Norman Jewisons Rollerball: Brood en spelen

apr 19, 2016   //   by Ivo De Kock   //   actie, dystopie, film, genre, sciencefiction  //  No Comments
Rollerball-1975

ROLLERBALL

Het door satirist Juvenal in de 1ste eeuw ontwikkelde concept ‘brood en spelen’, waarbij het volk door de machthebbers zoet wordt gehouden met voedsel en gladiatorengevechten, leverde al interessant filmvoer op (van Battle Royale tot The Hunger Games). Zeker in de V.S. tijdens de jaren 70, toen een sfeer van kritiek en paranoia politieke thrillers (The Parallax View, Three Days of the Condor) én futuristische actiefilms zoals Death Race 2000 (Paul Bartel) en Rollerball opleverde. Al werd die laatste film gemaakt door Norman Jewison, een Canadees die heel ‘Amerikaanse’ films maakte zoals In the heat of the night, A Soldier’s Story, . . . And Justice for All, Moonstruck, Agnes of God en The Hurricane).

Death Race 2000 en Rollerball werden bij hun release bekritiseerd omwille van hun gewelddadig karakter maar die nu als vooruitziend gelden. Vooral Rollerball wordt, zeker na John McTiernans cynische remake uit 2002, gezien als een meesterwerk. Norman Jewisons film speelt in een nabije toekomst (2018 volgens het pressbook) waar landen verdwenen zijn en multinationals de macht hebben overgenomen.

In een wereld zonder conflicten vloeit er enkel bloed in de arena’s waar ‘rollerball’, een brutale contactsport met twee ploegen rolschaatsers die met een metalen bal trachten te scoren, wordt gespeeld. Jonathan E. (James Caan) is als absolute uitblinker wereldwijd populair. Tot ongenoegen van de machthebbers. Want, zoals een leider het uitdrukt: “Rollerball was meant to demonstrate the futility of resistance, no man was ever intended to become bigger than the game”. In zijn verlangen om te overleven wordt de sportman een verzetsheld. Een last man standing die via de arena ook de wereld in vuur en vlam zet.

Het project leek niets voor regisseur Norman Jewison (In the Heat of the Night, The Thomas Crown Affair): “Ik had net twee musicals (Fiddler on the Roof, Jesus Christ Superstar) achter de rug, ik was geen actieregisseur en de toekomst interesseerde me enkel om er gedrag op te projecteren”.

Wat hem boeide was “het politieke aspect, een combinatie van geschiedenis die zichzelf herhaalt, het uit Romeinse tijden stammende idee van geweld als entertainment voor de massa omgezet in een futuristische deathsport, en het mogelijke failliet van politieke systemen zoals communisme en democratie waardoor corporations onze levens gaan controleren”. Bovendien wist Jewison “als Canadees dat wanneer er bij ijshockey bloed op het ijs te zien is, het publiek rechtstaat. Bloed vuurt mensen aan”.

Toen Jewison William Harrisons boek ‘Roller Ball Murders’ las was hij meteen verkocht. Tot zijn verbazing struikelde United Artist niet over het geweld, “de studio was vooral gefascineerd door de technische zaken; de helmen, de handschoenen met dopjes waarmee mensen gewond werden”.

Rollerball werd een typische jaren 70 film. Met economische stagnatie en de politieke ontgoocheling na de sixties was het een donker, pessimistisch tijdperk. Dat weerspiegelde zich in dystopische sciencefiction (THX 1138, A Clockwork Orange, Soylent Green). Ook Rollerball zegt meer over de eigen tijd dan over de toekomst. Jewison creëert een bevreemdende sfeer (via architectuur, fotografie en acteerstijl) die zoals in Truffauts Fahrenheit 451 spirituele leegte en verlammende indoctrinatie evoceert.

Landen zijn verdwenen, mensen ruilden hun vrijheid in voor comfort, televisie zorgt voor vervlakking en verstrooiing, rollerball functioneert als uitlaatklep. “Wanneer een onderneming alles controleert kan zij ook de manier waarop je feiten verwerkt controleren,” aldus Jewison, “de corporate society is niet democratisch georganiseerd, er is een hiërarchie. Maar iedereen lijkt heel gelukkig en slikt vrolijk pillen. Die rust was opgedrongen, revoluties worden gestart door mensen met een passie.

De controle van kennis, dat is macht!” Fysieke boeken verdwijnen, niet door vlammen zoals in Fahrenheit 451 maar omdat ze gecentraliseerd worden in één computer die enkel gecensureerde versies uitspuwt. Rollerball is een spectaculaire actiefilm (met hallucinante wedstrijden) maar ook een somber samenzweringsdrama (met paranoia en instinctief verzet) dat de globalisering aankondigt. Een verrassende tragedie die plezier verbindt met onderdrukking en zelfontdekking met rebellie.

IVO DE KOCK

(Artikel verschenen in FILMMAGIE, n° 662, februari 2016)

ROLLERBALL: Norman Jewison, USA 1975; 125′; met James Caan, John Houseman, Maud Adams, John Beck, Moses Gunn; extra’s: boekje, documentaires, commentaren; FILM: **** / EXTRA’S: ****; dis. Arrow Video.

Leave a comment