Peyton Reeds Ant-Man and the Wasp: Microscopische macho’s en vrouwelijke superhelden
Net wanneer de Marvel superhelden leken meegesleurd te worden in een spiraal van kinetische actie en uitpuilende teams duiken er films op die met hun kleinschaligheid, karaktergedreven plots, humor en surrealistische inslag verfrissend ogen. Films die meta-cinema én een knotsgekke trip zijn: Spider-Man: Into the Spider-Verse en Ant-Man and the Wasp.
Voor de nieuwe avonturen van de microscopische superheld Ant-Man waren de voortekenen niet gunstig. De in romantische komedies gespecialiseerde regisseur Peyton Reed (Bring it On, Down with Love) had met Ant-Man (2015) immers een eerder teleurstellende film gemaakt. Eentje die vooral bezig was met het centrale concept (helden die superhelden worden doordat ze verkleind worden en zo moeilijk te verslaan blijken) en daarbij de interessante (want dramatisch beladen) verhaallijn rond wetenschapper Hank Pym (Michael Douglas) verwaarloosde.
Bovendien was Scott Lang ofte Ant-Man (Paul Rudd) niet de meest charismatische, succesvolle en boeiende superheld. Die tekortkoming wordt in Ant-Man and the Wasp slim gebruikt. Hank heeft het wat gehad met de man die zich met zijn uitvinding, een pak dat mensen kan verkleinen, behoorlijk in de problemen heeft gewerkt (een episode in Captain America: Civil War) en onder streng huisarrest is geplaatst door de overheid. Terwijl ook Hanks dochter Hope, aka The Wasp (Evangeline Lilly), niet langer wil fungeren als geliefde van de stuntelige superheld.
Toch moeten vader en dochter beroep doen op Scott wanneer ze echtgenote en moeder Janet Van Dyne (Michelle Pfeiffer) willen bevrijden uit het parallelle, sub-atomische, Quantum Realm. Scott heeft immers visioenen waarin Janet figureert en die droombeelden lijken de sleutel tot een bevrijdende trip. Ware het niet dat zowel hebzuchtige zakenlui als booswicht Ghost (Hannah John-Kamen) Hanks technologie graag voor eigen doeleinden willen aanwenden.
Humor is vaak de achilleshiel van films die spelen in het Marvel Cinematic Universe (MCU). Al te vaak halen filmmakers hun werk onderuit door ‘grappig’ te willen zijn en de draak te steken met de suspension of disbelief die de strips nodig hebben. Resultaat is kunstmatige meta-cinema en films die zowel de personages als de fans belachelijk maken (Deadpool, Guardians of the Galaxy). Dat is niet zo bij Ant-Man and the Wasp. Reed kiest niet voor ridiculisering maar evenmin voor ernst. Hij omhelst de absurditeit van het gegeven door van het avontuur nadrukkelijk een trip te maken. “Well, the 60s were fun, but now I’m paying for it!” zegt bedenker Stan Lee (1922–2018) wanneer hij zijn wagen verkleind ziet worden (en denkt dat die plots verdwijnt).
De bizarre trip is een nadrukkelijk familiegedreven verhaal. Centraal staat de zoektocht naar een moeder en de hereniging van een gezin. De openingsscène zet meteen de toon door vader en dochter samen op schattenjacht te laten gaan, met daarbij de vraag van dochterlief of ze de partner in crime van vader mag zijn. Emotioneel op het randje van het sentimentele maar Reed houdt het tempo hoog genoeg om te voorkomen dat we in een tearjerker belanden. Terwijl opduikende schuldgevoelens (“I still think about the night your mother and I had to leave you” zegt Hank) voor een sombere onderstroom zorgen.
Een andere prima keuze van Reed is de actie te situeren in de straten van San Francisco en daarbij rond vergroten en verkleinen draaiende visuele grappen in de mix te werpen. “Peter Bogdanovichs What’s Up, Doc? was een belangrijke invloed,” zegt Peyton Reed in Slash Film, “in die film zit een ridicule autoachtervolgingsscène door de straten van San Francisco waarbij de komische chemie tussen Barbara Streisand en Ryan O’Neal ons doet meeleven met de actie.”
Het levert volgens Reed een specifiek accent op: “De Ant-Man films verschillen van de andere bijdragen aan het Marvel Cinematic Universe juist doordat actie verankerd is in humor. Ik heb bewust Buster Keatons Seven Chances opnieuw gezien, daar zit de sterkste chase scène ooit in. Bovendien speelt er een ’tikkende klok’, een deadline die gehaald moet worden. Daarom kozen we ervoor om een deadline te verbinden aan het realiseren van een connectie met de Quantum Realm en het lokaliseren van Janet. Dat is goed voor het drama en uitstekend voor de komedie.”
Peyton Reed is een zware comics fan die opgroeide met verhalen van het superhelden duo Hank en Janet, de ouders van Hope. Hun band en wisselwerking wou hij in de film injecteren: “Ant-Man en de Wasp vormen een duo en dat zagen we nog niet in een Marvel film. Het trekt ook de lijn van de eerste film, waar Scott getraind werd door Hope, door. Maar het is vooral cool dat de dynamiek en deze sterke vrouw zo in het Marvel Cinematic Universe verankerd geraakt.”
In Ant-Man stak Reed heel strategisch een scène waarin Hope van haar vader het prototype kreeg van het pak dat haar moeder droeg. “Een heldin worden zat in haar DNA,” stelt Reed, “haar beide ouders waren superhelden. Toen we aan het einde van de film Hope’s pak introduceerden dachten we ‘dit gaat haar coming-out-party worden’. Haar introduceren in Captain America: Civil War leek geen goed idee omdat er te veel personages waren en ze in het niet zou verzinken. Het was beter om te beginnen op een moment dat ze, zoals in Ant-Man and the Wasp, reeds twee jaar bezig was om haar transformatie in superheldin te testen. Waardoor dat pak en die rol haar perfect passen. Eigenlijk heeft ze Scott of zijn Ant-Man niet nodig.”
Die Scott is in Ant-Man and the Wasp een stuntelige, falende macho-superheld (“I do some dumb things, and the people I love the most – they pay the price” bekent hij) die geregeld door Hope (en Hanks technologie) gered moet worden. Hope is net als haar moeder Janet de echte superheld en de ware drijvende kracht achter het duo. “Hope is als The Wasp geen nevenpersonage” zegt Reed, “ze is een protagoniste in deze film, het is echt haar verhaal. Evangeline Lilly vormde het personage door de look en het gedrag te bepalen. Dat was cruciaal om haar transformatie tot heldin goed uit te werken.”
De actrice zorgde ervoor dat haar personage “niet glamoureus werd. Dat is niet wie Hope Van Dyne is. Wanneer ik vecht in de film wil ik zweten en wanneer ik mijn pak aandoe draag ik mijn haar in een praktische paardenstaart. Mijn kapsel moet vlot in de helm passen anders is het niet geloofwaardig.” Die authenticiteit speelt ook op emotioneel vlak. De personages en de actie worden gedreven door gevoelens en zijn complex. Zelfs booswicht The Ghost is vooral een tragische figuur, iemand die net als Janet gewoon wil leven en vecht om te overleven. Superschurken en superhelden zijn hier geen Goden of iconen maar in de grond ‘gewone’ mensen die verwikkeld geraken in een ‘buitengewoon’ avontuur. Het levert hen en ons een bijzondere trip op.
IVO DE KOCK
ANT-MAN AND THE WASP: regie: Peyton Reed, USA 2018, 118′; met Paul Rudd, Evangeline Lilly, Michael Douglas, Michael Peña, Hannah John-Kamen; extra’s: commentaar, documentaires; FILM: *** / EXTRA’S: ****; distributie: Marvel Films.