Richard Schickel: De criticus en de grote tent van de filmgeschiedenis

feb 21, 2017   //   by Ivo De Kock   //   actueel, filmkritiek, necrologie, nieuws, portret  //  No Comments

HUIZE CHAPLIN IN VEVEY, LAC LEMAN ZWITSERLAND

Epictetus, I think, said not to be concerned with death, because life is the presence of feeling and emotion and awareness, and death is the absence of all of that, which means you won’t have any awareness. So why worry about it ?”233 tekens die woordkunstenaar Richard Schickel produceerde in ‘Conversations with Scorsese’, het boek dat hij publiceerde in 2011, kort voor zijn testamentwerk Keepers: The Greatest Films – and Personal Favorites – of a Moviegoing Lifetime (2015). Een gepaste intro voor een 1800 tekens tellende necrologie die afsluit met Scorsese. Toegegeven, het had wat meer mogen zijn. En voor Richard Schickel had het wat langer mogen duren.

Memory is the personal journalism of the soul” benadrukte Richard Schickel (1933-2017). Bij de dood van deze bevlogen filmcriticus borrelen de herinneringen op. Eén voert ons naar de villa van Charles Chaplin in het Zwitserse Corsier-sur-Vevey waar in 2003 de Chaplin dvd-box wordt voorgesteld. Na vertoning van de documentaire The Life and Art of Charlie Chaplin, in een salon met uitzicht op de hellende tuin waar je in home movies Chaplin met zijn kids ziet spelen, volgt een one-on-one met regisseur Richard Schickel. Die bekent dat hij eerder fan van Abbott & Costello was en dat de collectie een middel is “om jongeren in de grote tent van de filmgeschiedenis te krijgen.” Wat zouden wij daar nog willen zien? Wanneer we “de lange versie van The Big Red One waar Sam Fuller ons over sprak” antwoorden glimlacht Schickel, “ik werk eraan.” Toeval is voedsel voor melancholie.

RICHARD SCHICKEL

Twee jaar later titelen we “eerherstel voor Fullers oorlogsepos” wanneer Schickel de drijvende kracht blijkt achter wat volgens zijn audiocommentaar “géén director’s cut is maar een restauratie en reconstructie waarbij we ons trachtten in te beelden wat Fuller voor ogen had.” Schickel begon als filmcriticus in 1965 bij Time en zou in een halve eeuw duizenden filmkritieken en tientallen boeken schrijven, een twintigtal documentaires maken en evenveel dvd commentaren volpraten. Als criticus is hij altijd scherp maar nooit lid van de smaakpolitie. Schickel rekent af met moraliserende critici die ‘gewelddadige films’ zoals Bonnie and Clyde in de ban slaan én met critici die enkel de duim omhoog of omlaag houden. Zo analyseerde en duidde hij Dirty Harry “opdat mensen zouden begrijpen dat die film meer is dan één scène. Het misdaaddrama heeft stijl, toon, onderstroom en inhoud.” Martin Scorsese zal zich Schickels “deep and abiding love of movies” herinneren. Wij ook.

IVO DE KOCK

(Artikel verschenen in FILMMAGIE, n° 673, maart 2017)

THE BIG RED ONE

Leave a comment