeker omdat Micheaux met Within Our Gates (1920) The Birth of Nation reeds van repliek diende en toonde hoe zwarten het slachtoffer van racisme slachtoffer werden.

A scene from Columbia Pictures' "Django Unchained," starring Jamie Foxx and Christoph Waltz.

DJANGO UNCHAINED: De Clan bij Tarantino

D.W. Griffith (Intolerance, Broken Blossoms) paste voor de re-release van 1930 zijn film aan en door de jaren heen zouden vertoningen van The Birth of Nation protest uitlokken maar het duurde tot de 21ste eeuw voor er artistieke reactie kwam. Performance kunstenaar Paul Miller (DJ Spooky) trok in 2004 langs musea met een remix van Griffiths filmbeelden aangevuld met actualiteitsbeelden, commentaar en muziek. Opzet was “een digitaal exorcisme” dat “de filmbeelden absurd maakt”.

Slavernij kwam voordien reeds aan bod in tal van Hollywoodfilms (Gone with the wind, Band of Angels, Mandingo, Glory, Amistad) maar voor een kritische insteek was het wachten tot 21ste eeuwse films zoals Manderlay (2005), Django Unchained (2012), Lincoln (2012), 12 Years a Slave (2013), The Retrieval (2013), The Keeping Room (2014) en Free State of Jones (2016).

(L to R) MATTHEW McCONAUGHEY and MAHERSHALA ALI star in FREE STATE OF JONES.

FREE STATES OF JONES

In die geest was acteur Nate Parker (The Great Debaters, Ain’t them Bodies Saints) vertrokken aan “mijn tocht met Nat Turner”. Alles begon toen zijn professor Afro-Amerikaanse studies vroeg wie Nat Turner, de zwarte predikant en leider van de meest succesvolle slavenopstand in de Amerikaanse geschiedenis, kende. Parker viel uit de lucht en het werd er niet beter op toen hij vernam dat de feiten zich anno 1831 hadden afgespeeld in zijn geboortestreek Virginia: “Tien jaar geschiedenislessen en geen woord over General Nat, de geletterde man van God die een heilige oorlog startte en alles opofferde om zijn volk te bevrijden uit de slavernij.”

Verontwaardigd zweerde Parker “nooit weer het woord van anderen te geloven wanneer het ging over het verhaal van mijn voorvaderen. Ik nam mijn educatie zelf in handen en ontwarde de draden van revisionistische geschiedschrijving.” Een startsein voor “een wanhopige tocht richting waarheid” die zou leiden tot “het verlangen Turners leven te onderzoeken via film.”

the-birth-of-a-nation

THE BIRTH OF A NATION: Nate Parkers Predikant-slaaf

In 2013 besloot Parker te stoppen met acteren tot zijn passieproject af was. Hij investeerde eigen geld en bracht een budget van 10 miljoen dollar bij elkaar dat hem toeliet deze film ook effectief te schrijven (dankzij Sundance Lab en mentor James Mangold), produceren en regisseren met zichzelf in de hoofdrol. Het eindresultaat, een brutale biopic, kende een opgemerkte première tijdens het Sundance festival begin 2016, werd opgepikt door Fox en leek ook internationaal een vliegende start te nemen dankzij het festival van Toronto.

Maar Parker en zijn co-scenarist Jean McGianni Celestin kwamen in het oog van de storm terecht door een oude verkrachtingszaak waardoor de media-focus kwam te liggen op hen en niet op hun film. Toch wist Parker het hoge actualiteitsgehalte van zijn regiedebuut te benadrukken. Met “verzet hangt in de lucht,” verwijst hij naar de ‘Black Lives Matter’ beweging, “iedereen die deze film ziet zou de bioscoop moeten verlaten met het verlangen een veranderingsfactor te zijn op het vlak van rassenrelaties. Dit land is gebouwd op rebellie. Dus wanneer we praten over Amerikaanse helden die vochten tegen onderdrukking moèt Nat Turner ter sprake komen.”

Propaganda en contrapropaganda

De titel van zijn biopic over Nat Turner en de door hem geleide slavenopstand van 1831 in de Zuidelijke staat Virginia ontleende Parker aan The Birth of a Nation, D.W. Griffiths epos uit 1915. Een film die zowel de reputatie van lovenswaardig cinematografisch meesterwerk als van verwerpelijk propagandawerk voor de racistische Ku Klux Klan heeft. Een keuze als statement want volgens Parker “oogsten we nu de gevolgen van de zaadjes die Griffith lang geleden plantte.

Wanneer we als industrie vooruit willen gaan moeten we de confrontatie met de kwetsuren uit het verleden zullen aangaan. Griffiths titel opeisen en heroriënteren als tool voor vooruitgang en sociale gerechtigheid vormt een prima eerste stap. De titel The Birth of a Nation werd een oproep tot actie, een uitdaging om de ‘geboorte’ van een nieuwe natie van verhalenvertellers, waarheid sprekers en gerechtigheid zoekers mogelijk te maken. Wat Griffith gebruikte voor onderwerping, gebruik ik voor bevrijding.”

Griffiths The Birth of a Nation werd geprezen omwille van zijn innovatief karakter en bekritiseerd omwille van zijn reactionaire inhoud. “Griffith wàs de filmindustrie,” aldus hoofdrolvertolkster Lilian Gish, “de industrie was geboren in zijn hoofd.” Griffith ontwikkelde verteltechnieken die toen ongezien waren maar nu vertrouwd zijn: het tonen van parallelle actie tijdens een achtervolgingsscène, het dramatische gebruik van close-ups of fade outs, de introductie van een iris shot (waarbij het beeld verkleind wordt), het werken met panoramische beelden waarbij gevechtscènes geënsceneerd worden als epische schilderijen, het via montage verbinden van romantische scènes en opnamen van het leven op de plantage.

Al deze technieken maakten school terwijl Griffiths stijl en toon snel achterhaald waren. Hij hield vast aan een centraal thema (deugd onder druk), Dickensiaanse romantiek (die schoonheid en karakter verbindt) en de overtuiging dat entertainment en didactiek samen gaan. Film was voor Griffith “de grootste spirituele kracht die de wereld ooit gekend heeft. We hebben een universele taal gevonden, een kracht die mensen broeders kan maken en oorlog voor altijd beëindigen.”

In cynische tijden bleek Griffith echter snel “out of step and out of time” terwijl zijn utopische visie de stempel droeg van de Zuiderse cultuur waarmee hij opgroeide en daardoor een blinde hoek had. Het paternalisme in zijn visie op zwarten maakte van zijn epos propaganda voor segregatie en de Ku Klux Klan (The Clansman was aanvankelijk de filmtitel).

The Birth of a Nation claimde, vijftig jaar na de feiten op een moment dat de natie nog altijd verscheurd was, mensen samen te willen brengen via een objectief beeld van de Amerikaanse Burgeroorlog en de daaropvolgende Reconstructie periode. Absurd want het verhaal wordt gezien door de ogen van iemand die verankerd is in de Old South en in een tussentitel stelt dat “The bringing of the African to America planted the first seed of disunion.”

Niet slavernij was het probleem volgens Griffith maar de verdeeldheid die zwarte slaven creëerde tussen blanken. Blanken die hij in het filmslot samenbrengt door ze hun meningsverschillen te laten bijleggen “in defence of their common Aryan birthright.” Griffith verweeft de levens van twee blanke, respectievelijk Zuiderse en Noordelijke, families (de Camerons en de Stonemans) om ze in een racistische reflex te verenigen. Blanken worden gestereotypeerd (mannen zijn paternalistisch, vrouwen kwetsbaar) maar zwarten zijn ronduit slechteriken, op enkele onderdanige knechten na. Het racisme wordt via de overloper Gus een seksueel racisme dat van de Klan redders van de blanke beschaving maakt.

Geen wonder dat de National Association for the Advancement of Coloured People (NAACP) overal waar de film vertoond werd processen inspande (bijna telkens gewonnen door Griffith). Wat niet belette dat The Birth of a Nation een commercieel succes werd (en de Ku Klux Klan een heropleving kende) maar wel het debat levendig hield. Griffith bleef achter zijn film staan en enkel in een houterige presentatie (samen met acteur Walter Huston) van de rerelease in 1930 (als extra opgenomen bij de Blu-ray) klinkt twijfel wanneer hij The Birth of a Nation weltruenoemt “… but as Pontius Pilate said, ‘Truth? What is the truth?’.

Doorgaans plaatste hij een gelijkheidsteken tussen zijn historische fictie en de historische realiteit. Enkel blanke suprematie aanhangers volgden hem. Anderen zagen de film ofwel als een racistische weerspiegeling van een racistische cultuur, ofwel als een weergave van de tijdsgeest, ofwel als een artistiek meesterwerk met een dark side. Voor sommigen was Griffiths volgende film, Intolerance (1916), een mea culpa maar Griffith stelt dat de intolerantie die hij viseert verwees naar de ‘onverdraagzaamheid’ waar hij zelf het slachtoffer van was. Die oprechte indruk geeft aan hoezeer Griffith doordrongen was van de opvatting dat niet iedereen gelijkheid aankon en dat de geboorte van de natie belast werd door zwarte slaven (en niet door slavernij).

intolerance-1916

INTOLERANCE

The Birth of a Nation zegt iets over de morele omgeving en het tijdsgewricht waarin de film gemaakt werd maar is vooral de artistieke creatie van een getalenteerd cineast met een verwerpelijke visie op rassengelijkheid. Iemand met een politieke agenda want de filmtitel doet de indruk ontstaan dat de Amerikaanse natie geboren werd tussen 1861 en 1865, tijdens de Burgeroorlog, terwijl voor de eerste president George Washington die natie ontstond door het verlangen naar vrijheid en eenheid tijdens de Amerikaanse revolutie (de onafhankelijkheidsoorlog van 1775-1783).

Cinematografisch blijft deze propagandafilm een meesterwerk. “The Birth of a Nation gave birth to the film as an artzegt Seymour Stern, Kent Jones heeft het over “visuele poëzie” terwijl volgens Michael Powell “het publiek voor het eerst zag hoe oorlog, en burgeroorlog, er uit zag.”

Aan de kant van rebellerende slaven

In de jaren 70 wou Norman Jewison (In the heat of the night), op basis van William Styrons roman ‘The Confessions of Nat Turner’, het verhaal van de predikant en slavenopstandleider verfilmen maar geen producent durfde het aan. Door zelf het scenario te schrijven en de financiering rond te krijgen lukte het Nate Parker ruim 40 jaar later wèl.

Zijn The Birth of a Nation is een spijkerhard drama dat de brutale levensomstandigheden van de slaven en de wreedheid van hun opstand expliciet toont. Het geweld van de onderdrukking is daarbij even extreem als het geweld van de rebellie. Nat Turner begint als een Solomon Northup-achtige (12 Years a Slave) voorloper van Martin Luther King maar eindigt als de woedende Black Panther-leider in Malcolm X. Aanvankelijk blijft de in slavernij geboren Nat, dankzij zijn blanke meester Samuel Turner, bespaard van de ergste mishandelingen. Maar economische moeilijkheden dwingen Samuel de vaardigheden van zijn slaaf als predikant ten gelde te maken (religie wordt door blanken gebruikt om de gemoederen te sussen bij hun vernederde en mishandelde slaven).

Wanneer Nat een blanke doopt slaan de stoppen door bij sadistische racisten. Zweepslagen veroorzaken fysieke en mentale wonden. Het onrecht en geweld creëert een omslag: met de bijbel in de hand bereidt Nat een opstand voor die de slaven moet bevrijden van tirannie. In 1831 doden de opstandelingen tijdens een nachtelijke raid met messen en bijlen een zestigtal blanken. Hun opstand eindigt wanneer ze vuurwapens trachten te bemachtigen. De meeste rebellen sneuvelen, Nat wordt gevangen genomen en geëxecuteerd en bij represailles sterven zo’n 200 zwarten.

In tegenstelling tot Griffith situeert Parker het trauma dat Amerika nog steeds verscheurt niet in de Burgeroorlog maar in de slavernij, in de onderdrukking van een bevolkingsgroep door een andere. Het is lovenswaardig dat hij resoluut de kant van de slachtoffers kiest. Minpunt daarbij is dat Griffiths dichotomie bij momenten omgekeerd wordt: in Parkers versie vechten blanke duivels en zwarte heiligen het uit in een apocalyptische confrontatie. Gelukkig heeft de regisseur/hoofdacteur oog voor de impact van geweld en voor de tragiek van een strijd die nieuwe slachtoffers maakt.

Door zich Griffiths titel The Birth of a Nation toe te eigenen provoceert Parker gewild. Zijn film stelt dat de roots van de Amerikaanse tragedie niet de Burgeroorlog maar in de slavernij liggen en dat de natie niet geboren werd tijdens de Burgeroorlog of de Amerikaanse Onafhankelijkheidsstrijd maar tijdens de slavenopstand. Een actie die de zaadjes plantte van verzet en een beweging die ijvert voor rassengelijkheid. De geboorte van de natie is voor Parkers een work in progress; pijnlijk en brutaal maar onafwendbaar.

Parkers afkeer van slavernij en racisme is heftig en visceraal; een passioneel statement dat “Black Lives Matter.” Maar zijn achteruitkijkspiegel heeft een blinde hoek. Dat het bestaan van slavernij in de V.S. verbonden was met de ontwikkeling van een kapitalistische, industriële (niet langer agrarische) samenleving – en de Burgeroorlog geen moreel maar economisch conflict was (met katoen als voor de industrialisering cruciale koopwaar) – blijft buiten beeld.

De opstand is in The Birth of a Nation geen klassenstrijd en gevecht met alle vormen van onderdrukking maar een conflict gezien in racistische en sadistische termen. Waardoor de psychopathologie van het blanke ras onder vuur komt en niet het politiek-economische systeem. Het geeft de rebellie een religieuze hysterie (met Turner als ‘black savior‘) met blinde haat die het bewustzijn van de opstandelingen én de structuren van de onderdrukkers in de schaduw houdt.

Waardoor het geweld en de onderdrukking die hun stempel drukten op de Amerikaanse geschiedenis in puur persoonlijke termen (met het blanke ras of Zuiderlingen als boosdoeners) gezien worden. Terwijl er aanwijzingen zijn dat Turner wel een instinctief klassenbewustzijn had en bij zijn opstand arme blanken spaarde omdat ze in zijn ogen even uitgebuit werden.

Er zijn dus wel kanttekeningen te maken bij de manier waarop Parker het verhaal van de slavenopstand, die zowel blanke als zwarte abolitionisten inspireerde, vertelt maar hij heeft alleszins de verdienste het onder de aandacht te brengen. The Birth of a Nation versie 2016 is een aanklacht die slavernij fileert, de ontstaansgeschiedenis van Amerika demystificeert en pleit voor (zwart) zelfbewustzijn en verzet. Cinematografisch minder vernieuwend dan Griffiths 1915 versie maar als ‘inflammatory epic‘ bijna even controversieel.

Parkers film wordt gedreven door verontwaardiging en woede maar bewaart een melancholische, tragische toon die hem minder opruiend maken dan de karikaturale schets van de personages doet vermoeden. Typerend is het gebruik van een iconisch beeld en een iconische (lynch)song: de black bodies swinging in the Southern breeze van het door dichter-activist Abel Meeropol geschreven en door Billie Holiday (hier Nina Simone) gezongen ‘Strange Fruit’. Een nummer dat de woede en het gevoel van onrechtvaardigheid in de huidige Amerikaanse cultuur perfect vat. Componist Henry Jackson benadrukt dat de filmmuziek emotioneel diende te raken maar dat “het zeer belangrijk was om het evenwicht goed te houden zodat de emoties van de toeschouwers niet te wraakzuchtig werden.”

Dat doet Parker ook door de introductie van Afrikaanse iconografie en een spirituele narratieve onderstroom. In de openingsscène zien we hoe Nats voorouders hem via een ritueel het aureool van profeet en mythische strijder geven. Een spiritueel wezen dat meteen daarna als object in de handen van plantagehouders overspoeld wordt door christelijke symbolen. In fel contrast met de witte as die de zwarte lichamen bedekt tijdens rituelen (geboorte en dood) en symbool staat voor direct contact met de voorvaders.

Doden die blijvend waken over de levenden. Door de jonge en volwassen Nat samen in beeld te brengen en geesten te laten opduiken in visioenen geeft Parker aan hoe voorvaderen fungeren als beschermgeest. Uiteindelijk aanvaardt Turner de dood omdat die hem volgens Afrikaanse traditie meer kracht geeft om de levenden te helpen dan hij als sterveling had. Zoals de voorvaders zijn spirituele beschermers waren, zo wordt hij na zijn dood de beschermer die zijn volk naar bevrijding gidst.

Een hoopvol, melancholisch gevoel dat van The Birth of a Nation de start maakt van een spirituele odyssee richting vrijheid en gelijkheid. De film herinnert Amerikanen aan hun belofte van trouw aan de vlag: “one Nation under God, indivisible, with liberty and justice for all.” In het volle besef dat die vlag onder het bloed zit. De geboorte van een natie is pijnlijk maar kan mooi zijn.

IVO DE KOCK

(Artikel verschenen in FILMMAGIE, 671, januari 2017)

THE BIRTH OF A NATION: D.W. Griffith, USA 1915; 194′; met Lilian Gish, Mae Marsh, Henry B. Walthall, Miriam Cooper, Mary Alden, Ralph Lewis, Elmer Clifton; extra’s: boekje, inleiding D.W. Griffith & Walter Huston, kortfilms Griffith, re-release generiek, making of; FILM: **** / EXTRA’S: ****; dis. Eureka!.

THE BIRTH OF A NATION: Nate Parker, USA 2016; 120′; met Nate Parker, Arnie Hammer, Penelope Ann Miller, Jackie Earle Haley, Colman Domingo, Gabrielle Union, Aja Naomi King; sce Nate Parker & Jean McGianni Celestin; fot Elliot Davis; muz Henry Jackman; mon Steven Rosenblum; dis. Fox.

Citaten Nate Parker en cast uit: The Birth of a Nation – Nat Turner and the Making of a Movement, ed. Nate Parker, Atria, New York, 2016, 184 blz.

Leave a comment