Keith Fultons Lost in La Mancha: Trailer voor Terry Gilliams ongrijpbare filmdroom

jul 23, 2017   //   by Ivo De Kock   //   documentaire, film, genre  //  No Comments

LOST IN LA MANCHA

De Amerikaanse filmmaker en Monthy Python-lid Terry Gilliam trok de regisseurs Keith Fulton en Louis Pepe voor een ‘making of’ van zijn droom- en passieproject Don Quichote. Maar de droom werd een nachtmerrie en de making of een documentaire over een film die niet gemaakt wordt. Een tragisch filmverhaal van een tegen windmolens kampende filmer. Lost in La Mancha.

«Hoewel Terry geen deel van Hollywood wil uitmaken, beseft hij dat hij nooit het geld zal vinden voor zijn immens ambitieuze films zonder op een of andere wijze het studiosysteem er bij te betrekken. Dat is de paradox van Terry Gilliam!». Met deze uitspraak legde Charles Roven, producent van Gilliams «opdrachtfilm» Twelve Monkeys, in 1995 de vinger op de wonde. Dit filmgenie kan niet werken mét, maar ook niet zonder Hollywood. Aan de ene kant kende Gilliam grote problemen met Brazil en The Adventures of Baron von Munchausen, aan de andere kant bezorgde Hollywood hem de budgetten en creatieve controle die nodig waren voor The Fisher King en Fear and Loathing in Las Vegas.

LOST IN LA MANCHA

Deze paradox wordt versterkt door faalangst en een underdoggevoel. Zo toonde Gilliam zich n.a.v. Twelve Monkeys «ontgoocheld dat ik geen vorm kan geven aan wat leeft in mijn verbeelding», al wou hij vechten voor «een film waar buiten ons (de makers) niemand van houdt». Charles Roven vat het krachtig samen: «Terry needs ‘angst’ to fuel his motor». Gilliam en Roven deden hun ontboezemingen in The Hamster Factor, de uitstekende 87-minuten lange «making of» van Twelve Monkeys.

De regisseurs Keith Fulton en Louis Pepe werden door Terry Gilliam aangetrokken met een onderliggende gedachte: «Wanneer er iets fout mocht gaan, dan heb ik ditmaal ten minste getuigen!». Dezelfde documentairemakers kregen in september 2000 een nieuwe opdracht toen Terry Gilliam dacht dat zijn tien jaar oude droom eindelijk in vervulling zou gaan: het verfilmen van de legende van Don Quichot. Fulton en Pepe zagen op de set de filmdroom The Man Who Killed Don Quixote echter veranderen in een nachtmerrie. Ze registreerden het pijnlijke ontwaken van de creatieve dromer na een botsing met zijn paradox; Gilliams projecten blijken té duur voor onafhankelijke filmmakers waardoor tegenslagen fataal worden.

TERRY GILLIAM

De verdienste van Fulton en Pepe is dat ze van Lost in La Mancha géén «kroniek van een aangekondigde catastrofe» maken. Respect en empathie doet hen afzien van een sensationele benadering. Verteller Jeff Bridges kondigt dan ook geen verhaal aan van een spectaculaire ramp maar begint op «naïeve» wijze een schijnbaar conventionele «making of». De «suspension of disbelief»-techniek plaatst ons in de positie van de filmmakers, goedgeluimde mensen die zich nog niet bewust zijn dat alles behoorlijk fout zal lopen.

Daardoor werkt het enthousiasme van Terry Gilliam aanstekelijk. Zijn verhaalinterpretaties, invalshoek (Johnny Depp als hedendaagse reclameman én assistent van Don Quichot) en storyboards overtuigen je van zijn visie. Terwijl scriptleessessies, kledijtests en dailies de indruk wekken dat je getuige bent van de creatie van een meesterwerk. De emotionele schok is dan ook sterk wanneer het noodlot toeslaat via dingen die afkomstig lijken uit een Monty Python-script. Een geluidsstudio heeft meer weg van een echokamer, overvliegende F16 vliegtuigen verstoren buitenopnames, een set wordt letterlijk weggespoeld door een wolkbreuk, kleurwijzigingen en weersveranderingen verstoren de continuïteit, getrainde paarden blijken onwillig, hoofdrolspeler Jean Rochefort verdwijnt richting Frankrijk met een rugprobleem,…

Resultaat zijn onderlinge spanningen, discussies met de verzekering over het begrip «force majeure» en onzekerheid omtrent de toekomst van het project. «Als het gemakkelijk is, doe ik het niet» zei Gilliam aanvankelijk nog, «zonder strijd weet ik niet hoe ik de dingen moet benaderen». Maar het gevecht is ditmaal wel érg ongelijk en wanneer de opnames worden geschorst, laat de cineast zich ontvallen: «Ik ben niet zeker dat ik de film nog wel wil afwerken, ik heb hem in mijn geest al gemaakt». In een prangend stukje cinema blijft Terry Gilliam echter woordenloos achter wanneer zijn trouwe assistent Phil Patterson voor de camera zijn ontslag aankondigt. Het gezicht van de man die bij elke tegenslag of tegenkanting bleef lachen, wordt lijkbleek en drukt alleen nog ontzetting uit.

Dat Lost in La Mancha deze emotionele evolutie van naïef enthousiasme tot totale verslagenheid zo treffend wordt vastlegt, is uiteraard de verdienste van Keith Fulton en Jean Rochefort en Terry Gilliam Louis Pepe. Maar ook van Terry Gilliam die niet te beroerd is om dat persoonlijk drama publiek te maken. Wanneer de decorstukken uiteindelijk worden ingepakt bij het definitief stilleggen van de productie, voelen we met hem mee. We hopen net zoals Fulton en Pepe, die de reuzen op ons laten afstormen met de aankondiging «coming soon», dat Lost in La Mancha een trailer wordt voor dit ondertussen mythisch project.

TERRY GILLIAM

Want Terry Gilliam voert nog altijd een gevecht voor zijn filmrechten. De documentairemakers zaaien echter ook twijfel door te wijzen op de «vloek van Don Quichot» waarmee regisseurs, van Pabst tot Welles, lijken te kampen. Ze trekken tevens een parallel tussen de filmmaker en zijn hoofdpersonage, waarbij de windmolen zich op de artiest wreekt. De waakzame kijker merkt echter dat Gilliam vooral het slachtoffer werd van zijn paradoxale haat-liefde verhouding met Hollywood.

Met een ontoereikend budget, onvoldoende voorbereiding en een onnauwkeurige planning was The Man Who Killed Don Quichote gedoemd te kapseizen eens de wet van Murphy in werking trad. Hearts of Darkness (Eleanor Coppola), Von Trier’s 100 Eyes (Katia Forbert Petersen) en The Hamster Factor bewezen al dat een «making of» vooral fascineert wanneer zaken mislopen. Lost in La Mancha illustreert hoe een mislukking kan leiden tot één van de beste films over filmmaken.

IVO DE KOCK

(Artikel verschenen in Film en Televisie, n° 542, mei-juni 2004)

LOST IN LA MANCHA: reg. & sce. Keith Fulton & Louis Pepe / fot. Louis Pepe / mon. Jacob Bricco / muz. Miriom Cutler / met Terry Gilliam, Jean Rochefort, Johnny Depp, Jeff Bridges (verteller) / pro. Lucy Darwin voor Quixote Films & Low Key Pictures / GB / 2001 / 89′

Leave a comment