Dossier Masters of Horror. Deel 5: Masters Larry Cohen en Takashi Miike
“Ze begrijpen eindelijk wat hij bedoelt,” zegt acteur Michael Moriaty, “Larry Cohen is een satiricus”. “Doordat mijn videowerk, alleen bestemd voor Japanse plattelandsjongeren, ongewild zijn weg naar het buitenland vond is er een verkeerd beeld ontstaan van Takashi Miike” aldus de cineast. Twee misbegrepen ‘Masters of Horror’ verrassen met enge sprookjes.
“We kregen 10 dagen, dat is traag voor mij”, grapt Larry Cohen (It’s Alive, Q), “het zou me ook in 7 dagen zijn gelukt”. Via snelheid verwerft Cohen vrijheid. Ongehinderd door financiers zoekt hij “het onverwachte, ongerepeteerde” tijdens zonder draaiboek afgewerkte opnames. “Mijn films zijn jazzvoorstellingen,” stelt de cineast die ook crew en cast entertaint, “in een goede sfeer leveren acteurs hun beste werk”.
Ook bij het karaktergedreven Pick Me Up liet hij ruimte voor improvisatie. Waardoor i.p.v. schokeffecten, vertolkingen voor intens drama zorgen. “Het begon allemaal met die MOH-etentjes waar iedereen luistert naar verhalen over hoe we allemaal genaaid zijn door distributeurs, producenten en studio’s,” aldus Cohen, “we beseften de noodzaak om onafhankelijke films te maken. Wat me aantrok in dit project is dat ik alleen hoefde te regisseren”. Het script van David Schow zag hij als “een schitterend ide over twee seriemoordenaars die elkaars pad kruisen”. Een vrachtwagenchauffeur die lifters vermoordt (“misschien ga je wel nergens heen”) en een lifter die mensen die hem ‘oppikken’ om het leven brengt (“wie ècht gevaarlijk is, ziet er niet vreemd uit”). De ‘prooi’ van beiden is een jonge vrouw on the road naar een nieuw leven.
Resultaat is een woord- en gruwelduel, met een finale twist die naar Cohens The Ambulance knipoogt. Volgens Michael Moriaty “zit de gruwelijkheid in de groeiende uitstraling van het monster van onverschilligheid”, waarbij hij een link legt naar “iemand die abortus pleegt”. Terwijl zijn regisseur opmerkt dat “It’s Alive ging over de voordelen van abortus”. Met horrorsprookjes kan je vele richtingen uit.
“In imperfecte zaken schuilt schoonheid én horror,” zegt Takashi Miike, “ik hou van onaffe films, van films met fouten”. Met Cohen heeft hij veel gemeen. Het vermogen snel te werken (“dankzij 10 jaar ervaring als regieassistent”), het respect voor acteurs, de ruwe stijl (“al mijn films kunnen ongepolijst worden genoemd”), de aandacht voor improviseren (“Japanse scripts zijn zeer vaag, veel hangt af van je eigen interpretatie”) en de opvatting dat “een regisseur een fysieke artiest is”. Bovendien zijn beiden misbegrepen: “Bij buitenlandse fans ontstond door films zoals Audition en Ichi The Killer het misverstand dat ik horrorachtige films maak. Imprint is geen splatter, het gaat niet om monsters maar om iets wat ooit menselijk was. De ziel, diepgewortelde wrok, bitterheid, die dingen vormen de basis. Het onderwerp van de horror is niet de maniak maar jijzelf. Hoeveel je ook van iemand houdt, je kunt ze ook haten of jaloers op ze zijn. Op een dag exploderen die opgekropte gevoelens”.
Imprint gaat over een mysterieuze 19de-eeuwse Japanse prostitué met verminkt gelaat die zich “beter voelt bij doden dan bij levenden” en verhalen vertelt aan een Amerikaans journalist op zoek naar een verdwenen geliefde. Dit sprookje is “een mix van realisme en surrealisme” (dixit Mick Garris) gedrenkt in een lugubere sfeer. De martelscène (een mooie vrouw wordt bewerkt met vuur en naalden) die de MOH-producenten zo choqueerde dat ze Imprint niet op tv wilden vertonen, doorbreekt via realisme en intensiteit de onwerkelijke sfeer van een verwrongen wereld. “Hoe heviger de liefde is die je in een scène stopt,” verklaart Takeshi Miike, “hoe pijnlijker de gemaakte beelden aanvoelen. Het is maar één regel in het script maar we deden er dagen over om die ene regel op te nemen. Er is iets geboren op de set”. Iets mooi en eng, grappig en gruwelijk, larger than life en authentiek Een pareltje van “de regisseur van liefde en vrijheid”.
IVO DE KOCK
(Artikel verschenen in FILMMAGIE, n° 567, oktober 2006)
MASTERS OF HORROR VOL. IV: PICK ME UP van Larry Cohen; USA 2006; 59′; met Michael Moriaty, Fairuza Balk; FILM: *** / EXTRA’S: *** (documentaires Working with a master’ & ‘Behind the scenes’; interview Cohen; interviews acteurs; easter egg); IMPRINT van Takashi Miike; J-USA 2006; 63′; met Youki Kudoh, Billy Drago; FILM: – / EXTRA’S: (documentaires ‘I am the film director of love and freedom’, “Imprinting’ & ‘Imperfect Beauty); beeldformaat 16:9; dis. Three Lines Pictures