Arthur Harari’s ‘Onoda’: Wanneer de oorlog in extra time gaat

aug 9, 2021   //   by Ivo De Kock   //   Algemeen, film, genre, oorlogsfilms, regisseur  //  No Comments

Sommige waargebeurde verhalen zijn vreemder dan fictie. Zoals het verhaal van de Japanse officier die na de capitulatie van zijn land een vervolg aan Wereldoorlog II breidt door zich dertig jaar te verschuilen in de jungle van een Filipijns eiland en te blijven doorvechten tegen ‘de vijand’. Zonder te beseffen dat voor de rest van de wereld de oorlog voorbij is. De Franse cineast Arthur Harari vertelt in Onoda op even sobere als indringende wijze dit waanzinnig verhaal van een man die het recht verloor om te sterven en transformeerde in een eeuwige soldaat.

Voor Hiroo Onoda, officier van een speciale commando eenheid van het Japanse leger, eindigt de Tweede Wereldoorlog pas in 1974. Dertig jaar lang (10.000 nachten volgens de film tagline) had hij, afgesloten van de tijd en de wereld, overleefd in de bossen van Lubang, een onooglijk Filipijns eiland. In uniform, aanvankelijk met medestanders en uiteindelijk alleen, sporadisch vechtend met lokale boeren die hij zag als handlangers van ‘de (Amerikaanse) vijand’. Daardoor tekende hij voor de langste, en ook meest bizarre, militaire missie uit de geschiedenis.

Onoda van Arthur Harari: De odyssee van de soldaat voor wie de oorlog nooit stopte.

De Franse filmmaker Arthur Harari (Diamant Noir) distilleerde uit dit waargebeurd verhaal een weinig spectaculaire maar uitermate fascinerende avonturenfilm die ons langzaam onderdompelt in de monotone dagelijkse overlevingsstrijd van in de jungle bivakkerende soldaten en hun steeds sterker van de realiteit vervreemdende bubbel. Onoda is een intrigerende slow cinema western variant. “Ik keer altijd terug naar de western omdat het genre de meest perfecte cinematografische vertaling van een klassiek episch verhaal vormt,” stelt Harari, “het condenseert obsessies van de Westerse literatuur en benadert Griekse mythes het dichtst.”

Verloren patriot

Onoda opent op het Filipijnse eiland Lubang in 1974. Ver weg van Tokyo (zo’n 3000 km) installeert een Japanse rugzaktoerist zich met zijn tentje aan een rivier. Om daar, gewapend met bandrecorder en geluidsinstallatie, met een populair liedje de jungle te bestoken. In de hoop de (in Japan tot een legende uitgegroeide) man te bereiken die we, zijn met bladeren gecamoufleerde rugzak torsend, het woud zien verlaten in een soort ritueel eerbetoon aan verdwenen soldaten. Hun ontmoeting komt er ook, maar veel later, en zal leiden tot een overgave (op bevel van een reeds lang afgezwaaide majoor die pas na lang aarzelen voor ‘closure‘ wil zorgen) en een terugkeer naar de beschaving per helikopter (een knipoog naar Oliver Stone’s Platoon).

Onoda: Guerilla strijders die blijven doorgaan.

We gaan echter eerst terug in de tijd en naar Japan waar we ontdekken dat Onoda een doorsnee soldaat was die worstelde met het feit dat hij afgekeurd werd om als kamikaze te fungeren. Niet bekwaam geacht om zijn leven te offeren voor de keizer. Dat Onoda het recht om te sterven hem ontnomen wordt tikt aan bij de jongeman. Het verklaart waarom hij zich gretig werpt op de kans die majoor Taniguchi hem biedt om lid te worden van een speciale guerrilla eenheid die anno 1944 verspreid wordt over verschillende compagnies. De geheime opdracht van de leden: blijven vechten, hoezeer de toestand ook tot overgave of zelfmoord aanzet. Dat nieuwe pad richting glorie opent zich wanneer de militaire nederlaag dreigt door de Amerikaanse overmacht in de Stille Oceaan. Onoda’s eenheid valt uit elkaar en slechts enkelen volgen hem naar de jungle voor een guerrillastrijd annex spionage opdracht. Dood en desertie dunt de rangen verder uit tot enkel Kozuka en Onoda overblijven. En uiteindelijk ook die vriend wegvalt.

Het eiland als bubbel

Arthur Harari serveert ons met Onoda geen dramatische biopic of lyrische filmgedicht. Het levensverhaal van de protagonist ontbreekt en transcendentale bespiegelingen over mens en natuur blijven achterwege. Onoda is wèl betoverende fictie, een wonderlijke mix van western, avonturenfilm, oorlogsdrama en vriendschapsverhaal. We dalen af in the heart of darkness. Maar hoe slopend de jungle ook is, het traject loopt niet van uitputting naar waanzin. Het is de overtuiging van Onoda, een geloof versterkt door de autoritaire militaire structuur en genadeloze indoctrinatie, die hem aanzet zijn eiland om te toveren in een bubbel die alle buitenstaanders en ‘vreemde gedachten’ weert.

Arthur Harari’s Onoda: Absurd jungleavontuur.

De protagonist plaatst zichzelf ‘out of time’ en stuurt richting paranoia en waanzin. Dat levert fascinerende momenten op. Wanneer de soldaat via zijn kleine radio getuige is van de eerste stappen op de maan in 1969 bijvoorbeeld. Het zorgt ook voor pathetische scènes zoals de absurde dood van een ondergeschikte wanneer boeren hem betrappen bij het stelen van een koe. Maar ook voor gruwel wanneer een boerin wordt doodgeschoten of wanneer zijn vriend door vissers (letterlijk) aan de haak geslagen wordt (John Boormans Deliverance stond hier model). Het lijkt telkens ook een tikkeltje surrealistisch en absurd, alsof parallelle universums met elkaar botsen. Met Onoda als een militaire Don Quichote, iemand die een hopeloze strijd voert tegen de door hemzelf gecultiveerde vijand. “Je zal altijd in gevaar verkeren!” schreeuwt hij tegen de jungle die hij tot zijn thuis maakte.

Eenzaam en verlaten

“We komen je halen, wat er ook gebeurt” krijgt Onoda te horen maar dat blijkt een loze belofte. Doordat hij in die belofte, en in de missie die hem verplicht zijn lichaam en leven te beschermen, blijft geloven geraakt de officier mentaal uit evenwicht. Niet dat Onoda een barokke tocht richting waanzin zoals Apocalypse Now (Francis Ford Coppola) of Aguirre, Wrath of God (Werner Herzog) wordt. Het delirium blijft steevast gecontroleerd en onderkoeld terwijl alles draait om overleven en om het overstijgen van zichzelf. De held is een spookfiguur (een parallel met Martin Scorsese’s Silence en James Grays Ad Astra) die geen klassieke slechterik als opponent krijgt.

Arthur Harari’s Onoda: Overleven en samenleven.

Die boosdoener is in Onoda het militaire apparaat en de oorlogslogica die er voor zorgen dat soldaten hun zelfstandigheid en beoordelingsvermogen verliezen. Propaganda (eer en vaderland), manipulatie en desinformatie creëren een wereldbeeld dat los staat van de realiteit en gevoelig is voor paranoia gevoelens en complotdenken. Vandaar dat de soldaten het niet geloven wanneer de boeren “war is over” roepen. Vandaar ook dat ze overal valse berichten en verborgen boodschappen zien terwijl ‘de toekomst’ (die voor de rest van de wereld het heden is) voor hen onvatbaar (want ‘te anders’) blijft. Harari bewaart afstand, maar creëert wel empathie voor deze soldaten die zich op dit eiland in een mentale gevangenis bevinden.

Vaders en helden

Alhoewel het leger een onderdrukkend en destructief apparaat is in Onoda, fungeert de militaire eenheid wel als een familie. Als een gemeenschap die draait rond vrienden. Niet toevallig vormen Onoda en zijn laatste gezel Kozuka quasi een broederpaar, een koppel. Daarnaast is er ook een zoektocht naar een vaderfiguur. Met twee vaders: Onoda’s biologische vader en zijn substituut vader majoor Taniguchi. Volgens de regisseur zit er een dualiteit in die laatste, “heel paradoxaal beveelt hij Onoda om te luisteren maar reikt hij hem tegelijk autonomie aan door te stellen ‘je bent je eigen officier.’ Daarnaast zet hij zijn ondergeschikte op een pad dat opofferingen eist maar verbiedt hij hem tegelijk om te sterven.”

Arthur Harari’s Onoda: Op zoek naar vaderfiguren.

Harari ziet zijn protagonist als een held, “ook al is zijn avontuur heel ambigu. Helden mogen in mythologische verhalen vaak verschrikkelijke daden stellen. Er bestaat geen heroïsme zonder ambiguïteit, geen held zonder donkere zijde. Onoda is heroïsch omdat zijn verhaal waarden bevat die voor Japanners op een bepaald moment herkenbaar waren.” Er is een parallel tussen Onoda en de zwerftocht van Odysseus (of Ethan Edwards in John Fords western The Searchers), een avontuur dat eigenlijk een terugkeer naar huis is.

“We namen het idee van Homerus over,” aldus Harari, “met name een individu wordt uitgezonden om voor het overleven van zijn gemeenschap te vechten en wordt daarom uitgesloten. De soldaten worden naar de marge gedreven, of zoeken die marge op om de samenleving waartoe ze behoren te redden. Daarvoor betreden ze het rijk van de dood.” Aanvankelijk bekent Onoda bang te zijn voor de dood maar uiteindelijk begint de man die niet mocht sterven onvervaard te moorden en tussen de graven van zijn kameraden te leven. Hij doolt door een schimmenrijk.

Contemplatieve cinema

Arthur Harari is een Frans cineast (zijn kortfilm Peine Perdue is extra te bekijken op de dvd) maar hij draaide Onoda in het Japans terwijl zijn stilistische invloeden veelal Aziatisch zijn. Dat levert een film op die tegelijk episch en picaresk is (geïnspireerd door Akira Kurosawa), zowel aards als mysterieus (Hou Hsiao-hsien), sereen en emotioneel (Kenji Mizoguchi), een mix van realisme en mythologie (Lino Brocka). Een briljante contemplatieve film over geloof, verblinding, obsessie, trouw en vriendschap. Het portret van een kwetsbare eeuwige soldaat en een fragiel tijdsgewricht (met fake news gedachten als hedendaagse parallel).

Arthur Harari’s Onoda: 10.000 nachten in de jungle.

Een uitnodiging ook om tegen de tijd in te denken. Zoals de held van Onoda obsessief weigert om ‘de vooruitgang’, de loop der dingen, te volgen. Eeuwige soldaat Onoda droomt ervan om de tijd te stoppen en zelfs terug te draaien. In een mooie scène zoeken de twee vrienden een pistool dat in de rivier verdween. Vruchteloos tot ze beseffen dat een draaikolk de stroomrichting veranderde waardoor het wapen naar een andere plek werd gestuwd. Tegen de stroom op gaan levert een triomfantelijke vondst op. En plezier, vreugde waar geen naam voor bestaat. Een euforisch moment dat aangeeft dat (over)leven vraagt om dwars (te) doen en (te) denken. Om samen te werken. Een mens mag geen eiland blijven.

IVO DE KOCK

ONODA – 10000 NIGHTS IN THE JUNGLE van Arthur Harari. J-F-B-I-Cam 2021, 165’. Met Endo Yuya, Tsuda Kanji, Matsuura Yuya, Chiba Tetsuya, Kato Shinsuke, Inowaki Kai. Scenario Arthur Harari & Vincent Poymiro. Muziek Sebastiano De Gennaro, Enrico Gaberielli, Olivier Margerit & Andrea Poggio. Fotografie Tom Harari. Distributie Imagine.

Dvd: met korte film ‘Peine Perdue’ (2013, 38′) als bonus.

Arthur Harari’s Onoda: Betoverende, contemplatieve cinema.

Leave a comment