Mathijs Poppe over THE JACKET: “Dit is een documentaire die de tools van fictie gebruikt”
Mathijs Poppe debuteert met een poëtisch essay over een in Libanon levende theatermaker die innig verbonden blijft met zijn thuisland Palestina.
“Ik kan het haast niet geloven dat mijn debuutfilm voor IDFA geselecteerd werd en volgend jaar in de Nederlandse zalen loopt,” bekent de jonge Belgische filmmaker Mathijs Poppe (°1990) wanneer we hem in Gent spreken, “het is allemaal zò nieuw voor mij.” Zijn debuut The Jacket is het portret van Jamal Hindawi, een Palestijnse politieke theatermaker actief in het Libanese vluchtelingenkamp Shatila, en volgt balancerend tussen fictie en documentaire diens zoektocht naar een verloren toneelrekwisiet. Via deze met symboliek overladen jas en Jamals verhaal komen thema’s als Palestijnse identiteit, ballingschap, ontheemding en verbinding in beeld. Met de ontworteling van een volk en een regio als onderstroom.
Uw filmschoolcarrière bij KASK School of Arts verliep niet rimpelloos. Mathijs Poppe: “Ik ben gestart, gestopt en dan weer herbegonnen. Als achttienjarige starter was ik eigenlijk te jong. Een filmmaker moet iets willen en kunnen vertellen en daar zocht ik op die leeftijd nog naar. Terwijl andere filmstudenten al bezig waren met zelfexpressie moest ik me op dat vlak nog ontwikkelen. Het vormelijke, het werken met filmtaal en -apparatuur, krijg je mee op school maar je moet wel weten wat je daarmee wil doen. Dat vroeg voor mij wat tijd.”
The Jacket balanceert tussen documentaire en fictie. “Voor mij is het een documentaire die de tools van fictie gebruikt om het verhaal te vertellen van Jamal Hindawi, een in ballingschap levende Palestijnse politiek theatermaker die met zijn familie woont in het Libanese vluchtelingenkamp Shatila.”
Die plek geraakte verankerd in ons geheugen door de slachtpartij van Sabra en Shatila in 1982. “Dertien jaar geleden belandde ik, als vrijwilliger in het kader van ontwikkelingssamenwerking, voor het eerst in Beiroet en Shatila. Op dat moment had ik een jaar filmschool achter de rug en met de camera die ik bijhad begon ik tijdens die maand te filmen en interviewen. Al snel bekroop me echter het gevoel dat ik als jonge buitenlander die mensen te zeer als slachtoffer benaderde. De massamoord waar je naar verwijst speelde in mijn achterhoofd en bepaalde mijn blik. Ik had me geïnformeerd over Palestina maar wanneer je dan op die plek terecht komt besef je hoe eenzijdig deze informatie is en hoe stereotiep je daardoor naar de mensen en de situatie gaat kijken. Dat was erg confronterend. Toen ik terug in België was en mijn beelden bekeek zag ik niet veel meer dan mijn zoektocht naar hoe ik de miserie en het slachtofferschap van die mensen kon tonen. Ik realiseerde me dat ik extra afstand creëerde terwijl ik wou verbinden. Dat heeft me heel erg geraakt.”
Omdat die nochtans meelevende blik u belette om de mensen en hun leven ècht te zien. “Ja, want het feit dat ze slachtoffer zijn in een situatie is niet het enige dat bepaalt wat en wie ze zijn. Het zijn ook mensen met dromen. Individuen die plezier maken en dingen doen. Hen herleiden tot slachtoffers berooft hen van hun menselijkheid. Het leerde me dat je als filmmaker jezelf niet kan achterlaten. Je kijkt altijd met je eigen blik. De vraag is wel of je de confrontatie aangaat met wat je daar ziet én of je ook kijkt je naar je eigen blik, naar de manier waarop je de mensen die je ontmoet benadert. Dat hield me bezig bij The Jacket. Hoe kan ik samen met Jamal iets doen i.p.v. hem enkel te regisseren?”
Hebt u met dat eerste beeldmateriaal iets gedaan? “Nooit. Ik heb het thuis en kijk er af en toe nog naar. Dat is best interessant want ik ging ondertussen al vaak terug en in de beelden ontdek ik, soms op de achtergrond, mensen die ik achteraf leerde kennen.”
Het onderwerp liet u niet los. “Toen ik begon na te denken over mijn afstudeerfilm had ik eerst een ander project voor ogen maar dat voelde nooit goed aan. Ik geraakte er van overtuigd dat ik in Shatila, waar ik ondertussen al meerdere keren was teruggekeerd, iets moest doen. Met advies van docenten begon ik te zoeken naar andere manieren om daar te filmen. Zo ontstond het idee om fictie te introduceren en de mensen te benaderen als acteurs en niet als onderwerpen. Ours is a Country of Words (2017) gaat over de droom van vluchtelingen om ooit terug te keren naar Palestina en over het contrast tussen fantasie en dagelijkse realiteit.”
The Jacket (2024), uw tweede in Shatila gedraaide film, portretteert een activistisch theatermaker tegen de achtergrond van de politieke en economische crisissen die de regio ontwrichtten. “Jamal Hindawi en zijn familie zaten ook in Ours is a Country of Words. Omdat hij als theatermaker bezig is met het vertellen van verhalen vond ik het interessant om hem te betrekken bij mijn project. Telkens ik in Shatila was spraken we over theater en film. Jamal vertelde me ook over een politiek toneelstuk waarin een jas erg belangrijk is als symbool voor de Palestijnse kwestie en de fragiliteit van het bestaan in Shatila. Tijdens die gesprekken drong het tot me door dat voor hem fictie een manier is om zijn realiteit te verwerken. Jamal zoekt constant manieren om expressie te geven aan de situatie en de emoties die er uit voortvloeien. Dat vond ik heel mooi en werd het uitgangspunt van mijn film.”
“Ik ben niet van een plek, ik ben van Palestina” zegt Jamal. Ballingschap en Palestijnse identiteit zijn nauw verbonden in The Jacket. “Jamals familie is oorspronkelijk van Jaffa, zijn ouders vluchtten in 1948 naar Libanon. Jamal wil wel terug naar Jaffa maar eigenlijk is zijn land in het algemeen het belangrijkste. Wie weet keert hij niet terug naar Jaffa op het moment dat hij zou mogen. Het gaat evenwel om het idee van een eigen staat en zelfbeschikkingsrecht. In zijn hoofd fantaseert hij over de reis die hij kan maken. Vrij, zonder checkpoints, controle of beperkingen.”
De jas benadrukt het belang van de strijd tegen verdeeldheid. “Het symbolische karakter van de jas komt uit het toneelstuk en in mijn film wou ik dit zowel tonen als me er van vrijmaken. Jamal hecht heel erg aan de symboliek. Aan het belang van verenigd te zijn. Dat is heel mooi maar ook erg pijnlijk. Want het gaat ook over het verlies van een land en van eigenheid. Ik wou dat in The Jacket opengooien en nadenken over wat er gebeurt als die jas er niet meer is. Hoe staat hij dan in het leven?”
Daarbij breekt u door de muren van de theaterzaal. “Ours is a Country of Words speelde volledig in Shatila en voor The Jacket wilden we uit de beslotenheid van zowel het vluchtelingenkamp, waar 20.000 mensen op een vierkante kilometer leven, als de theaterzaal met louter een eigen Palestijnse gemeenschap treden. Om gaandeweg, tijdens Jamals zoektocht naar een voor zijn theaterstuk cruciaal jasje, steeds verder te gaan en de wereld te laten binnenkomen. Zo ontstaat een omgekeerde trechter waarin we ook Libanon en de verhoudingen tussen Libanezen en Palestijnen ontdekken.”
Thema’s als ballingschap, weggaan en achterlaten komen daarbij in beeld. Zo wordt tijdens een gesprek met een taxichauffeur duidelijk dat ook die man verwanten heeft in het buitenland. “Eigenlijk heeft in Libanon iedereen wel familieleden en kennissen in het buitenland. Terwijl de oorlog in Syrië ook een pak vluchtelingen in Libanon deed belanden. Ballingschap en emigratie zijn niet weg te denken uit de Libanese samenleving. Iedereen is daar constant mee bezig. Ik wou dit tonen, niet om het leed van de Palestijnen te relativeren maar om aan te geven hoezeer het een stempel drukt op de hele regio.“
U legt de vinger op dubbele gevoelens. Men is blij dat verwanten veilig zijn maar ze worden ook gemist. “Die afstand komt heftig binnen en creëert ambiguïteit, frustraties, verdriet en spanningen. Maar in deze situatie is er geen andere oplossing dus zij moeten constant met die gespletenheid leven.”
Met de jongste escalaties in Gaza en Libanon wordt het verhaal van Jamal extra urgent. “Hier in Europa is de oorlog momenteel heel erg aanwezig en dat zorgt voor turbulentie. Maar voor de mensen in Libanon is er niets nieuw onder de zon. Je kan zeggen dat ze nu al 76 jaar lang niet anders kennen. Hier gaat het in golven maar daar is het een constante. Voor Jamal is het vertrouwd en de kans bestaat dat hij in die sfeer sterft. In het besef dat de droom en het verlangen worden doorgegeven van generatie op generatie. Dat ons dit ontgaat bewijst hoe afgesloten we in Europa leven van de rest van de wereld. En hoezeer we ons willen afsluiten. Doordat ik al dertien jaar nauw contact onderhoud met de mensen daar deel ik hun beleving. Vandaar dat de huidige escalatie me niet meteen anders doet kijken naar The Jacket en het belang van de film.”
Waar je leeft bepaalt hoe je gebeurtenissen elders bekijkt. “Zeker, maar het is geen toeval dat we er op bepaalde momenten van afgesloten blijven. Anders zouden we niet begrijpen waarom deze situatie nog niet is opgelost, waarom er niet naar een duurzame oplossing wordt gezocht. Wanneer het hier even constant aanwezig was en aanvoelde, hadden we al veel middelen ingeschakeld om te remediëren. Op dit moment kan er enkel druk worden gezet door de internationale gemeenschap en dat voelen de mensen daar ook.”
Met circulaire camerabewegingen en licht-donker contrasten sluit u heel visueel en poëtisch af. “The Jacket probeert vanuit het intieme en persoonlijke van Jamal, Shatila en het theater een brug te slaan naar een bredere wereld. Het filmeinde zorgt voor een samensmelting van die universums. We krijgen een blik op de stad waar iedereen zijn plek zoekt terwijl we een gesprek horen tussen Jamal en zijn dochter. Het visuele, met camerabeweging en belichting, is belangrijk maar ook de klank. Niet enkel het geluid van het gesprek tussen vader en dochter maar ook de telefoons en televisie die aanwezig zijn in de huizen, de communicatie die we voelen ook al speelt ze op de achtergrond. Zo tracht ik de stad tot leven te brengen, te laten uitgroeien tot meer dan een decor. We wilden binnendringen in de huizen, in de levens van mensen.”
The Jacket was een werk van lange adem. “We begonnen er zes jaar geleden aan. COVID speelde spelbreker en omdat we wilden samenwerken met Jamal en zijn familie slorpte het bespreken van die interactie veel tijd op. Ik werkte grotendeels ter plaatse en betrok Jamal bij het scenario. Niet dat we samen schreven maar ik heb met hem altijd wel overlegd. Zo schrapte ik dingen die voor hem niet goed aanvoelden, zaken die hij nooit zou gedaan of gezegd hebben.”
Bent u door de ervaring gegroeid als regisseur-scenarist? “Ja. Op school leer je zaken uitproberen en experimenteren maar de praktijk is een continue leerschool. Zo wordt er veel gesproken over participatieve kunst maar voor elke nieuwe film moet je zoeken hoe dat concreet loopt. Het is niet zo dat er maar een manier is om samen met andere mensen te werken. Iedereen en elk verhaal moet zijn eigen weg zoeken. Die weg slingerde wat bij The Jacket maar de trip voelde uiteindelijk als een artistiek thuiskomen voor mij als filmmaker.”
IVO DE KOCK
18 oktober 2024