“Terrence Malick wil chaos creëren om momenten van waarheid te vinden”. “Er bestaat bij hem een vitale band tussen het beeld en de vertelling”. “Malick schept een eigen wereld en wekt daarbij gevoelens op”. Deze uitspraken van respectievelijk Brad Pitt, Christopher Nolan en David Fincher geven aan hoe bijzonder de regisseur van Badlands, Days of Heaven en The Thin Red Line is en hoe groot het respect van zijn collega’s blijft.
The West Wing en The Social Network scenarist Aaron Sorkin regisseerde voor Netflix een boeiend historisch drama. The Trial of the Chicago 7 is een verbaal spetterend fresco dat focust op het politieke proces waarmee de Nixon-regering in de jaren 1969-1970 de anti-Vietnam beweging, en bij uitbreiding progressief Amerika, monddood trachtte te maken. Deze belangrijke episode wordt in een conventionele filmvorm gegoten maar gedrenkt in een woedegevoel fileert Sorkins rechtbankdrama wèl de polarisatie van de Verenigde Staten en de institutionalisering van politieke repressie. “De timing van de film lijkt bijna té perfect” zegt de regisseur, verwijzend naar de blijvende urgentie en actualiteit.
Veel komedies leverde het afgelopen jaar niet op maar twee markante films verrasten met subversieve humor. Gouden Palm ‘Triangle of Sadness’ van Ruben Östlund en Rian Johnsons Netflix-prestigeproject ‘Glass Onion: A Knives Out Mystery’ fileren op satirische wijze het kapitalistische systeem en de technologische utopie. De filmmakers aarzelen niet om ‘over the top’ te gaan en hun metaforen zijn zelden subtiel. Maar de vlijmscherpe kritiek is verfrissend in een filmlandschap waar naast middelmatigheid vooral conformisme heerst.
Al te vaak is in films een sterfgeval een faits divers, de dood een betekenisloos hobbeltje in de plotlijn. Niet zo in Catherine Corsini’s Trois Mondes. Een overlijden is er belangrijk. De dood van een man wordt niet snel vergeten in de daaropvolgende scènes. Want de ethische keuzes waarrond alles draait zijn er mee verbonden.
Hoe snel technologie evolueert merk je aan Tron, een experimentele Disney-film uit 1982 die voor was op zijn tijd maar nu al verouderd lijkt. De combinatie van live action en computergegenereerde beelden was revolutionair, maar ondertussen is CGI ingeburgerd en geperfectioneerd. Wat de film echter nog altijd genietbaar maakt is dat de makers erin slagen een heel eigen cartoonwereld met nieuwe
stripfiguren en een microchipbeschaving te creëren.
THE TRUE COST: De menselijke en ecologische kost van wegwerpmode
Andrew Morgan is geen tegen de schenen schoppende documentairemaker zoals zijn landgenoot Michael Moore maar The True Cost opent wel onze ogen met een scherpe analyse van de impact die wegwerpmode heeft op mens, maatschappij en natuur. “We moeten ons als samenleving de vraag stellen of we zo harteloos zijn dat we blind in dezelfde foute richting blijven gaan” stelt producent Michael Ross. Dit is geen documentaire die zoekt naar de slechtste leerling van de klas maar eerder een die het ganse schoolsysteem in vraag stelt.
Het stoïcijnse heroïsme van een U.S. Marshall in vakman Henry Hathaways 1969 versie leverde John Wayne een Oscar op. Of de meer complexe en grimmige Rooster Cogburn die Jeff Bridges neerzet in de True Grit van 2010 ook bekroond wordt valt af te wachten. Joel en Ethan Coen verrassen wèl met een sprookjesachtige klassieke western. Een stijlvolle genrefilm die aangeeft dat ’the West’ na de burgeroorlog geen land voor kleine meisjes was. Ook al bleef er ruimte voor grote gebaren.
Af en toe verrast Hollywood ons door films te maken die ergens over gaan. Films zoals Trumbo, een drama dat de heksenjacht op vermeende communistische sympathisanten in Hollywood in de jaren vijftig als onderwerp heeft. Een foutloze historische analyse van de zwarte lijst is het niet geworden en het verhaal van het communisme in Amerika wordt hier evenmin verteld maar de film van Jay Roach toont wel de impact van fanatisme en repressie op individuen en de samenleving.
Jason Reitman balanceerde in Thank you for smoking en Up in the air ietwat gekunsteld tussen ernst en humor maar in de films die hij draait naar een scenario van Diablo Cody krijgt zijn mix van lichtvoetigheid en zwaarmoedigheid iets authentiek. Dat was zo in Juno en Young Adult, en dat is opnieuw het geval in het moederschapsdrama Tully.
Met zijn derde langspeler tracht Steve McQueen de gruwelen van de slavernij fysiek voelbaar te maken. De Britse regisseur van Hunger en Shame vertelt met 12 Years a Slave het waargebeurde verhaal van een vrij man die na ontvoering twaalf jaar (over)leeft als slaaf en zo ondervindt hoe dehumanisering, uitbuiting en racisme werken. Een oerkrachtfilm met Oscar-potentieel maar helaas nièt het ultieme slavendrama.