Kristof Hoornaert over Resurrection: ‘Ik wil de kijker laten nadenken’
Resurrection, het speelfilmdebuut van de voormalige Vlaamse kortfilmer Kristof Hoornaert, is eigenzinnige contemplatieve cinema en “een film die je moet voelen in je lijf.”
Resurrection, het speelfilmdebuut van de voormalige Vlaamse kortfilmer Kristof Hoornaert, is eigenzinnige contemplatieve cinema en “een film die je moet voelen in je lijf.”
Resurrection, het indrukwekkende speelfilmdebuut van Kristof Hoornaert, is een prikkelende poëtische parabel over wreedheid en beschaving. Een verhaal van schuld en boete, van een louterende hergeboorte, dat onder je huid kruipt en je ook na de vertoning niet meer los laat. Het is een boeiende film, maar een die volgens de cineast “tegen de mainstream manier van film maken ingaat. Vaak ziet men film als entertainment, iets dat je consumeert. Voor mij is het logisch om eerder kunstzinnige films te maken.” Ijzersterke artistieke auteurcinema.
Om het Cruijffiaans te stellen “Ieder nadeel heb zijn voordeel”. Het nadeel van het succesverhaal ‘Vlaamse film’ is dat cineasten nu vooral afgerekend worden op box office cijfers. Het voordeel is dat hypes snel vervelen en smeken om alternatieven zoals Kristof Hoornaerts miskende Resurrection. “Je gaat het pas zien als je het doorhebt” wist nummer 14.
Lees meer »Aan het eind van wat ongetwijfeld een van de meest viscerale films ooit is, Alejandro González Iñárritu’s 156 minuten lange avonturenfilm The Revenant, staart Leonardo DiCaprio met dode ogen en getraumatiseerde blik in de camera. Even flitste Gloria Swansons “All right, Mr. DeMille, I’m ready for my close-up” (in Billy Wilders Sunset Boulevard uit 1950) door onze geest; DiCaprio’s acteerkrachttoer solliciteert nadrukkelijk naar een (langverdiende) Oscarbekroning. Maar Iñárritu legt met dit slot ook expliciet een link tussen zijn protagonist, de pelsjager Hugh Glass, en de held uit Werner Herzogs Aguirre, der Zorn Gottes (1972), de door Klaus Kinski vertolkte Spaanse soldaat die in 1560 een expeditie naar het mythische Eldorado in Peru leidde en ook met wilde blik in de camera staart. Net zoals Herzog krabt de Mexicaanse cineast graag het dunne beschermingslaagje genaamd ‘beschaving’ van zijn personages om animale driften, willekeurig geweld en barbaarse wraaklust bloot te leggen. En net zoals Herzog gaat Iñárritu met plezier ver, héél ver, om zijn filmdromen te realiseren.
Clint Eastwoods nieuwste ongewilde held Richard Jewell is een vriendelijke reus die verzeild geraakt in een Amerikaanse tragedie, een anonieme blanke man met een complexe persoonlijkheid die worstelt met de hedendaagse geschiedenis. Uit zijn waargebeurd verhaal puurt de 90-jarige cineast een fraai staaltje no-nonsense cinema gedragen door sterke vertolkingen.
Lees meer »Na haar Native Americans drama Songs My Brothers Taught Me schetst de in Amerika werkende Chinese cineaste Chloé Zhao de rodeo cultuur via een jonge Indiaanse cowboy die na een val dreigt een outsider te worden in het macho cowboymilieu en een nieuwe zin moet geven aan zijn leven. The Rider balanceert subtiel op de grens van fictie en documentaire.
Denzel Washington is een even charismatisch als getalenteerd acteur maar zelfs zijn beste films, The Hurricane en The Manchurian Candidate, kunnen moeilijk als meesterwerk omschreven worden. Het geforceerde Fences was geen uitzondering op de regel dat zijn vertolkingen en films fascineren maar onevenwichtig zijn. Idem voor Roman J. Israel, Esq.
Met zijn eerste in Frankrijk gedraaide film borstelt de Tsjaadse regisseur Mahamat-Saleh Haroun (Un homme qui crie) een sober, melancholisch en authentiek portret van een immigrant op zoek naar een nieuwe toekomst. Maar Europa is in Une Saison en France een toren van Babel, een wereld waar iedereen naast elkaar praat en niemand elkaar begrijpt.
Toen de Iraanse cineast Asghar Farhadi in 2012 tijdens een bewogen aanvaardingsspeech zijn Oscar voor A Separation opdroeg aan het Iraanse volk en haar “rijke en oude cultuur die verborgen ligt onder het stof van de politiek” werd gevreesd dat dit hem in eigen land sterk zou worden aangerekend. Maar Farhadi kreeg in tegenstelling tot zijn landgenoot Jafar Panahi geen beroepsverbod en kon zijn nieuwste, The Salesman, probleemloos in eigen land draaien. Het drama werd in Cannes bekroond met twee prijzen: die voor beste scenario en voor beste mannelijke hoofdrol.
“Sterven van de kou is niet banaal” schreef Serge Daney in zijn bespreking van Sans Toit ni Loi, “de koude is geen banaal onderwerp. Het is een goed onderwerp omdat het alles verandert. In de koude moet je alles heruitvinden, zelfs de cinema. Dankzij de koude heeft Agnès Varda Sandrine Bonnaire heruitgevonden”. In 1985 won de Franse cineaste de Gouden Leeuw van Venetië met een lyrisch requiem voor een ‘rebel without a cause’, een jonge zwerfster magistraal vertolkt door de toen 17-jarige Bonnaire. “Een ‘Bronzen Hond’ was gepaster geweest” lacht een terugblikkende Varda. Een kwart eeuw later bezorgt dit schrijnend portret van een anti-heldin op zoek naar vrijheid in een kille samenleving ons nog altijd koude rillingen.