Ben Stassen: Animatiefilmpionier preekt vanuit Brussel de 3D revolutie

feb 23, 2016   //   by Ivo De Kock   //   actueel, Algemeen, animatie, Belgische cinema, genre, regisseur  //  No Comments
SEQ18_EPILOG_MONTAGE_2K_R2617

FLY ME TO THE MOON

“Om échte 3D-films te maken, films die ik immersive 3D noem, is een mentaliteitswijziging nodig, zowel bij de filmmakers als bij de bioscoopuitbaters. Tot nu toe hebben we het scherm altijd gebruikt als een venster, zowel in 2D als in 3D. Ik probeer dat venster weg te nemen. Ik creëer een filmische ruimte waarmee ik het verhaal niet naar het publiek breng, maar het publiek midden in het verhaal plaats. Daar zijn een aantal technische modaliteiten voor nodig, uiteraard bij het maken, maar zeker ook bij het vertonen van de film. Om echt het gevoel van immersion te creëren, hebben we eigenlijk nieuwe bioscoopzalen nodig”. Aldus Ben Stassen. Ben wie? Fly me to the moon en Sammy’s Avonturen zullen bij een aantal filmliefhebbers een belletje doen rinkelen, maar Stassen is niet de meest bekende en mediagenieke filmmaker. Dat is jammer want de kleine Belg is een heuse animatiefilmpionier.

De tijd dat in animatiefilms enkel zich menselijk gedragende zoogdieren of pratende insecten meespeelden is lang voorbij. Meer en meer tekenfilms richten zich tot volwassenen met thema’s en verhalen die een flinke dosis ernst toevoegen aan het fantasierijke. Getuige straffe animatiefilms zoals A Scanner Darkly (Richard Linklater), Fantastic Mr. Fox (Wes Anderson) en Waltz with Bashir (Ari Folman).

Maar ook de tijd dat animatie een puur Amerikaans fenomeen was is ondertussen al even voorbij. Scandinavische en Franse animatiefilmers doken op en de Japanners stampten een heuse industrie uit de grond. Getuige pareltjes als Princess (Anders Morgenthaler), Persepolis (Marjane Satrapi), Ghost in the Shell (Mamoru Oshii) en Howl’s Moving Castle (Hayao Miyazaki).

0014-170_0120_R.2303

SAMMY’S AVONTUREN: DE GEHEIME DOORGANG

In deze geglobaliseerde en alle leeftijden aansprekende animatieindustrie liet ook Vlaams talent zich al opmerken met bekroonde kortfilms zoals Een Griekse tragedie (Nicole Van Goethem) en Flatlife (Jonas Geirnaert) maar de stap naar een langspeelfilm blijft bijzonder moeilijk. Een animatiefilmindustrie komt in Vlaanderen maar niet van de grond en veel afgestudeerden moeten zich erg flexibel tonen om hun brood te verdienen met animatie.

Toch schijnt er licht aan het einde van de tunnel. Wat de internationale waardering voor animatiemeester Raoul Servais (Taxandria) niet vermocht, wisten Europese co-producties wel te realiseren: België op de animatiekaart plaatsen. Cruciaal daarbij was het door Belgische animatieteams ondersteunde Les triplettes de Belleville van de Fransman Sylvain Chomet. De kwaliteit van de animatie prikkelde de nieuwsgierigheid naar het Belgisch talent, waardoor het Waalse duo Stéphane Aubier en Vincent Patar het Filmfestival van Cannes kon inpakken met eerst Panique au village en dan Ernest et Célestine.

Twee hoogst originele en bijzonder leuke animatiefilms die echter de kloof tussen het festivalcircuit en de reguliere filmzalen niet dichten waardoor de commerciële basis voor een lokale industrie blijft ontbreken. Op dat vlak speelt de tussen Los Angeles en Brussel pendelende Ben Stassen een eminentere rol. Dankzij zijn commercieel succes creëert de Belgische animatiefilmer met een afgewerkte film per jaar de broodnodige continuïteit.

Stassen

BEN STASSEN

Stassen blijft voor velen echter een nobele onbekende. Wie weet immers dat hij op nummer 1 staat, voor kleppers als Martin Scorsese en James Cameron, in een lijst van ‘beste 3D regisseurs’ opgesteld door de filmsite IMDb? Of dat zijn 3D-animatiefilm Fly Me to the Moon internationaal 34,4 miljoen euro opbracht (waarvan 10 miljoen op de Amerikaanse markt) en zo postvat in het rijtje grootste Belgische kassuccessen ooit? Maar goed, veel trendsetters begonnen in de schaduw en Stassens ambitie is groter dan zijn bekendheid. Hij mikt wereldwijd al werkt hij graag vanuit België.

De in Aubel nabij Luik geboren Stassen kreeg het filmvirus te pakken toen hij tijdens zijn studies communicatiewetenschapen aan de KUL zijn zwakke kennis van het Nederlands trachtte te omzeilen door eindwerken op film te maken. Maar zijn echte filmopleiding kreeg hij in de jaren 80 aan de University of Southern California. Daarna liet hij zich als producent in de Verenigde Staten opmerken met de film My Uncle’s Legacy.

Dat leidde hem opnieuw naar België want het Brusselse computeranimatiebedrijf Little Big One trok hem aan om hun kwalitatief uitstekend werk bekend te maken in de filmindustrie. Stassen geraakte meteen in de ban van de mogelijkheden van CGI-technologie. Door het ontwikkelen van demonstratiefilms, motion simulation ride films zoals Devil’s Mine Ride (1991), overtuigde hij de filmbusiness van de Belgische knowhow én bewees hij dat computergegenereerde beelden ook boeiende cinema kunnen opleveren. Daardoor vond hij in tv-producent D&D Media Group een geschikte partner voor zijn eigen bedrijf, het in 1996 opgerichte en in Brussel gevestigde nWave Pictures.

Met nWave Pictures profileerde hij zich niet als dienstverlener maar als een filmproducent met eigen projecten. Aanvankelijk een reeks ride films maar met Thrill Ride: The Science of Fun (1997) schakelde Stassen over naar IMAX 3D-films. Tussendoor gaf hij zijn visitekaartje af aan het reguliere bioscoopcircuit door drie indrukwekkende CGI sequenties te ontwikkelen voor Special Effects: Anything Can Happen (1996).

Stassen timmerde verder aan de weg via een reeks 3D kortfilms: Encounter in the Third Dimension (1999), Alien Adventure (1999), Haunted Castle (2001), S.O.S. Planet (2002), Misadventures in 3D (2003), Wild Safari 3D (2005) en African Adventure: Safari in Okavango (2007). Dat maakte de weg vrij voor een eerste langspeelfilm. Fly Me to the Moon (2008) was de allereerste vanaf het eerste frame volledig is 3D gemaakte animatiefilm en vertelt het verhaal van drie tiener-vliegen (Nat, IQ en Scooter) die stiekem meeliften met de Apollo 11 missie naar de maan.

FLY ME TO THE MOON 3

FLY ME TO THE MOON

Het verhaal van Fly Me to the Moon werd niet door iedereen gesmaakt. Flauw vonden sommigen terwijl anderen zich ergerden aan de karikaturale voorstelling van de Russen. Stassen was nochtans niet over een nacht ijs gegaan. Na twee jaar zoeken vond hij het scenario van Domonic Paris dat “zowel naar inhoud als naar vorm perfect was. De ruimte leent zich met veel zwevende objecten heel goed voor 3D en ik wou een film maken waarin gestileerde personages evolueren in realistische omgevingen. Het script hield fantasie en werkelijkheid prima in evenwicht”. Stassen geeft toe dat het Apollo 11 verhaal niet dramatisch genoeg is, zelfs na toevoeging van ‘vliegen in gevaar’, maar “het is 3D dat de film een extra dramatische dimensie geeft”.

Dat is meer dan promotalk. Voor Stassen is 3D geen gimmick maar een nieuw soort cinema. Volgens hem reageert een publiek rationeel en emotioneel op 2D films terwijl 3D voor een ander soort betrokkenheid zorgt: “we laten de kijker niet via een raam (het scherm) naar gebeurtenissen kijken maar transporteren hem naar die filmische ruimte”. Anders gezegd: “we brengen het verhaal niet naar de kijker maar plaatsen de kijker in het verhaal”.

Waardoor die toeschouwer het gevoel krijgt fysiek midden in een scène te staan. In zekere zin is dit een combinatie van terugkeer naar de roots van cinema (film is geboren als kermisattractie) en het gebruik van moderne digitale technologie. Stassen benadrukt dat de filmgeschiedenis nog maar een revolutie heeft gekend – de overgang van stomme films naar geluidfilms – en dat 3D alles heeft om geen evolutie te zijn maar een revolutie. Waardoor de manier waarop films worden gemaakt grondig zal veranderen. “3D zorgt voor een nieuwe filmtaal,” stelt Stassen, “verhaal, ritme, cadrage en belichting moeten veranderen om de volledige immersion (onderdompeling) te realiseren die nodig is”.

Naast die nieuwe grammatica zijn ook perfecte digitale projectie en andere filmzalen (“met verhoudingen die ervoor zorgen dat het field of vision van de toeschouwer volledig wordt ingenomen”) voor Stassen noodzakelijk voor de 3D-revolutie. Maar, “content is the key”. Vandaar dat hij bij Sammy’s Avonturen: de geheime doorgang (2010) en Sammy’s Avonturen 2 (2012) inspanningen levert om sterkere verhalen te vertellen.

420_0220_int_2k_stills_16_bits_r.2310

SAMMY’S AVONTUREN 2

Met de kleine schildpad die bij zijn geboorte nipt aan de dood ontsnapt en daarna 50 jaar de wereldzeeën verkent, heeft Stassen alvast een personage met hoog knuffelgehalte te pakken en de ecologische boodschap past perfect in de tijdsgeest. Het vervolgverhaal voegt daar gevaar en spanning aan toe via een ontsnapping uit gevangenschap (een gigantisch onderwateraquarium). Bovendien is er parallelle actie en worden de scènes strakker geritmeerd. Maar vooral, experimenten met een subjectief point-of-view plaatsen de kijker nog meer in het ‘avontuur’.

Zoveel is duidelijk; de kwaliteit van de films gaat crescendo én achter de lieftallige animatie-avonturen schuilt een ‘revolutionaire’ ambitie. Vanuit Brussel wil Stassen cinema veranderen en de wereld veroveren. Een deal met de grote Franse distributeur Studio Canal zorgt er alvast voor dat nWave vanaf Sammy’s Avonturen 2 jaarlijks een animatielangspeelfilm zal kunnen maken.

Prima nieuws voor de 130 tekenaars en technici die in de studio werken maar ook voor jong regietalent. Vincent Kesteloot deed al ervaring op als co-regisseur van Sammy’s Avonturen 2 en zal Robinson Crusoë maken voor nWave terwijl Jérémie Degruson de co-regie van The Enchanted House verzorgt. Twee projecten die effectief in productie zijn. Daarnaast maakt nWave nog altijd Imax-films en rides, zij het om het eigen werk (de Sammy-franchise) te promoten via thema-parken.

De toekomst ziet er rooskleurig uit voor Stassen en zijn studio. Tegelijk zet hij Brussel op de internationale filmkaart en dat kan jong animatietalent enkel te goede komen. De weg naar een Vlaamse animatie-industrie is nog lang, maar voor het eerst lijkt het geen sciencefiction meer. Er mag weer gedroomd worden. Met dank aan 3D.

IVO DE KOCK

(Artikel verschenen in ONS ERFDEEL, 2013, n°3 )

SAMMYS AVONTUREN 2 FOTO 3

SAMMY’S AVONTUREN

Leave a comment