Jasmila Žbanićs Quo Vadis, Aida?: Het gevoel van een naderende genocide

mei 28, 2021   //   by Ivo De Kock   //   Algemeen, drama, genre, politieke film, regisseur  //  No Comments
Quo Vadis, Aida?

Na De Oost behandelt ook Quo Vadis, Aida? een Nederlands trauma. Maar Jasmila Žbanić bekijkt de tragische gebeurtenissen van Srebrenica door de ogen van een Bosnische tolk.

Het leven is geen film. Dat durven filmmakers nogal eens vergeten wanneer ze een (historische) menselijke tragedie omtoveren in cinema. Getuige Quo Vadis, Aida? waar scenarist-regisseur Jasmila Žbanić (Grbavica, Na Putu) een genocide (de moord in 1995 op 8.000 Bosnische moslims) evoceert via een constant aan film herinnerend drama. Met een protagonist die transformeert van stille getuige (“zwijg, je bent enkel tolk”) tot kinetische actieheld (dankzij haar badge ongehinderd rondrennend in de VN-basis), een Servische generaal die genadeloze uitroeiingsdrang verbergt achter een strak stoer masker (terwijl hij constant een meelopende cameraploeg regisseert) en karikaturale Nederlandse figuranten (militairen gespecialiseerd in wegkijken, passief blijven of verraad plegen) zoals kolonel (“ik ben slechts een pianospeler”) Karremans.

Quo Vadis, Aida?

“De echte film begint zo dadelijk” zeggen Servische soldaten wanneer ze weggevoerde moslims achterlaten in een geïmproviseerde bioscoop, geweerlopen door kijkgaten priemen en de camera wegrijdt om de gruwel naar de klankband te verwijzen. Terwijl een in magisch-realisme gedrenkte epiloog ‘personages’ en geesten uit het verleden samenbrengt in een door kinderen opgevoerd ‘zien en niet-zien’ toneeltje.

Die zelfbewuste filmische aanpak levert nevenschade op. Samen met authenticiteit verdwijnt ook morele en emotionele complexiteit uit beeld. We kijken via de ogen van leraar en tolk Aida naar de kafkaïaanse bureaucratie (bevelvoerders trekken na loze dreigementen op vakantie, lijstjes zijn heilig) en de destructieve logica van haat en racisme. Hallucinant maar Aida’s lotgenoten blijven anoniem opgejaagd vee.

Quo Vadis, Aida?

Ook al omdat Žbanić focust op (het gezicht van) een vrouw die verbeten vecht voor het leven van haar man en twee zonen. Net zoals alles moet wijken voor Aida’s strijd en intensiteit (met “ik ben slechts de tolk” negeert ze elke smeekbede) verdwijnt door Žbanićs focus ook elk greintje persoonlijkheid uit de machtelozen (zwijgzaam afgevoerde mannen en vrouwen) en elke empathie voor de marionetten in het geopolitieke spel (de ook letterlijk bleke Dutchbatters).

Het is verdedigbaar dat het Nederlandse trauma niet centraal staat en prima dat het als empathie vermomd zelfbeklag van De Oost ontbreekt. Alleen stoort het dat menselijkheid en nuance geweerd werden uit dit portret van stuur- en ruggengraatloze VN-militairen. Het leven is immers ingewikkelder en meer ambigu dan (deze) film.  

Quo Vadis, Aida?

Quo Vadis, Aida? is geen intense helletocht (Come and See, The Painted Bird ) of heldenverhaal (Hotel Rwanda) maar een oorlogsdrama dat ons met minimale pathos en sentiment onderdompelt in met de genocidegruwel verbonden gevoelens van angst, afschuw en tristesse. Aangevuld met het besef dat de communicatie tussen alle betrokkenen niet mank loopt omdat ze tolken nodig hebben maar omdat ze weigeren te luisteren naar elkaar. Dat gebeurt efficiënt via een rudimentaire plot maar ook al te nadrukkelijk via knipogen naar film. Kunstmatigheid verzwakt de overtuigingskracht.

IVO DE KOCK

(Artikel verschenen in De Filmkrant, juni 2021)

QUO VADIS, AIDA? / NEDERLAND – BOSNIË-HERZEGOVINA, 2020 / REGIE JASMILA ŽBANIĆ / 102 MINUTEN / MET JASNA ĐURIČIĆ, JOHAN HELDENBERGH, BORIS ISAKOVIĆ, RAYMOND THIRY / DISTRIBUTEUR CINÉART / TE ZIEN VANAF 1 JULI.

Quo Vadis, Aida?

Leave a comment