David Cronenbergs A History of Violence: Identiteit en het virus geweld

jun 29, 2017   //   by Ivo De Kock   //   Cronenberg, drama, film, genre, misdaad, regisseur  //  No Comments

A HISTORY OF VIOLENCE

“Ik spreek niet over een lectuur op het tweede niveau maar de prent is als suspensefilm wél grappig,” zei David Cronenberg toen hij A History of Violence voorstelde in Cannes, “de balans tussen ernst en humor is lastig maar het ene sluit het andere toch niet uit? Het verschilt van een Tarantino- pastiche die verwijst naar oude films. De referenties gaan terug op míjn leven; we trokken naar Philadelphia en kwamen dingen aan de weet over maffiosi. Hun gedrag en omgang zijn apart. Zij zien het leven als een opera. Het laatste deel is niet aangedikt; ze zijn geestig én formeel. Hun ego is groot en ze leven in een vreemde cocon. Het spel van William wordt zo komisch én sinister maar erg realistisch. De spanning tussen tragische, oprechte en kolderieke emoties is af en toe bijna tastbaar”.

We’re trying to get back to normal!” smeekt de Noman Rockwell-modelfamilie Stall in A History of Violence net voor hun ‘American Dream’-leventje helemaal een ‘American Nightmare’ wordt. Voor regisseur David Cronenberg was ‘ongewoon’ altijd al ‘normaal’. Omdat hij zijn nieuwste film in opdracht van New Line maakte, dacht de industrie-pers in Cannes ‘mainstream cinema’ en ‘een nieuwe oriëntatie’ te zien. “Ze zijn blijkbaar The Dead Zone vergeten”, reageerde Cronenberg, “A History of Violence is ook gebaseerd op een werk uit een ander medium, een ‘graphic novel’, en is plot- en karaktergedreven. Het verschilt wel van Spider en Dead Ringers maar veel minder van The Fly en Scanners. Voor mij is het ‘business as usual’”.

A HISTORY OF VIOLENCE

Zoals de dubbelzinnige filmtitel aangeeft zegt dit ‘gewelddadig verhaal’ iets over de ‘geschiedenis van geweld’. Zonder in te spelen op voyeuristisch plezier of een moreel oordeel op te dringen. Via de aftakeling van een leven en de vernietiging van een realiteit houdt David Cronenberg het publiek een spiegel voor. Het is aan de kijker om al dan niet te schrikken van een samenleving die in beeld komt als een collectieve hallucinatie waarin iedereen opgesloten zit. Een illustratie van Gore Vidals uitspraak in Inside Deep Throat: “Wanneer het land een leugen geworden is, bestaat de realiteit niet meer”.

“Ik beschouw mezelf als een existentialistisch cineast”, zegt David Cronenberg, “maar een filmgenre fungeert als bescherming. Het laat toe om verboden en subversieve dingen te doen”. In A History of Violence fuseert hij twee Amerikaanse genres, western en film noir, tot een thriller. Maar omdat onder de onschuldige oppervlakte een sinistere realiteit schuilgaat, is het eindresultaat een moreel drama dat de dualiteit van de menselijke natuur én de strijd tussen goed en kwaad illustreert. De Canadese regisseur draaide nooit in de VS maar merkte dat zijn films “zeer verontrustend zijn voor een Amerikaan. De straten lijken op Amerikaanse straten maar zijn het niet helemaal, de mensen lijken op Amerikanen maar zijn het eveneens niet helemaal”.

A HISTORY OF VIOLENCE

Ook nu weer mengt hij het vertrouwde met het onbekende, normaliteit met vervreemding, realisme met surrealisme. Dat John Wagners ‘graphic novel’ scenarist Josh Olson inspireerde liet Cronenberg koud: “Wat me interesseerde was dat het ging over zaken die voor mij belangrijk zijn, zoals identiteit en realiteit, zaken die ook in Spider aan bod komen. Ik hield van de eenvoud van dit verhaal met zijn ‘Amerikaans epos’ karakter. Net een western van John Ford. Het begint als het verhaal van een man die zijn familie beschermt. De mogelijkheden zijn eindeloos om dààr een reflectie over identiteit en verbeelding door te weven”.

Een bespiegeling ook over de oorsprong van geweld, de gevolgen van geweld op een familie en de manier waarop geweld wordt overgedragen van generatie op generatie. Langzaam wordt het rechtlijnige verhaal een gelaagde hallucinatie waarin paranoia aanstekelijk werkt, geweld een besmettelijk virus blijkt en de realiteit een mentale constructie. David Cronenberg is een auteur met respect voor genres en een hekel aan cynisme. Een Bresson-bewonderaar die zich liet inspireren door Alfred Hitchcock (normaliteit vs. chaos), Nicholas Ray (de last van het verleden), Fritz Lang (extreem gedrag onder druk) en Sam Peckinpah (alledaagsheid van geweld).

A HISTORY OF VIOLENCE

Maar hij is vooral ook een ambitieus cineast die zijn horroruniversum binnensmokkelt in een Hollywoodopdracht en zo een van zijn meest bedrieglijke, maar ook een van zijn mooiste en persoonlijkste films maakt. Een thriller vol dramatische onderstromen die zowel de identiteit als de realiteit van mensen in vraag stelt. De familie Stall – vader Tom, moeder Edie en kinderen Jack en Sarah – oogt alledaags. Voor de desperado’s die door de Midwest zwerven en in Stalls ‘diner’ belanden, is geweld héél banaal.

Wanneer beide werelden botsen is de afloop ongewoon. Tom reageert op de gewelddreiging met een geweldexplosie. Opmerkelijk snel en efficiënt rekent hij af met de booswichten. Voor de media is Tom “an American hero and man of few words”; lokale burgers onthalen hem op applaus wanneer hij uit het hospitaal strompelt. Maar ook nieuwe gangsters duiken op. Ze herkennen in hem geweldenaar Joey Cusack. Tom verzet zich tegen de persoonsverwisseling, Jack imiteert het gedrag van zijn vader door op school twee pesters in elkaar te timmeren en Edie voelt een mengeling van walging en fascinatie voor het alter ego van haar man.

A HISTORY OF VIOLENCE

Hoewel de thrillerplot consequent het spoor van de Tom/Joeyverwarring volgt, onderstreept de film tegelijk dat het welles-nietes spelletje er in feite niet toe doet. Want van het moment dat Tom in de rol van vigilante kruipt, twee mensen doodt en er stiekem van geniet (hij staart naar zijn arm met pistool, een fallussymbool dat herinnert aan Videodrome) wordt hij Joey Cusack (zelfs wanneer hij nooit Joey zou zijn geweest). Als slachtoffer van het eigen lot ruilt hij z’n beschaafd bestaan in voor zelfbehoud. Hij botst op pure haat. Het geweld van de gangsters is allerminst zakelijk, de vijandigheid van broer Richie blijkt irrationeel (“ik trachtte je te wurgen in je wieg”). “Je kan iets voor me doen, je kan sterven” leidt de broedermoord in.

De finale confrontatie is meteen het definitieve einde van de onschuld. Cronenberg brengt het vleesgeworden kwaad in beeld via de monsterlijke maskers van de gangsters. Een eerste hint kregen we al met een bloederige insert tijdens de eerste shoot out. Een tot pulp geschoten gezicht doorbreekt het ‘clean’ geritmeerd gevecht in Toms diner. Het is een visuele indicatie dat haat en geweld de normaliteit ontregelen. Na de eerste uitbarsting blijven ze onderhuids aanwezig, als sluimerende chaos die op elk moment de orde kan verstoren. Ook al zwerft de politie bezwerend rond. Geweld blijkt een virus gevoed door haat, angst en fascinatie.

DAVID CRONENBERG

De zachtaardige jonge filosoof Jack (“eventually we get jobs, have affairs and become alcoholics”) transformeert zich tot wraakengel. Edie loopt letterlijk en figuurlijk een rugwonde op na een brutale vrijpartij die veel wegheeft van een verkrachting. Tom ontdekt dat ‘wettige zelfverdediging’ nog beangstigender is dan zinloos geweld. Want hoe legitiem kan geweld ooit zijn? En in welke mate drukt het primitieve driften uit? Cronenberg toont hoe een parallelle barbaarse wereld inbreekt in de beschaafde samenleving, hoe geweld zijn wortels heeft in schijnbaar onschuldig ‘americana’ (Midwest-stad Millbrook met zijn diner, baseball en school).

Niet toevallig wordt het kleurenpalet van de film donkerder naargelang de sfeer grimmiger wordt. De dichotomie licht/duister weerspiegelt de verscheurde geestesgesteldheid van de personages. Maar er is meer: langzaam wordt duidelijk dat de beproeving vooral een mentale trip is. Een droom die de vorm van een film aanneemt. A History of Violence opent met een ultrakorte road movie (“Dus, we trekken oostwaarts!?”) die omslaat in pure gruwel (een jong meisje wordt het zwijgen opgelegd) en overgaat in het ontwaken uit een nachtmerrie. Sarah droomde van ‘schaduwmonsters’ maar haar vader bezweert dat die niet bestaan.

A HISTORY OF VIOLENCE

Tom gaat slapen en wat volgt is in de wereld van Cronenberg zowel realiteit als droom. De kok van de diner onderschrijft dat meteen door te vertellen dat hij een vriendin had die droomde dat hij een moordenaar was. Zij viel hem daarom aan; hij “huwde haar”. Wanneer Tom een aanval op zijn huis vreest, belt hij zijn vrouw wakker. Een scène die begint met een dagdromende Tom in zijn diner. Plotseling zien we zijn blik veranderen en ontdekken we vanuit zijn oogpunt de onheilspellende zwarte auto.

Ogen die veel verraden zijn trouwens een rode draad doorheen de film. Tom vertelt Edie dat hij in haar ogen zag toen ze verliefd op hem werd. Die ogen doen Edie beseffen dat ze haar man niet kende: “Het gaat niet om wat ik hoorde, wèl om wat ik zag. Ik zag je voor mijn ogen in Joey veranderen”. Gangster Carl Fogarty stelt dan weer “ik kan door hem zien”. Hoe meer Tom denkt te zien, hoe dieper hij in de nachtmerrie zinkt. “Ik denk dat ik gek wordt” verzucht hij.Zijn Philadelphia-trip is een volgens de droomlogica gestructureerde afdaling in de waanzin. Wat voorafging is een afwisseling van vredige huiselijke taferelen (met een apathische doorsneeman en zijn geweldontvluchtende zoon) en brutale hallucinaties (met de heroïsche alter ego’s van vader en zoon).

A HISTORY OF VIOLENCE

Cronenberg beoogt géén ‘film in de film’ effect. Hij legt een link tussen mannelijkheidcultus (gecastreerde mannen herwinnen hun viriliteit) en geweld. De cineast benadrukt ook hoe fantasie de werkelijkheid vorm geeft en omgekeerd. Hij keert het Hitchcock- principe om: ontdubbeling wordt symbiose. Tom en Joey versmelten. Net zoals Cameron Vale en Darryl Revok in Scanners, Seth Brundle en de vlieg in The Fly, Elliot en Beverly Mantle in Dead Ringers, Joan Lee & Joan Frost in Naked Lunch en Mevr. Cleg & Yvonne in Spider.

Het signaal van A History of Violence is duidelijk; vreedzame Amerikaanse familiewaarden sluiten gewelddadige overlevingsdrift in zich. Geweld plegen en ondergaan blijkt even traumatisch terwijl een schizofrene held zijn identiteit heropbouwt door zijn demonische alter ego’s te doden. Elke omvorming laat bij Cronenberg lichamelijke sporen na. Vaak stigmata die, wanneer Tom uiteindelijk zichzelf en zijn gelouterd gezin terugvindt, niet met woorden worden geduid. Wel met tranen en blikken. Sarah schuift een bord bij voor het teruggekeerde droommonster.

A HISTORY OF VIOLENCE

De ‘closet gangster dad’ mag dan wel zijn wapen in het water werpen, hij moet voortleven met de eigen gewelddadigheid. Geweld stopt immers nooit, het is een pervers virus dat relaties ondermijnt en de identiteit aanvreet. Ook al lijkt Toms actie een ‘pre-emptive strike’, David Cronenberg brengt met A History of Violence géén 9/11 allegorie. Wèl een ‘goed vs. kwaad’ drama waarin de werkelijkheid een collectieve hallucinatie is en geweld een vleesgeworden realiteit.

IVO DE KOCK

(Artikel verschenen in Film & Televisie n° 557, november 2005)

 

A HISTORY OF VIOLENCE: reg. David Cronenberg / sce. Josh Olson naar de ‘graphic novel’ van John Wagner & Vince Locke / fot. Peter Suschitzky / mon. Ronald Sanders / muz. Howard Shore / prod. des. Carol Spier / act. Viggo Mortensen (Tom Stall/Joey Cusack), Ed Harris (Carl Fogarty), Maria Bello (Edie Stall), William Hurt (Richie Cusack), Ahston Holmes (Jack Stall), Stephen McHattie (Leland Jones) / pro. Chris Bender & JC Spink / USA-D / 2005 / 96’

A HISTORY OF VIOLENCE

Leave a comment