Otto Premingers The Man with the Golden Arm: Extremisme en obsessie.

mei 18, 2020   //   by Ivo De Kock   //   actueel, Algemeen, drama, dvd, film, genre, regisseur  //  No Comments
The Man with the Golden Arm

The Man with the Golden Arm schreef geschiedenis dankzij de iconische generiek van Saul Bass en Otto Premingers ongemeen realistische schets van drugsverslaving. Het was echter ook een extreme tragedie over obsessie.

The Man with the Golden Arm

“Het oeuvre van Otto Preminger (1906-1986) is van een pure schoonheid” repliceerde Eric Rohmer toen de in Oostenrijk geboren Amerikaanse filmmaker in necrologieën vooral werd omschreven als een tierende tiran dol op controle en Grote Onderwerpen. Die schoonheid ontstond volgens de Franse criticus en cineast door Premingers mise-en-scène, door de manier waarop hij emoties en ideeën cinematografisch vertaalde. Door de wijze waarop hij mensen aan het denken zette. “Diepere gedachten en een bredere kijk op de wereld stimuleren is voor mij het beste entertainment” benadrukte Preminger zelf.

Zijn entertainment zorgde al eens voor opschudding. Zoals toen Preminger in 1955 met The Man with the Golden Arm op ongezien realistische wijze de gevolgen van drugsverslaving toonde. Moraalridders sabelden de film genadeloos neer. Preminger voelde de bui hangen en legde hem zelfs niet voor aan de filmkeuring. Dat kon omdat er door de nieuwe antitrustwetgeving voldoende onafhankelijke bioscoopzalen waren, waardoor de zwart-witfilm zelfs kon uitgroeien tot een kassasucces. Al zorgde de beroering er voor dat geen van de drie Oscarnominaties verzilverd werd. Even later volgde een versoepeling van de Amerikaanse filmkeuring en mochten onderwerpen als drugs, prostitutie en abortus eindelijk aan bod komen.

The Man with the Golden Arm

Dat Preminger een taboebreker bleef heeft alles te maken met zijn interesse voor dramatische verhalen die de vinger leggen op spanningen binnen een samenleving. Vandaar zijn keuze voor thema’s als religieuze onverdraagzaamheid (The Cardinal), gerechtigheid (Saint Joan, Anatomy of a Murder), oorlog (In Harm’s Way), democratie (Advise and Consent), discriminatie (Carmen Jones, Porgy and Bess), het jodenvraagstuk (Exodus), incest (Bonjour Tristesse), geestelijke gezondheid (Bunny Lake is Missing) en rassenproblematiek (Hurry Sundown). Ondanks de aangesneden morele vraagstukken ging het hier nooit om traditionele thesis films. Het bijzondere aan Premingers aanpak is zijn weigering om een standpunt op te dringen. Zijn stijl werd vaak als ‘objectief’ beschreven, waarmee bedoeld werd dat geen enkele visie (in Laura zijn er zelfs vijf verschillende visies op het gelijknamige personage) de overhand krijgt. Zo benadrukt Preminger de blik, geeft hij aan dat waarheid relatief is en dat onvolledige informatie leidt tot foute interpretaties.

In zijn interviewboek ‘Who the devil made it’ omschrijft Peter Bogdanovich The Man with the Golden Arm als een in artificiële sets gedraaide karakterstudie uitzonderlijk bekeken vanuit de protagonist. “Ik had de film graag op locatie in Chicago gedraaid maar dat was budgettair onhaalbaar” reageert Preminger, “en het gaat me om begrip, om het vermijden van een oordeel, niet om objectiviteit.” De regisseur dompelt ons onder in het universum van Frankie Machine, een jazz-drummer die naar zijn habitat terugkeert nadat hij in de gevangenis afkickte van zijn heroïneverslaving. Een vruchteloze zoektocht naar werk maakt de gefrustreerde muzikant tot een makkelijke prooi van figuren uit het verleden. Een crimineel die pokerwedstrijden organiseert en een drugsdealer die hem in afhankelijkheid drijft. Terwijl hij gebonden blijft aan een vrouw die zijn schuldgevoelens bespeelt (Zosh fingeert een handicap) en een geliefde die hij vreest mee in de ondergang te sleuren (Molly loopt gevaar bij zijn afkicken).

The Man with the Golden Arm

The Man with the Golden Arm gaat over verslaving maar is vooral een film over sociale determinatie en zowel fysieke als emotionele afhankelijkheid. Het is een film met ambigue figuren (Kim Novak en Eleanor Parker vertolken complexe personages) en ambivalent gedrag die inspeelt op de spanning tussen Sinatra’s imago en de underdog die hij speelt. De toon wordt gezet door de titelsequentie van Saul Bass die via de verwrongen arm van de drummer, kaartdealer én heroïneverslaafde een verontrustend visueel motief introduceert.

Preminger kende het visueel talent van Bass sinds Carmen Jones en integreerde de nerveuze generiek van The Man with the Golden Arm in het chaotische verhaal en de verstoorde geest van Frankie. De persoon die hem leerde drummen ”says I’m a natural, arms made of pure gold” maar wanneer Frankie (gedwongen) vals speelt bij het kaarten wordt zijn arm vol naaldmarkeringen geïmmobiliseerd. Om tijdens het cold turkey proces eerst oncontroleerbaar en daarna machteloos te worden.

Saul Bass artwork

Deze door de pulserende score van Elmer Bernstein gedreven drummer-met-knipperende-ogen is een drugsverslaafde. Maar het is vooral ook iemand die zoals veel Preminger personages gevangen zit in een sociaal of psychologisch keurslijf. Het opmerkelijke is dat hij uiteindelijk niet ten onder gaat maar evenmin vrijheid vindt. Frankie laveert tussen de twee en blijft onder de invloed staan van vrouwelijke passie. Zosh en Molly zijn extreme personages omdat ze obsessief zijn, omdat ze hun bestaan én liefde in handen durven nemen in een door (fundamenteel zwakke) mannen gedomineerd universum. Zosh door te regisseren, een leugen in stand te houden (“ik deed het uit liefde” zijn haar laatste woorden). Molly door zich weg te cijferen, in de rol van lid van ’team Frankie’ te kruipen.

Het Grote Onderwerp is hier dan ook eerder obsessieve liefde dan verslaving. The Man with the Golden Arm is geen koele, saaie traktaatfilm maar een warme tragedie over extreme emoties. “Ik denk dat er een grote tragedie schuilt in mensen die verslaafd worden aan iets,” vertelde de cineast aan Bogdanovich, “of dat iets nu heroïne, liefde, een vrouw of wat dan ook is.” Waarop de maker van The Last Picture Show en Saint Jack opperde “het gaat om obsessie, niet?” En Otto Preminger heel even in zijn kaarten liet kijken: “Perhaps.

IVO DE KOCK

(Artikel verschenen bij De Filmkrant)

The Man with the Golden Arm USA, 1955 / REGIEOTTO PREMINGER/ 119 MINUTEN / MET FRANK SINATRA, ELEANOR PARKER, KIM NOVAK, ARNOLD STANG / BONUS: AUDIOCOMMENTAAR FILMHISTORICUS KEN BARNES, INTERVIEW ELMER BERNSTEIN, INTERVIEW FRANK SINATRA / DISTRIBUTIE: VIDEO/FILM EXPRESS).

Otto Preminger en Kim Novak

Leave a comment