De vrouwelijke blik van Sofia Coppola
”Haar films zijn zo mooi, alsof je naar een schilderij kijkt” liet The Beguiled-actrice Kirstin Dunst zich ontvallen. Sofia Coppola (° 1971) is de queen of cool van Hollywood. De dochter van New Hollywood monument Francis Ford Coppola is een buitenbeentje in een industrie die zelden vrouwelijke filmmakers bekendheid én een auteursstatuut verleent. Maar het feit dat ze via acteerwerk en de modewereld tot filmregie kwam en haar huwelijk met de Franse rockster Thomas Mars bezorgde Coppola samen met de visuele stilering van haar ondertussen zes films een zekere coolness. Met dank aan haar hip en rauw debuut The Virgin Suicides en de melancholische, dromerige look van films zoals Lost in Translation, Marie Antoinette, Somewhere en The Bling Ring. Met The Beguiled tracht ze andermaal een verhaal vanuit vrouwelijke perspectief te vertellen maar die female gaze was voor veel critici toch wat te kortzichtig. Cool bleek plots ook un-cool.
Sofia Coppola is de dochter van The Godfather en Apocalypse Now Francis Ford Coppola en dat had zo zijn voordelen. Sofia groeide op in een cinefiele omgeving (een screening van Godards A bout de souffle in de thuisbioscoop bezorgde haar definitief de filmmicrobe), deed via kleine rollen in de films van haar vader (o.m. The Outsiders, Rumble Fish, The Godfather III) filmervaring op en Francis Coppola’s Zoetrope produceerde de meeste van haar films.
Toch kreeg ze ook af te rekenen met vooroordelen, met het fameuze glazen plafond voor vrouwelijke filmmakers en met de beperkte creatieve controle bij ‘duurdere’ producties (haar The Little Mermaid Disney-project strandde op ‘creatieve meningsverschillen). Terwijl de status van ‘dochter van’ haar ook een portie denigrerende reacties opleverde. “Ik ben trots dat ik de dochter van Francis Ford Coppola ben,” stelt Sofia Coppola, “van hem leerde ik lef te hebben, en integriteit. Maar ik heb nu zelf een oeuvre en dat heeft zijn eigen identiteit. Hij is een groot meester, een auteur, maar ik ben blij en trots dat ik mijn pad en stijl heb gevonden.”
The Virgin Suicides
Ondanks het feit dat ze ‘film’ met de papfles meekreeg, stevende Sofia Coppola niet automatisch af op een filmcarrière. “Ik liep kunstschool en probeerde verschillende zaken uit,” stelt ze, “veel dingen interesseerden me, vooral visuele kunsten. Ik wist niet goed wat ik wou doen tot ik een kortfilm (Bed, bath and beyond) maakte en het gevoel kreeg dat verschillende interesses er samen kwamen: design, fotografie en muziek. Maar het was vooral het lezen van Jeffrey Eugenides’ boek ‘The Virgin Suicides’ dat het verlangen deed ontstaan een film te maken.”
Ze schreef een scenario gebaseerd op dit werk maar ontdekte dan dat de rechten al bij een productiemaatschappij zaten. Gelukkig vonden die Coppola’s script veel beter dan het scenario dat ze hadden laten ontwikkelen. Meer nog, ze mocht ook de regie voeren en kon beroep doen op ervaren acteurs zoals James Woods, Kathleen Turner, Michael Paré en Danny DeVito. The Virgin Suicides (1999) werd echter vooral gedragen door ijzersterke jonge actrices zoals Kirsten Dunst, Leslie Hayman en Hanna Hall.
Terwijl veel jonge filmmakers zich uitsloven om films te maken die ze denken dat het publiek wil zien, bekeek debutante Sofia Coppola het heel anders: “Ik probeer enkel films te maken die ik wil maken of die ik zou willen zien. Ik tracht niet teveel aan het publiek te denken.” Wat haar bij The Virgin Suicides boeide was niet de ‘waarom’ vraag. Ze wou geen verklaring zoeken voor de zelfmoord van de vijf Lisbon zusters (adolescenten die opgroeiden in een gegoede maar restrictieve familie) maar wel peilen naar de perceptie en de interpretatie van de buitenwereld. Niet toevallig is Coppola fan van Peter Weirs Picnic at Hanging Rock, een sfeervolle film die de mysterieuze verdwijning van jonge meisjes evenmin wil ‘oplossen’.
Het ingenieuze aan The Virgin Suicides is dat de film een mannelijke verteller gebruikt om een vrouwelijk, jeugdig perspectief te belichten. Illustratief is een scène waar een psychiater een meisje dat net haar polsen had trachten over te snijden heel neerbuigend onder de neus wrijft “je bent zelfs niet oud te genoeg om te beseffen hoe moeilijk het leven wordt.” Wat leidt tot de repliek “dokter, je bent duidelijk nooit een 13-jaar oud meisje geweest.” Wat Coppola interesseert is niet het specifieke (levens)verhaal van de meisjes maar de meer universele aspecten van jong zijn. De dromen, verlangens, frustraties en angsten van jongeren die het spook van de volwassenheid in de verte zien opduiken.
Zelf introduceert Coppola een ander ‘monster’, met name het gezin. De meisjes voelen zich de gevangenen van hun ouders (die hun eigen falen projecteren op hun kinderen) en die gijzeling maakt dat de blik van de jongens uit de buurt voor hen vreemd en onverklaarbaar wordt. Coppola focust niet op gezin en familie als instituut maar op de gezinswoning als materiële afspiegeling van een mentale gevangenis. Omdat uiterlijkheden haar fascineren zal Coppola’s aandacht ook in latere films naar materialisme, consumptiecultuur en imago blijven gaan. Zonder te vervallen in melancholie onderstreept ze daarbij ook hoe de moderne Amerikaanse samenleving ver afgedreven is van die waarin stammen en dorpen het leven regelden voordat muren, opritten en poorten mensen afsloten van elkaar. The Virgin Suicides zette Sofia Coppola op weg naar de hedendaagse vervreemdingsdrama’s Lost in Translation, Somewhere en The Bling Ring maar ook naar de gesloten universum van periodedrama’s Marie Antoinette en The Beguiled.
Lost in Translation
Wanneer filmster-op-leeftijd Bob Harris (Bill Murray) in Lost in Translation wakker wordt in een limousine kijkt hij met vermoeide ogen naar het door licht en kleur gedomineerde droomdecor dat voorbijschuift. Zijn blik verraadt verbazing en nieuwsgierigheid maar ook vervreemding. Deze door jetlag getroffen Amerikaan vraagt zich niet alleen af waar hij zich bevindt (Tokio), hij stelt zich ook vragen over de zin van zijn leven en over zijn emotionele ontworteling.
Gestrand in een luxe-hotel en lijdend onder slapeloosheid botst Bob tijdens zijn zwalptochten langs bars en zwembaden op de door haar werkverslaafde man aan haar lot overgelaten Charlotte (Scarlett Johansson). De man met de midlife-crisis blijkt gevoelig voor de ontwapenende charme van de jonge Amerikaanse die net zoals hij worstelt met slaaptekort, de onverschilligheid van een partner, existentiële wanhoop en ontworteling. De ontmoeting van deze lost souls wordt geen liefdesverhaal of seksueel avontuur maar een dromerige bespiegeling over eenzaamheid en vriendschap die mysterieus eindigt. Wat Bob Charlotte toefluistert bij hun afscheid krijgen we niet te horen. Lost in Translation is een film over ongecommuniceerde frustraties en ontmoetingen die een leven bepalen.
Door het succes van haar kledingbedrijf Milk Fed hoeft Coppola geen geld te verdienen als filmmaker. Daardoor kan ze onafhankelijk blijven en persoonlijke keuzes maken, zoals opteren voor pellicule i.p.v. digitale video. «Ik wou de film een romantische textuur geven, alsof het ging om een herinnering», aldus Coppola, «voor mij heeft pellicule iets nostalgisch; via film en foto’s bewaar ik mijn herinneringen. Pellicule creëert immers een zekere afstand, video is meer het medium van het heden».
Coppola serveert geen eenduidige verklaringen of oplossingen. The Virgin Suïcides eindigt niet met een kant-en-klare reden voor de zelfmoorden en de problemen van het in crisis verkerende duo zijn aan het slot van Lost in Translation niet opgelost. Logisch, want beide films gaan over communicatiestoornissen en onbegrip. In Lost in Translation duiken er heel wat obstakels tussen mensen op. Een tolk vertaalt de woorden van de reclamefilmer slecht, communicatiemiddelen vormen slechts een hinderpaal en culturele verschillen vergroten de kloof. Toch zijn Bob en Charlotte niet «lost» om van waar ze zijn maar wel om van wie ze zijn. Daarom dringen we niet door de façade van Tokio. Voor onze narcistische helden is de stad niet meer dan een breedbeeld neon illusie. Sofia Coppola gebruikt culturele contrasten niet als een thema maar als metafoor voor de spirituele ontwikkeling van haar personages.
Marie Antoinette
Wie een klassieke biopic verwacht over de 18 eeuwse koningin die onthoofd werd tijdens de Franse revolutie komt bedrogen uit bij Coppola’s derde film. Marie Antoinette is een universeel en haast tijdloos drama over de eenzaamheid van een onbegrepen vrouw in een manipulerende, mannelijke wereld. Een gesloten wereld (Versailles is een gevangenis) die haar vernedert (wanneer ze Frankrijk binnenkomt wordt ze letterlijk ‘ontleed’) en afsluit van de realiteit en de samenleving.
De cineaste is vooral geïnteresseerd in onze kijk op het verleden en creëert via moderne muziek, hedendaagse taal en eclectische acteerstijlen een Brechtiaans vervreemdingseffect. Terwijl de kijker met de afstand tussen heden en verleden in het hoofd zit, leven Coppola’s personages in het hier en nu. Zich totaal onbewust van het feit dat ze in een bubbel leven. Een bubbel die de cineast verblindend mooi in beeld brengt maar tegelijkertijd ontluistert. Toch waren de reacties verdeeld, nogal wat critici verwarden vorm en inhoud en zagen een lege film. Terwijl Marie Antoinette in de geest wil kruipen van een historische figuur met een leeg bestaan.
Somewhere
Ook het verhaal van Somewhere, waar een steenrijke Hollywood-acteur op zoek gaat naar de zin van het leven, vonden critici al te futiel in tijden van economische crisis en pijnlijk echte problemen. Terwijl dit visueel verbluffende staaltje slow cinema peilt naar de staat van de mens en de destructieve effecten van populaire cultuur. Coppola’s protagonist is andermaal een beroemdheid. Filmster Johnny Marco (Stephen Dorff) speelt actiehelden en leeft in een hotel waar ook andere Hollywood sterren thuis zijn. Hij is vooral bezig met niets doen (Coppola laat hem minutenlang rondjes rijden met zijn zwarte Ferrari) en wanneer zijn elfjarige dochter Cleo (Elle Fanning) plots opduikt verandert er aanvankelijk weinig.
Johnny’s leven blijft leeg en routineus; zijn gedrag even verveeld als Bob (Lost in Translation) en even decadent als dat van Marie Antoinette. Het is Cleo die puurheid en echtheid introduceert bij een man die geen identiteit heeft, die herleid is tot glanzende oppervlakte. Coppola’s kritiek is duidelijk – geprefabriceerd massavermaak zorgt voor ontmenselijking bij acteurs en publiek – maar wordt er nooit ingeramd. Zo hint ze dat in populaire cultuur de kloof tussen filmster/acteur en gewone burger is weggevallen. Waarbij ‘spelen’ de plaats van echte emoties en gedachten innam. De vervreemding is veralgemeend.
The Bling Ring
In The Bling Ring duiken opnieuw ‘verloren meisjes’ op, aan uiterlijke schijn verslaafde teenagers die in het glamour-zieke Los Angeles gaan stelen van the rich and famous om erbij te horen. Niet zozeer bij de groep leeftijdsgenoten (begoede, verveelde jongeren die al eerder kattekwaad uitstaken) maar wel bij de groep eeuwig jonge beroemdheden. Nicki, Chloe, Rebecca en de anderen worden aangetrokken door de oppervlakte van dingen, door iconen zoals laarzen en handtassen die luisteren naar namen zoals Louboutin, Prada, Birkin en Armani en verbonden zijn met het imago van celebrities zoals Paris Hilton, Lindsay Hogan, Megan Fox en Orlando Bloom. Kortom, de leden van de Bling Ring zijn verbonden met The Age of Celebrity, in de ban van een rond bekendheid draaiend star system, internet en Facebook.
The Bling Ring is gebaseerd op waargebeurde feiten. Coppola las het verhaal van de stelende bende tienerfashionista’s in een Vanity Fair artikel en vond “dat de feiten haast klonken als een film. Het is een fascinerend verhaal dat alleen nu kon gebeuren en niet tien jaar geleden. Het zegt veel over onze hedendaagse cultuur”. Alhoewel Coppola’s filmische fabels steevast spelen in een soort never never land waar droom en nachtmerrie versmelten zeggen ze ook steeds iets over de hedendaagse realiteit. In het contemplatieve Somewhere gebeurde dat op ironische wijze maar in het zenuwachtig geritmeerde The Bling Ring is er meer empathie voor de jongeren die hun idolen bestelen omdat ze deel willen uitmaken van hun leven. Coppola benadrukt meer het vreugdevolle dan het pijnlijke. Met tederheid kijkt ze naar deze in een overgangsfase verkerende adolescenten die via rituele diefstallen een identiteit trachten op te bouwen.
The Beguiled
“Mijn vriendin en productieontwerper Anne Ross sprak me over The Beguiled van Clint Eastwood en Don Siegel,” zegt Sofia Coppola in de making of van de Blu-ray, “Anne zei: ‘Die moet je zien. Daar moet je een remake van maken’. Een beetje als grap. Ik begon na te denken over hoe ik het verhaal zou vertellen. Het sprak me aan, omdat het gaat om de macht tussen mannen en vrouwen, maar dan in zo’n extreme situatie. Het leek me interessant om hetzelfde verhaal te vertellen vanuit het oogpunt van de vrouwelijke personages.”
Vooral omdat het boek “geschreven is door een man en verfilmd werd door mannen. Dat omdraaien en alles van de kant van de vrouwen laten zien vond ik een heel interessant idee. Als filmmaker wil je het altijd persoonlijk maken en je personages iets meegeven van mensen die je kent of van jezelf. Je wilt je kunnen inleven, jezelf in het verhaal plaatsen ook al speelt het in een heel andere tijd. Ook de verschillende leeftijden van de vrouwengroep vond ik interessant. Deze vrouwen vormen de kern van het verhaal en ze worden een soort heksenkring. Wat me boeit is dat er een onderlinge dynamiek ontstaat doordat ze samen opgesloten zitten.”
In The Beguiled fixeren zeven paar vrouwelijke ogen het lichaam van de mannelijke protagonist. Korporaal McBurney (Colin Farrell) is een gewonde federale soldaat die in 1864, wanneer de Burgeroorlog op zijn einde loopt, wordt gevonden in een bos en opgenomen in een afgelegen pensionaat voor jonge meisjes in Virginia met vijf leerlingen en twee onderwijzers (uitbaatster Martha Farnsworth en lerares Frans en muziek Edwina Dabney). De vrouwen verzorgen de ‘vijand’ in afwachting van zijn overlevering aan het klappen incasserende Confederale leger.
De Amerikaanse burgeroorlog blijft een rookpluim aan de horizon en Coppola laat ook de hete hangijzers incest, racisme en slavernij aan zich voorbijgaan. Dat twee interessante personages, een slavin en een vrouw van gemengde afkomst, sneuvelden en de cineaste koos voor (de haar vertrouwde) blanke microkosmos zette kwaad bloed. Vooral ook omdat romanauteur Thomas Cullinan met ras en gender net twee elementen in zijn drama verwerkte die bepalend waren in de tijdens de sixties (periode waarin het boek geschreven is) oplaaiende cultuurstrijd.
Maar Coppola koos voor een andere insteek. Ze vertelt het verhaal vanuit haar favoriete invalshoek: ‘vrouwelijke solidariteit onder druk’, waarbij haar vrouwen hun puurheid bewaren. Via een dromerige sfeer en een poëtische stijl introduceert Coppola het mannelijk personage, de indringer, als een lustobject (een gespierd, zwetend lichaam) maar benadert ze de vrouwelijke begeerte op een afstandelijke wijze. Ze creëert fraaie tableaus die een state of mind evoceren. Schoonheid weerspiegelt andermaal een gouden kooi, een gesloten luxueus universum dat onderdrukte vrouwen samenbrengt. En kracht verleent want als Sofia Coppola een ding wil tonen dan is het de veerkracht van vrouwen in een weinig vrouwvriendelijke wereld.
IVO DE KOCK
(Tekst e-learning MOOOV: Sofia Coppola)
FILMOGRAFIE SOFIA COPPOLA:
1999: The Virgin Suicides
2003: Lost in Translation
2006: Marie Antoinette
2010: Somewhere
2013: The Bling Ring
2017: The Beguiled